ECLI:NL:RBDHA:2025:23217

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 november 2025
Publicatiedatum
8 december 2025
Zaaknummer
C/09/690989 / JE RK 25-1532
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming

Op 7 november 2025 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven waarin de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2009, wordt verlengd voor de duur van een jaar. De kinderrechter heeft deze beslissing genomen in het kader van een verzoek van de Stichting Jeugdbescherming West Haaglanden, die als gecertificeerde instelling optreedt. De moeder en de stiefvader van de minderjarige hebben recentelijk terugvallen in alcoholgebruik ervaren, wat een negatieve impact heeft op de ontwikkeling van de minderjarige. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd en dat hij niet in staat is om zijn emoties te uiten of te praten over zijn thuissituatie. De kinderrechter heeft ook opgemerkt dat de minderjarige afhankelijk lijkt te zijn van de digitale wereld en dat hij niet openstaat voor hulpverlening. De moeder heeft ingestemd met de verlenging van de ondertoezichtstelling en heeft aangegeven dat zij zich wil herpakken. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft om de veiligheid van de minderjarige te waarborgen en om hem te ondersteunen in zijn ontwikkeling. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Jeugd- en Zorgrecht
Zaaknummer: C/09/690989 / JE RK 25-1532
Datum uitspraak: 7 november 2025
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling
in de zaak van
Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden, gevestigd te Den Haag,
hierna te noemen: de gecertificeerde instelling,
over
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2009 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[de moeder],
hierna te noemen: de moeder,
en
[de stiefvader],
hierna te noemen: de stiefvader,
wonende in [woonplaats 1] ,
[de vader],
hierna te noemen: de vader,
wonende in [woonplaats 2] .

1.Het verloop van de procedure

1.1.
De kinderrechter neemt de volgende stukken mee in de beoordeling:
  • het verzoekschrift met bijlagen, ontvangen op 1 september 2025;
  • het verbeterde verzoekschrift van de gecertificeerde instelling, ontvangen op 5 september 2025;
- het bericht van de gecertificeerde instelling met bijlagen van 6 oktober 2025;
- het bericht van de gecertificeerde instelling van 6 november 2025.
1.2.
De zitting met gesloten deuren heeft plaatsgevonden op 7 november 2025. Daarbij waren aanwezig:
- de moeder;
- [naam] namens de gecertificeerde instelling.
De vader en de stiefvader zijn niet verschenen. De kinderrechter stelt vast dat zij wel juist zijn opgeroepen.
1.3.
De kinderrechter heeft [minderjarige] naar zijn mening gevraagd. [minderjarige] heeft geen mening gegeven.

2.De feiten

2.1.
[minderjarige] is gedurende het huwelijk van de vader en de moeder geboren.
2.2.
Het huwelijk van de vader en de moeder is door echtscheiding ontbonden.
2.3.
De vader en de moeder zijn belast met het ouderlijk gezag over [minderjarige] .
2.4.
[minderjarige] woont bij zijn moeder.
2.5.
De kinderrechter in deze rechtbank heeft bij beschikking van 20 november 2024 [minderjarige] onder toezicht gesteld tot 20 november 2025, en een machtiging verleend [minderjarige] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder tot 20 mei 2025.

3.Het verzoek

3.1.
De gecertificeerde instelling verzoekt de ondertoezichtstelling van [minderjarige] te verlengen voor de duur van een jaar en de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
3.2.
De gecertificeerde instelling heeft het verzoek als volgt gemotiveerd en ter zitting nader toegelicht. De stiefvader en de moeder hebben de afgelopen periode meermaals een terugval gehad in alcoholgebruik. De meest recente terugval van de moeder was op 5 november 2025. [minderjarige] wordt ernstig in zijn ontwikkeling bedreigd. Hij bagatelliseert de zorgen die zijn zusjes aangeven en vertelt wisselende verhalen. Hij is niet in staat om zijn emoties te uiten of te praten over wat er thuis gebeurt. Ook wil hij niets horen over zijn vader. [minderjarige] lijkt afhankelijk te zijn van de digitale wereld. Hij heeft geen rem als het gaat om gamen of schermgebruik. Doordat hij veel gamet, maakt hij vaak ook niet echt onderdeel uit van het gezin. [minderjarige] doet het goed op school en verzuimt niet. Hij ziet echter geen noodzaak voor het maken van huiswerk, ondanks dat hij in het examenjaar zit. [minderjarige] staat nauwelijks open voor hulpverlening. Positief is dat de moeder en de stiefvader open staan voor hulpverlening en adviezen. Ook werken zij goed samen met de gecertificeerde instelling. Het is noodzakelijk dat de gecertificeerde instelling het komende jaar betrokken blijft om zicht te houden op de veiligheid [minderjarige] en de effecten van de terugvallen van de moeder en stiefvader op de gezinsdynamiek. Het is belangrijk dat de moeder en de stiefvader ervoor zorgen dat er geen triggers meer zijn die leiden tot middelenmisbruik. Verder zal [minderjarige] zonder een ondertoezichtstelling niet meewerken aan een behandeling, terwijl dit wel noodzakelijk is voor zijn verdere ontwikkeling. Er wordt gedacht aan een behandeling bij de [instelling 1] voor zijn gameverslaving, waarbij ook de onderliggende oorzaken daarvan besproken zullen worden.

4.De standpunten

4.1.
Door de moeder is ingestemd met het verzochte. Zij heeft er spijt van dat zij op 5 november 2025 heeft gedronken. Zij had eerder op de dag een gesprek met een van de begeleiders van [instelling 2] waar zij een goede band mee heeft. Deze begeleider heeft aangegeven weg te gaan. De moeder kon met dit nieuws niet goed omgaan en heeft toen een klein flesje wijn leeggedronken. Zij functioneerde nog normaal en nam daarom op toen haar dochter belde. Haar dochter vroeg wat er aan de hand was en heeft wellicht gehoord dat de stiefvader boos was dat de moeder gedronken had. Zij heeft het toen groter gemaakt en de politie gebeld. De politie heeft de stiefvader een huisverbod gegeven van tien dagen, terwijl er geen sprake is geweest van geweld. De moeder is van plan om zichzelf weer te herpakken, zodat zij weer een moeder voor de kinderen kan zijn. De moeder is daar de afgelopen periode ook druk mee bezig geweest. De moeder heeft zorgen over [minderjarige] . Hij is een binnenvetter en geeft aan geen gevoelens te hebben bij de situatie. [minderjarige] doet alsof er niets gebeurd is en lijkt te vluchten in het gamen. Hij wil ook niet op bezoek bij zijn zusjes en is boos op zijn jongste zusje. Op school gaat het in beginsel goed met [minderjarige] . Hij heeft wel aansporing nodig om zijn huiswerk te doen. [minderjarige] wil nog steeds geen contact met zijn vader en ziet de stiefvader als zijn echte vader.

5.De beoordeling

5.1.
De kinderrechter is van oordeel dat aan de voorwaarden voor een verlenging van de ondertoezichtstelling is voldaan. [1] De kinderrechter overweegt daartoe als volgt.
5.2.
Positief is dat [minderjarige] het goed doet op school. De ontwikkeling van [minderjarige] wordt echter nog steeds ernstig bedreigd. [minderjarige] lijkt weg te vluchten in de onlinewereld om niet te hoeven voelen en te spreken over wat hij heeft meegemaakt. Hoewel [minderjarige] dit ontkent, moeten de terugvallen van de moeder en de stiefvader in middelenmisbruik de afgelopen periode een groot effect op hem hebben gehad. Ook wil hij absoluut niet dat zijn vader dingen over hem te weten kan komen en lijkt hij hier last van te hebben. [minderjarige] zal naar verwachting niet deelnemen aan hulpverlening in het vrijwillig kader, terwijl dit wel noodzakelijk voor hem is. Gezien wordt dat de moeder en de stiefvader van [minderjarige] houden en stappen zetten dankzij de hulpverlening, maar dat het hen nog niet lukt om in het belang van de kinderen nuchter te blijven. Het is daarom noodzakelijk dat de moeder, de stiefvader en [minderjarige] het komende jaar verder ondersteund worden door de jeugdbeschermer. Het is van belang dat de moeder en de stiefvader aan zichzelf blijven werken en ervoor zorgen dat zij niet langer terugvallen in middelenmisbruik. [minderjarige] moet behandeld worden voor zijn gameverslaving en de daaraan onderliggende problematiek zodat hij aan een gezonde ontwikkeling richting volwassenheid toe kan komen.
5.3.
De ondertoezichtstelling is daarom nog steeds nodig. De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van [minderjarige] voor de duur van een jaar.
5.4.
De beslissing wordt van rechtswege aangetekend in het gezagsregister. [2]
5.5.
De kinderrechter verklaart de beslissing uitvoerbaar bij voorraad, zoals is verzocht. Dat wil zeggen dat de beslissing direct geldt, ook als iemand in hoger beroep gaat.

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verlengt de ondertoezichtstelling van [minderjarige] tot 20 november 2026;
6.2.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beslissing is gegeven en in het openbaar uitgesproken op 7 november 2025 door mr. M.M.C. Limbeek, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. M.I. Klijn als griffier, en op schrift gesteld op 24 november 2025.
Tegen eindbeslissingen in deze beschikking is hoger beroep mogelijk bij het gerechtshof Den Haag. Hiervoor is een advocaat nodig. Wie kunnen hoger beroep instellen:
  • degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
  • andere belanghebbenden, binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of binnen drie maanden nadat zij op andere wijze daarvan kennis hebben genomen.

Voetnoten

1.Artikel 1:260 BW.
2.Artikel 2 Besluit gezagsregisters.