ECLI:NL:RBDHA:2025:20742

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 oktober 2025
Publicatiedatum
6 november 2025
Zaaknummer
NL25.26464
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een asielaanvraag op basis van niet-geloofwaardige bi-seksuele gerichtheid

Deze uitspraak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. M.O. Wattilete, heeft een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Minister van Asiel en Migratie, vertegenwoordigd door mr. J.M. Sanchez Rhemrev, heeft deze aanvraag afgewezen met het bestreden besluit van 13 juni 2025, waarbij de aanvraag als kennelijk ongegrond werd aangemerkt. Verzoeker is het niet eens met deze afwijzing en heeft beroep ingesteld, waarbij hij tevens verzoekt om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 11 september 2025 behandeld, waarbij verzoeker, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de minister aanwezig waren. In de uitspraak van vandaag, met zaaknummer NL25.26463, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig is. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. N.M. Spelt, in aanwezigheid van griffier mr. L.M. Janssens - Kleijn, en is openbaar uitgesproken op 16 oktober 2025. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL25.26464
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. M.O. Wattilete),
en
de Minister van Asiel en Migratie, de minister (gemachtigde: mr. J.M. Sanchez Rhemrev).

Samenvatting

1. Deze uitspraak op het verzoek om een voorlopige voorziening gaat over de afwijzing van de asielaanvraag van verzoeker. Verzoeker is het hier niet mee eens. Hij heeft daarom beroep ingesteld tegen de afwijzing en verzoekt om een voorlopige voorziening.
1.1.
De voorzieningenrechter wijst in deze uitspraak het verzoek af. Hierna legt de voorzieningenrechter uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.

Procesverloop

2. Verzoeker heeft een aanvraag ingediend tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De minister heeft met het bestreden besluit van 13 juni 2025 deze aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
2.1.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met het beroep met zaaknummer NL25.26463, op 11 september 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker, de gemachtigde van verzoeker, A. Charm als tolk en de gemachtigde van de minister.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL25.26463, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3.1.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. N.M. Spelt, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. L.M. Janssens - Kleijn, griffier.
Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
16 oktober 2025

Documentcode:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.