Op 4 november 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van een huisverbod. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. M.K. Bhadai, had beroep ingesteld tegen een besluit van de burgemeester van Den Haag, die op 14 oktober 2025 een huisverbod had opgelegd. Dit huisverbod was aanvankelijk van kracht van 14 oktober tot 24 oktober 2025, maar werd later verlengd tot 11 november 2025. De verzoeker betwistte de noodzaak van het huisverbod en voerde aan dat er geen dreiging meer was voor de achterblijfster, die als belanghebbende werd aangemerkt. De voorzieningenrechter oordeelde dat de burgemeester terecht had aangenomen dat er nog steeds sprake was van dreiging van gevaar, gezien de complexe relatie tussen partijen en het gebrek aan veiligheidsafspraken. De verzoeker had niet aangetoond dat de situatie was verbeterd sinds de verlenging van het huisverbod. De voorzieningenrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om een voorlopige voorziening af. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en er werd geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken.