Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De ontvankelijkheid van de officier van justitie
ne bis in idem’ beginsel), dient dit verweer reeds verworpen te worden omdat geen sprake is van een eerdere onherroepelijke veroordeling. Ook overigens is de rechtbank van oordeel dat in deze zaak zowel de juridische aard van de aan de verdachte onder 1 en 2 verweten feiten als de daarin omschreven gedragingen dermate verschillend zijn dat geen sprake kan zijn van "hetzelfde" feit in de zin van artikel 68 Sr.
4.De bewijsbeslissing
109,5gram MDMA,
61gram cocaïne en
23,6gram Amfetamine, zijnde MDMA en cocaïne en Amfetamine, telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
,telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
2.215euro voorhanden heeft gehad, terwijl zij, verdachte, wist dat dat - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De strafoplegging
17 november 2025.
8.De inbeslaggenomen voorwerpen
9.De toepasselijke wetsartikelen
10.De beslissing
90 (NEGENTIG) DAGEN;
78 (ACHTENZEVENTIG) DAGEN, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op twee jaren vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
100 (HONDERD) UREN;
50 (VIJFTIG) DAGEN;
- 910,00 EUR Geld Euro (PL1500-2025277679-3373190);
- 1.305,00 EUR Geld Euro (PL1500-2025277679-3373599);
- 6.810,00 EUR Geld Euro (PL1500-2025277679-3373551);
- 3.000,00 EUR Geld Euro (PL1500-2025277679-3373556).
zij op een of meerdere tijdstippen in de periode omstreeks 16 tot en met 17 augustus 2025
te ’s-Gravenhage opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 282,9 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en/of ongeveer 126,7 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne en/of ongeveer 41,8 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende Amfetamine zijnde MDMA en/of cocaïne en/of Amfetamine (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
zij op een of meerdere tijdstippen in de periode omstreeks 16 tot en met 17 augustus 2025, te 's-Gravenhage een geldbedrag, te weten 12.025 euro, althans een of meer voorwerpen