Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], V-nummer: [V-nummer], eiser
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 2 december 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarbij eiser, met V-nummer [V-nummer], beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag van 13 oktober 2024. De rechtbank heeft de zaak behandeld in enkelvoudige kamer en heeft uitspraak gedaan buiten zitting op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank overweegt dat op grond van artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit. Eiser heeft op 15 juli 2025 beroep ingesteld, maar de rechtbank stelt vast dat de ingebrekestelling prematuur is ingediend, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn voor de asielaanvraag was opgeschort door het besluitmoratorium, dat van toepassing was op de asielaanvraag van eiser, aangezien hij de Syrische nationaliteit heeft. De beslistermijn is herstart op 14 juni 2025 en eindigde op 13 oktober 2025. Eiser heeft verweerder op 24 juni 2025 in gebreke gesteld, maar dit was te vroeg, waardoor niet voldaan werd aan de vereisten voor het instellen van beroep. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard.