ECLI:NL:RBDHA:2025:19061

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
3 oktober 2025
Publicatiedatum
17 oktober 2025
Zaaknummer
C/09/692285 / FA RK 25-7325
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 3 oktober 2025 een beschikking gegeven inzake de voortzetting van een crisismaatregel voor een betrokkene, geboren in 1951, die momenteel verblijft in een zorginstelling. De officier van justitie had op 30 september 2025 verzocht om voortzetting van de crisismaatregel, die eerder op 29 september 2025 was opgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat er bij de betrokkene sprake is van een patroon van herhaalde opnames en terugval in oude gewoonten, wat leidt tot ernstig nadeel in de thuissituatie. De betrokkene ligt 24 uur per dag in bed, vertoont verwaarlozing en heeft een beperkt eetpatroon. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg onderbouwd door te wijzen op de risico's van ernstig lichamelijk letsel, psychische schade en maatschappelijke teloorgang. De betrokkene verzet zich tegen de voorgestelde zorg, maar de rechtbank oordeelt dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn en dat de voorgestelde zorg evenredig en effectief is. De machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel is verleend voor een periode van drie weken, tot en met 24 oktober 2025. De beschikking is uitgesproken door rechter mr. L. Kelkensberg, bijgestaan door griffier P.S.R. Nieman.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/692285 / FA RK 25-7325
Datum beschikking: 3 oktober 2025

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel

Beschikkingnaar aanleiding van het op 30 september 2025 door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedatum] 1951 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans verblijvende in de accommodatie Parnassia, afdeling Geriatrie te [plaats] ,
advocaat: mr. A.A. van Harmelen te Den Haag.

Procesverloop

Bij verzoekschrift heeft de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 29 september 2025 genomen crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Den Haag tot het nemen van de crisismaatregel;
  • een op 29 september 2025 ondertekende medische verklaring van [naam 1] , psychiater, die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij de behandeling betrokken was;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een brief van de officier van justitie van 30 september 2025, waaruit blijkt dat er ten aanzien van betrokkene geen recente politiemutaties.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 3 oktober 2025. Daarbij zijn de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- de geriater, [naam 2] ;
- de arts, [naam 3] ;
- de bewindvoerder van betrokkene, [naam 4] .
Omdat door de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht en het de rechtbank ter zitting is gebleken dat diens aanwezigheid ook niet noodzakelijk was om tot een inhoudelijke beslissing te kunnen komen, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Betrokkene heeft aangegeven dat het goed met haar gaat. Zij ziet geen noodzaak voor de voorzetting van de crisismaatregel. Betrokkene herkent zich niet in de mensen op de afdeling. Wanneer de opname niet langer verplicht is, zal betrokkene terugkeren naar haar woning. In de thuissituatie kan zij hulp ontvangen bij het schoonmaken en koken. Wanneer zij hulp nodig heeft, zal ze hierom vragen.
De advocaat pleit namens betrokkene voor afwijzing van het verzoek. Er is niet voldaan aan de wettelijke vereisten voor voortzetting van de crisismaatregel. Bij de opname van betrokkene op 29 september 2025 was al geen sprake meer van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel.
De geriater heeft naar voren gebracht dat betrokkene, na een ziekenhuisopname op 2 september 2025, op 19 september initieel vrijwillig is opgenomen. Betrokkene is thans aan het herstellen en toont meer initiatief. Er is echter sprake van een patroon waarbij betrokkene wordt opgenomen naar aanleiding van een incident, terugkeert naar huis en opnieuw vervalt in oude gewoonten. Naarmate betrokkene opknapt, neemt ook het verzet toe. In de thuissituatie liet betrokkene de thuiszorg spaarzaam toe. De woning en betrokkene waren ernstig vervuild en betrokkene had een beperkt eetpatroon. De aanvraag van een zorgmachtiging is in gang gezet. De komende tijd zal ook psychiatrische en geheugen-diagnostiek worden verricht.
De bewindvoerder heeft verklaard dat betrokkene sinds 2018 onder invloed staat van mensen die misbruik van haar maken. Ondanks het toezicht van de bewindvoerder weet betrokkene geld aan die personen over te maken en heeft iedereen toegang tot haar huis. Betrokkene ligt in de thuissituatie 24 uur per dag op bed. Zij doucht niet en trekt nauwelijks schone kleding aan. In de afgelopen jaren is er op verschillende manieren geprobeerd om het ernstig nadeel af te wenden. Wanneer betrokkene terugkeert naar huis, zal het ernstig nadeel opnieuw optreden.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- ernstige financiële schade;
- ernstige verwaarlozing;
- maatschappelijke teloorgang;
- bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat zij onder invloed van een ander raakt.
Uit de stukken en hetgeen ter zitting is besproken is gebleken dat betrokkene is opgenomen in verwarde en zeer verwaarloosde toestand. Door het alcoholmisbruik valt zij meerdere keren per dag. Er is sprake van een erotomane- en een grootheidswaan, evenals visuele en akoestische hallucinaties. Betrokkene had eerder een schuld van 100.000 euro en wordt nog regelmatig benaderd om geld over te maken. Voorafgaand aan de opname had betrokkene zeer vermoedelijk zes maanden niet gedoucht. Ze komt haar woning niet uit en is niet in staat om deel te nemen aan de maatschappij. Betrokkene toont geen ziekte-besef en geen ziekte-inzicht. De verwachting is dat zij zonder zorg meteen terug zal vallen in de erbarmelijke toestand waarin zij voor de ziekenhuisopname is aangetroffen.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit psychische stoornissen, te weten een psychotisch toestandsbeeld bij een onderliggende stoornis in alcohol gebruik, op dit moment in vroege remissie, en een neurocognitieve stoornis. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
De rechtbank is van oordeel dat, anders dan de in de crisismaatregel genoemde zorg, de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Betrokkene geeft herhaaldelijk aan dat zij naar huis wil en zelfstandig haar leven kan leiden.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van:

[betrokkene] ,

geboren op [geboortedatum] 1951 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 24 oktober 2025;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. L. Kelkensberg, rechter, bijgestaan door P.S.R. Nieman als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 3 oktober 2025.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 14 oktober 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.