ECLI:NL:RBDHA:2025:19912

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 oktober 2025
Publicatiedatum
30 oktober 2025
Zaaknummer
C/09/692128 / FA RK 25-7256
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een aansluitende zorgmachtiging in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 15 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende een aansluitende zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1996, die momenteel verblijft in een GGZ-accommodatie. De officier van justitie had op 26 september 2025 een verzoek ingediend voor deze zorgmachtiging, gebaseerd op een medische verklaring van psychiater C.J. Janssen en andere relevante documenten. Tijdens de mondelinge behandeling op 15 oktober 2025 werd betrokkene bijgestaan door zijn advocaat, mr. H. Gailjaard, en er waren ook een verslavingsarts en een agoog aanwezig. Betrokkene gaf aan dat het goed met hem ging en dat hij al 1,5 jaar wacht op een plek voor begeleid wonen. De rechtbank oordeelde dat er geen minder bezwarende alternatieven waren en dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel te voorkomen, gezien de psychische stoornissen van betrokkene, waaronder schizofrenie en middelengebruik. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor de duur van één jaar, tot en met 15 oktober 2026, en wees het meer of anders verzochte af.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/692128 / FA RK 25-7256
Datum beschikking: 15 oktober 2025

Aansluitende machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een aansluitende zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans verblijvende in de accommodatie GGZ Delfland, afdeling [afdeling] te [plaats] ,
advocaat: mr. H. Gailjaard te Den Haag.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 26 september 2025, heeft de officier van justitie verzocht om een aansluitende zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 19 september 2025 ondertekende medische verklaring van C.J. Janssen, psychiater, die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij de behandeling betrokken was;
- een blanco zorgkaart;
- een zorgplan van 19 september 2025;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 25 september 2025;
- een uittreksel uit de justitiële documentatie;
- een brief van de officier van justitie van 25 augustus 2025, waaruit blijkt dat er ten aanzien van betrokkene geen recente politiemutaties zijn.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 15 oktober 2025. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- de verslavingsarts, de heer [naam 1] ;
- de agoog, de heer [naam 2] .
Omdat door de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht en het de rechtbank ter zitting is gebleken dat diens aanwezigheid ook niet noodzakelijk was om tot een inhoudelijke beslissing te kunnen komen, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Door betrokkene is ter zitting naar voren gebracht dat het goed gaat en dat hij al 1,5 jaar wacht op een plek voor begeleid wonen. Betrokkene is doordeweeks creatief bezig op de dagbesteding en hij sport regelmatig. De advocaat heeft ter zitting naar voren gebracht dat betrokkene tevreden is en dat hij zijn medicatie trouw inneemt. Betrokkene heeft aangegeven dat hij geen bezwaar heeft tegen een verlenging.
De verslavingsarts heeft ter zitting naar voren gebracht dat betrokkene stabiel is. Betrokkene staat al 1,5 jaar op de wachtlijst voor begeleid wonen, maar dit biedt geen klinische setting en is geen behandelvorm. Betrokkene wordt maandelijks medisch gecontroleerd en hij werkt mee aan de verplichte controles. Bij een ernstige decompensatie zorgt de vorm van verplichte zorg
“verrichten medische controles”voor een veiligere situatie. Indien het toestandsbeeld van betrokkene verslechtert, kan hij op de huidige afdeling niet blijven en zal opname op een gesloten afdeling noodzakelijk zijn. Volgens de verslavingsarts is de vorm van verplichte zorg
“controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen”van belang, omdat betrokkene recent een terugval heeft gehad en nog steeds kwetsbaar blijft voor middelengebruik. Het is moeilijk in te schatten wanneer begeleid wonen kan starten. Daarom is de vorm van verplichte zorg
“aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen”nodig, omdat bij een ambulante setting goede controle vereist is.
De agoog heeft ter zitting naar voren gebracht dat betrokkene heel veel sport en allerlei teamsporten beoefent. De agoog heeft ook aangegeven dat betrokkene een terugval heeft gehad met alcoholgebruik.

Beoordeling

Op 24 oktober 2024 is door de rechtbank een zorgmachtiging verleend voor de duur van twaalf maanden tot en met 24 oktober 2025.
Uit de overgelegde stukken is gebleken dat betrokkene lijdt aan psychische stoornissen, te weten schizofrenie en een stoornis in het gebruik van middelen.
Deze stoornissen leiden tot ernstig nadeel, gelegen in:
- ernstige materiële schade;
- ernstige verwaarlozing;
- de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
- de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
Betrokkene is in het verleden meermaals medicatieontrouw geweest, waardoor hij meerdere malen is gedecompenseerd. Hierbij was er sprake van een toename van hallucinaties, achterdocht en denkstoornissen. Het gebruik van alcohol of amfetamine verergert het toestandsbeeld, terwijl medicatie betrokkene juist stabilisatie biedt. Tijdens psychotische decompensaties vertoont betrokkene fysiek agressief gedrag richting voorwerpen en ervaart hij suïcidale gedachten als gevolg van zijn hallucinaties. Hij is dan niet in staat om deel te nemen aan zijn dagbesteding of sportactiviteiten.
Om de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Betrokkene verzet zich tijdens een decompensatie tegen behandeling en medicatie. Ook gaat hij dan niet akkoord met de eerder met hem in een stabiele periode gemaakte afspraken. In het verleden is hij medicatieontrouw geweest. Om die reden is verplichte zorg nodig.
De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten;
- opnemen in een accommodatie.
Gelet op hetgeen ter zitting is besproken ziet de rechtbank geen aanleiding voor het opleggen van verplichte zorg in de vorm van:
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- insluiten;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- beperken van het recht op het ontvangen van bezoek.
Niet gebleken is dat deze vormen van zorg in het verleden noodzakelijk zijn geweest en niet voorzienbaar is dat het opleggen hiervan direct noodzakelijk zal zijn. Het verzoek zal daarom in zoverre worden afgewezen.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[betrokkene] ,

geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 15 oktober 2026;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.C. van den Dries, rechter, bijgestaan door L. Batenburg als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 15 oktober 2025.