ECLI:NL:RBDHA:2025:200

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 januari 2025
Publicatiedatum
9 januari 2025
Zaaknummer
NL24.50255
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak vervallenverklaring van een eerdere uitspraak in bestuursrechtelijke procedure

Op 6 januari 2025 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, een hersteluitspraak gedaan in de zaak met nummer NL24.50255. Deze uitspraak betreft een verzoeker, vertegenwoordigd door mr. R.H.T. van Boxmeer, die een beroep had ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft vastgesteld dat er een evidente fout was gemaakt in een eerdere uitspraak van 30 december 2024, waarin een verzoek om een voorlopige voorziening was afgewezen. Deze fout was het gevolg van een misverstand, aangezien aan de zaak NL24.50252 geen verzoek om een voorlopige voorziening was gekoppeld, terwijl dit wel ten onrechte was aangenomen in de eerdere uitspraak. De rechtbank heeft daarom besloten om het buitenwettelijke middel van vervallenverklaring toe te passen, waardoor de eerdere uitspraak als vervallen wordt verklaard. Dit betekent dat de uitspraak van 30 december 2024 niet langer van kracht is. De rechtbank heeft benadrukt dat tegen deze hersteluitspraak geen hoger beroep of verzet openstaat.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.50255

hersteluitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[verzoeker] , verzoeker

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. R.H.T. van Boxmeer),
en
de minister van Asiel en Migratie, voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
verweerder.

Overwegingen

Na een bericht van de gemachtigde van verzoeker is de rechtbank gebleken dat de uitspraak, zoals gedaan op 30 december 2024, waarbij het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen nu bij uitspraak van diezelfde dag, in de zaak met nummer NL24.50252, de rechtbank het beroep waarop dit verzoek om een voorlopige voorziening betrekking heeft ongegrond heeft verklaard, een evidente, niet voor rectificatie vatbare fout van de rechter betreft die niet door het instellen van enig rechtsmiddel kan worden ondervangen.
Aan de zaak NL24.50252 is namelijk geen verzoek om een voorlopige voorziening gekoppeld. Onderhavige zaak (NL24.50255) betreft een beroep dat ziet op de broer van verzoeker.
De rechtbank ziet hierin aanleiding het buitenwettelijke middel van vervallenverklaring van de uitspraak te hanteren.

Beslissing

De rechtbank verklaart de uitspraak van 30 december 2024 als vervallen.
Deze uitspraak is gedaan op 6 januari 2025 door mr. M.L. Weerkamp, rechter, in aanwezigheid van S.A. Sewratan, griffier, en openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze hersteluitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.