ECLI:NL:RBDHA:2025:21166
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag van Syriër
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, wordt het beroep van eiser, een Syriër, behandeld. Eiser heeft een asielaanvraag ingediend op 18 september 2023, maar de minister van Asiel en Migratie heeft niet tijdig beslist. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn van zes maanden is verlengd door een besluit- en vertrekmoratorium voor Syriërs, waardoor de termijn is opgerekt tot achttien maanden. Eiser heeft op 24 juni 2025 een ingebrekestelling ingediend, maar de minister heeft geen besluit genomen. De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is, omdat de minister niet tijdig heeft beslist. De rechtbank verplicht de minister om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen en legt een dwangsom op van € 100,- per dag bij overschrijding van deze termijn, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast wordt de minister veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan door mr. C.E. Bos, rechter, en is openbaar gemaakt op 11 november 2025.