Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
[betrokkene]
Het verloop van de procedure
Overwegingen
13 december 2023.
Beslissing
D.C. Carsten, griffier en in het openbaar uitgesproken.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 4 september 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete. Betrokkene had een boete van € 119,00 ontvangen voor het parkeren op een parkeerplaats voor vergunninghouders zonder de juiste vergunning. Betrokkene stelde dat zij wel een bewonersparkeervergunning had en dat zij haar auto deelt met haar ouders en broer, wat volgens haar recht gaf op het parkeren op de specifieke parkeerplaats voor 'autodate'. De officier van justitie verklaarde het beroep ongegrond, waarop betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 4 september 2025 waren zowel de officier van justitie als betrokkene niet aanwezig. De kantonrechter oordeelde dat de verklaring van de verbalisant, die bevestigde dat het voertuig van betrokkene op een 'autodate'-parkeervak stond, voldoende was. De kantonrechter concludeerde dat de bewonersparkeervergunning niet geldig was op een 'autodate'-parkeervak en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die tot matiging van de boete zouden leiden. Het beroep werd ongegrond verklaard.