ECLI:NL:RBDHA:2025:20486
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardige seksuele gerichtheid en herkomst
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 4 november 2025, wordt de afwijzing van de asielaanvraag van eiser, een Guinee-Bissause nationaliteit, behandeld. Eiser heeft op 18 oktober 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, maar deze is door de Minister van Asiel en Migratie afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank beoordeelt de beroepsgronden van eiser, die zijn afwijzing aanvecht op basis van zijn seksuele gerichtheid en de problemen die hij daaruit ondervindt. De rechtbank komt tot de conclusie dat de afwijzing van de asielaanvraag in stand kan blijven, omdat de minister de verklaringen van eiser over zijn seksuele gerichtheid ongeloofwaardig acht. Eiser heeft onvoldoende bewijs geleverd en zijn verklaringen zijn inconsistent en tegenstrijdig. De rechtbank behandelt ook de argumenten van eiser over zijn cognitieve vermogens en de ontdekking van zijn seksuele gerichtheid, maar oordeelt dat de minister terecht heeft geconcludeerd dat eiser niet voldoende inzicht heeft gegeven in zijn situatie. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van de minister.