ECLI:NL:RBDHA:2025:23791
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Zimbabwaanse eiser met beroep op ernstige schade en veilig derde land
Op 10 december 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een Zimbabwaanse eiser die een asielaanvraag had ingediend. De rechtbank beoordeelde de afwijzing van deze aanvraag door de minister van Asiel en Migratie, die op 23 juli 2025 had besloten de aanvraag ongegrond te verklaren. Eiser, die in 1989 geboren is, heeft in 2008 gewerkt voor de Zimbabwaanse verkiezingen en stelt dat hij sindsdien wordt bedreigd door de autoriteiten vanwege zijn betrokkenheid bij een petitie. Hij is gevlucht naar Zuid-Afrika, maar vreest ook daar voor zijn veiligheid vanwege de familie van zijn Zuid-Afrikaanse echtgenote en de organisatie Operatie Dudula, die zich tegen immigranten richt. De rechtbank concludeert dat de minister terecht heeft geoordeeld dat de vrees van eiser voor de Zimbabwaanse autoriteiten niet aannemelijk is, aangezien hij na zijn ontvoering in 2008 zonder problemen terugkeerde naar Zimbabwe en daar meerdere keren legaal in en uit reisde. De rechtbank oordeelt ook dat Zuid-Afrika als veilig derde land kan worden aangemerkt, ondanks de zorgen van eiser over geweld tegen immigranten. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en geen proceskostenvergoeding ontvangt.