Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.[partij A sub 1] te [woonplaats] ,
[partij A sub 2]te [woonplaats] ,
1.Waar gaat deze zaak over?
2.De procedure
3.De feiten
wordt gehouden, verschijnt een pop-up met de volgende tekst:
Het woonoppervlak van deze woning is bepaald op basis van de in mei 2020 geldende NEN 2580 norm voor het bepalen van gebruiksoppervlakte.”
De voornaamste maten zijn op de verkooptekeningen vastgelegd of zijn in de technische omschrijving vermeld. Hoewel aan de maatvoering veel zorg is besteed, kunnen er maatafwijkingen voorkomen.
GBO in m2 (excl. vliering)’ is bij bouwnummer [nummer 1] het aantal ‘
193’ vermeld. Onderaan de prijslijst is een disclaimer opgenomen die, voor zo ver relevant, als volgt luidt:
Maten en afmetingen
zijn per 07.04.2022 overeengekomen als volgt:
de Algemene Voorwaarden voor de aannemingsovereenkomst voor eengezinshuizen (projectmatige bouw), vastgesteld door Woningborg op 1 juli 2021.
de Algemene Toelichting voor de aannemingsovereenkomst voor eengezinshuizen (projectmatige bouw) en bijbehorende Algemene Voorwaarden, vastgesteld door Woningborg op 1 juli 2021.
de Woningborg Garantie- en waarborgregeling Nieuwbouw 2021 en de bijbehorende Bijlage A, versie 01-07-2021.
Documentenlijst verkoopstukken d.d. 04-04-2022.”
4.Het geschil
5.De beoordeling
wordt gehouden, verschijnt een pop-up met de mededeling dat het woonoppervlak conform NEN2580 is vastgesteld. Die mededeling is strijdig met de vermelding dat het om een circa-maat gaat. Als het woonoppervlak van het huis voor [partij A] van doorslaggevend belang was, hadden [partij A] hier vragen over moeten stellen. Dat hebben ze niet gedaan. Ten aanzien van de vermelding van het woonoppervlak op de prijslijst acht de rechtbank het relevant dat onderaan de prijslijst een duidelijke disclaimer is opgenomen over de in de lijst opgenomen maten en dat dit wat dat betreft strookt met het doel van de prijslijst om vooral de prijs van het huis te vermelden en niet zozeer de exacte maat daarvan.