ECLI:NL:RBDHA:2025:23493
Rechtbank Den Haag
- Beschikking
- M.L. Sandberg-Crommelin
- V.A.H. Schoorl
- Rechtspraak.nl
Zorgmachtiging en toewijzing van verplichte zorg op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg
Op 27 november 2025 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren in 1996, die momenteel verblijft in een accommodatie van Parnassia. De officier van justitie had op 12 november 2025 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging op basis van artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Tijdens de mondelinge behandeling werd betrokkene bijgestaan door haar advocaat en een tolk. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een manisch-psychotisch toestandsbeeld in het kader van een bipolaire stoornis, wat leidt tot ernstig nadeel voor haarzelf en anderen. Ondanks de ontkenning van betrokkene dat zij ziek is, heeft de rechtbank de medische verklaringen en het advies van de artsen gevolgd. De rechtbank heeft geconcludeerd dat verplichte zorg noodzakelijk is, omdat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 26 mei 2026, en heeft verschillende vormen van verplichte zorg toegewezen, waaronder het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid en het uitoefenen van toezicht. Het verzoek van de advocaat om de zorgmachtiging voor een kortere periode toe te wijzen, is afgewezen.