ECLI:NL:RBDHA:2025:20301

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
27 oktober 2025
Publicatiedatum
3 november 2025
Zaaknummer
C/09/693391 / FA RK 25-7964
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 27 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De betrokkene, geboren in 1991, wordt momenteel behandeld voor psychotische decompensatie en katatonie, waarbij zij een hoge dosis Lorazepam ontvangt. De officier van justitie had op 22 oktober 2025 verzocht om voortzetting van de crisismaatregel, die eerder op 21 oktober 2025 was genomen. Tijdens de mondelinge behandeling op 27 oktober 2025 zijn de betrokkene, haar advocaat mr. S.R. Kwee, en psychiater N. Deresi gehoord. De betrokkene gaf aan dat het beter met haar gaat, maar dat zij nog niet klaar is voor ontslag. De advocaat pleitte voor afwijzing van het verzoek, terwijl de psychiater de noodzaak van voortzetting van de behandeling benadrukte. De rechtbank oordeelde dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel voor de betrokkene, waaronder ernstig lichamelijk letsel en psychische schade. De rechtbank verleende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel, die geldig is tot en met 17 november 2025, en wees het meer of anders verzochte af.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/693391 / FA RK 25-7964
Datum beschikking: 27 oktober 2025

Machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel

Beschikkingnaar aanleiding van het op 22 oktober 2025 door de officier van justitie ingediende verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] (ev [naam] ),

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
thans verblijvende in de accommodatie Parnassia, afdeling [afdeling] te [plaats] ,
advocaat: mr. S.R. Kwee te Rotterdam.

Procesverloop

Bij verzoekschrift heeft de officier van justitie verzocht om voortzetting van de op 21 oktober 2025 genomen crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beschikking van de burgemeester van de gemeente Den Haag tot het nemen van de crisismaatregel;
  • een op 21 oktober 2025 ondertekende medische verklaring van P.L. Remijnse, psychiater, die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij de behandeling betrokken was;
- een afschrift van de politiemutaties;
- een brief van de officier van justitie van 22 oktober 2025, waaruit blijkt dat betrokkene geen justitiële documentatie heeft.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 27 oktober 2025. Daarbij zijn de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
- de psychiater, N. Deresi.
Omdat door de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht en het de rechtbank ter zitting is gebleken dat diens aanwezigheid ook niet noodzakelijk was om tot een inhoudelijke beslissing te kunnen komen, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Betrokkene heeft aangegeven dat het sinds de opname beter met haar gaat. Op dit moment is zij er nog niet aan toe om met ontslag te gaan. Betrokkene is eerder opgenomen in verband met een psychotische decompensatie. Zij is in 2024 gestopt met de medicatie en was niet langer in behandeling bij een ambulant team. Betrokkene verzet zich niet tegen de voorzetting van de crisismaatregel.
De advocaat pleit namens betrokkene voor afwijzing van het verzoek. Betrokkene wil op vrijwillige basis meewerken aan de behandeling en is bang dat zij opnieuw zal decompenseren.
De psychiater heeft naar voren gebracht dat het toestandsbeeld van betrokkene sinds vrijdag al is verbeterd. Betrokkene wordt op dit moment nog behandeld met een hoge dosering Lorazepam vanwege katatonie. Daarnaast zijn haar behandelaren voornemens om betrokkene opnieuw in te stellen op een antipsychoticum gelet op de psychische kwetsbaarheid. Er wordt overwogen om een zorgmachtiging aan te vragen om te voorkomen dat betrokkene opnieuw uit beeld raakt en ook om een nieuwe ontregeling te voorkomen. Betrokkene smokkelde met medicatie, er is nu toezicht op juiste inname.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige psychische schade;
- maatschappelijke teloorgang.
Uit de stukken en hetgeen ter zitting is besproken is gebleken dat betrokkene voorafgaand aan de opname in verwarde toestand ’s nachts in de regen op straat is aangetroffen. Hierbij was zij volledig uit contact en herkende haar partner niet meer. Voorafgaand aan de opname vertoonde betrokkene psychotische symptomen na stress op werk. Hierbij stuurde zij haar werkgever vreemde, waanachtige e-mails met een religieuze inhoud. Betrokkene sliep nauwelijks en er was sprake van psychotische en katatone kenmerken.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, te weten psychotische decompensatie met katatone kenmerken. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
De rechtbank is van oordeel dat, anders dan de in de crisismaatregel genoemde zorg, de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn om het nadeel af te wenden, te weten:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Betrokkene is eerder opgenomen in verband met een psychotische decompensatie. Zij is toen kort in zorg geweest bij het wijkteam, maar heeft het contact af gehouden. De meedicatie is toen gestopt en ook nu heeft betrokkene gesmokkeld met medicatie. Om te voorkomen dat betrokkene opnieuw decompenseert, is verplichte zorg nodig.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van:

[betrokkene] (ev [naam] ),

geboren op [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 17 november 2025;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.C. van den Dries, rechter, bijgestaan door P.S.R. Nieman als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 27 oktober 2025.