Uitspraak
1.[eiser 1] ,
[eiser 2] ,
oorspronkelijk gedaagden,
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2] ,
oorspronkelijk eisers,
1.De procedure
- de oorspronkelijke dagvaarding van 12 februari 2025 met producties;
- het verstekvonnis van 5 maart 2025, gewezen tussen [gedaagden] c.s. als eisers en [eisers] c.s. als gedaagden (door de rechtbank was over het hoofd gezien dat mr. Tülü zich tijdig voor [eisers] c.s. had gesteld);
- de verzetdagvaarding van 10 april 2025 met producties, waarbij ook een tegeneis is ingesteld (reconventie), en het herstelexploit van 1 juli 2025;
- de brief van 11 juli 2025 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- de conclusie van antwoord na verzet, tevens conclusie van antwoord in reconventie met producties van de zijde van [gedaagden] c.s.;
- de akte uitlaten, tevens vermeerdering van eis, met productie(s) van de zijde van [eisers] c.s.;
- de mondelinge behandeling van 2 oktober 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
3.De vorderingen en de verweren
4.De beoordeling
“Storing alarm AGM slaapkamer zone 13 nagezien, uit programmering gehaald in verband met verbouwing buren.”Hieruit blijkt redelijkerwijs voldoende dat er verband is met de werkzaamheden aan de woning van [eisers] c.s., die op 4 juli 2022 waren begonnen, zodat ook de kosten voor het verhelpen daarvan van € 83,38 door [eisers] c.s. vergoed moeten worden.
“Afgesproken wordt dat [naam 2](medewerker van GBB, opmerking kantonrechter)
en [naam 3](architect, opmerking kantonrechter)
voor elke bouwvergadering langs de buurvrouw gaan om de werkzaamheden te bespreken en/of haar aan te horen”respectievelijk
“dat GBB bij de buurvrouw langsgaat voor de afwerking van de uitbouw aan haar zijde”. Volgens [eisers] c.s. bevestigt dit dat de noodzakelijke toegang voor het betreffende werkonderdeel in oktober 2023 nog altijd niet geregeld was.
5.De beslissing
- schadevergoeding wegens herstelkosten van € 1.750,-- en € 83,38;
- onderzoekskosten van € 2.073,--;
- een bedrag van € 525,-- op grond van de vaststellingsovereenkomst, en
- buitengerechtelijke kosten van € 1.092,38,