ECLI:NL:RBDHA:2025:2579

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
20 februari 2025
Publicatiedatum
21 februari 2025
Zaaknummer
NL24.32030 en NL24.32031
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Asielaanvraag van Belarussische eisers met betrekking tot deelname aan protesten en politiebezoek

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 20 februari 2025 uitspraak gedaan in de asielaanvragen van twee Belarussische eisers. De eisers, geboren in respectievelijk 1990 en 1998, hebben op 19 november 2022 asiel aangevraagd in Nederland. De minister van Asiel en Migratie heeft hun aanvragen op 12 augustus 2024 afgewezen, met de motivering dat de identiteit, nationaliteit en herkomst van de eisers geloofwaardig zijn, maar dat de gestelde problemen bij terugkeer naar Belarus niet aannemelijk zijn gemaakt. De rechtbank heeft de zaak op 23 januari 2025 behandeld, waarbij de eisers bijgestaan werden door hun gemachtigde en een tolk aanwezig was.

De rechtbank oordeelt dat de verklaringen van de eisers over een politiebezoek in november 2022 ongeloofwaardig zijn, omdat er onderlinge tegenstrijdigheden in hun verklaringen zijn. De eisers hebben niet overtuigend aangetoond dat hun deelname aan protesten de reden was voor het politiebezoek. De rechtbank wijst erop dat, hoewel deelname aan politieke protesten in Belarus vaak leidt tot problemen met de autoriteiten, dit niet automatisch geldt voor de individuele situatie van de eisers. De rechtbank concludeert dat de minister terecht heeft geoordeeld dat de asielaanvragen ongegrond zijn en dat de eisers geen gegronde vrees voor vervolging hebben bij terugkeer naar Belarus.

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en de eisers hebben de mogelijkheid om binnen vier weken na verzending van de uitspraak een beroepschrift in te dienen bij de Raad van State als zij het niet eens zijn met de beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: NL24.32030 en NL24.32031

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaken tussen

[eiser] , eiser, V-nummer: [V-nummer 1] ,

[eiseres], eiseres, V-nummer: [V-nummer 2] ,
hierna gezamenlijk te noemen: eisers,
(gemachtigde: mr. R.E. Temmen),
en

de minister van Asiel en Migratie, verweerder,

(gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluiten van 12 augustus 2024 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de asielaanvragen van eisers ongegrond verklaard.
Eisers hebben tegen de bestreden besluiten beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft het beroep op 23 januari 2025 op zitting behandeld. Eisers zijn verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde. Als tolk is verschenen [tolk] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eisers stellen te zijn geboren op respectievelijk [datum 1] 1990 en [datum 2] 1998 en de Belarussische nationaliteit te hebben. Zij hebben op 19 november 2022 een asielaanvraag ingediend in Nederland.
2. Bij besluiten van 12 augustus 2024 heeft verweerder deze aanvragen afgewezen als ongegrond. Verweerder acht de identiteit, nationaliteit en herkomst van eisers geloofwaardig. Ook wordt geloofwaardig geacht dat eisers na een deelname aan een protest zijn gearresteerd, vastgehouden en weer vrijgelaten en dat eiser is gearresteerd en veroordeeld tot een boete en een rijontzegging wegens rijden onder invloed van drugs. Verweerder volgt echter niet dat eisers bij terugkeer naar Belarus problemen zullen krijgen met de overheid wegens die protestdeelname of het rijden onder invloed. Verweerder acht verder niet geloofwaardig dat er politieagenten voor de deur voor eisers hebben gestaan, waarna zij zijn gevlucht. Hun verklaringen over dit asielmotief vormen geen samenhangend en aannemelijk geheel. De gestelde problemen met de Belarussische overheid worden dan ook slechts deels geloofwaardig geacht. Verweerder volgt niet dat eisers bij terugkeer naar Belarus te vrezen hebben.
3. Eisers stellen in beroep dat zij duidelijk uiteen hebben gezet waarom hun verklaringen niet naadloos overeenstemmen. Van een stressvolle situatie van geruime tijd geleden is het moeilijk om details te herinneren, zoals het exacte aantal politiemensen. Verder is uit openbare bronnen kenbaar dat een deelname aan protesten in Belarus veelal leidt tot problemen met de autoriteiten. Eisers verwijzen daarbij naar een uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Roermond, waarin is geoordeeld dat het uiten van ogenschijnlijk marginale kritiek al tot problemen kan leiden met de autoriteiten. [1] Verweerder acht geloofwaardig dat zij aan protesten hebben deelgenomen en problemen hebben ondervonden. Het is dan ook niet slechts een vermoeden dat dit de reden was van het politiebezoek en ook niet ongeloofwaardig dat er agenten voor hun woning stonden. Dat zij zijn teruggekeerd naar hun woning is verklaarbaar. Zij hebben een zeer grote binding met hun kat. Verder hebben eiseres niet kunnen uitzoeken wat de huidige stand van zaken is omdat zij zich in een lastige situatie bevinden. Wel hebben zij contact opgenomen met Belarussische hackers, die informatie hebben verstrekt waaruit blijkt dat eiser is opgenomen in een database van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Eisers hebben een vertaling van deze berichten overgelegd. Ook hebben eisers nog enkele voorbeelden overgelegd van mensen die als gevolg van deelname aan protesten zijn opgepakt en veroordeeld. Wat betreft de uitreis hebben eisers veel geluk gehad dat zij niet zijn aangehouden. Ter zitting hebben eisers nader toegelicht dat zij uit het nieuws hebben begrepen dat zeer ondernemende activisten bij uitreis worden aangehouden. Eisers veronderstellen dat minder actieve personen wel na vertrek worden onderzocht en daarom bij terugkeer problemen zullen ervaren.
De rechtbank oordeelt als volgt.
4. De rechtbank is van oordeel dat verweerder niet ten onrechte heeft overwogen dat het politiebezoek in november 2022 ongeloofwaardig is. Daarbij is van belang dat eisers op meerdere punten onderling tegenstrijdige en vage verklaringen hebben afgelegd. Zo heeft eiser tot twee keer toe verklaard dat hij een politieauto heeft gezien. [2] Eiseres heeft niets gezegd over een politieauto, maar juist verklaard dat zij politieagenten op een bankje zag zitten. [3] Daarin zijn eisers verklaringen onderling tegenstrijdig. Vervolgens heeft eiser in de correcties en aanvullingen aangegeven dat hij geen politieauto heeft gezien. Hij heeft daarbij niet uitgelegd waarom hij is gewisseld van verklaring, anders dan dat hij en zijn vrouw zich bepaalde details verschillend herinneren. Dat is onvoldoende nu dit punt de kern van het asielrelaas van eisers raakt en van hen mag worden verwacht dat zij hierover eenduidig verklaren. Hetzelfde geldt voor de verklaringen van eisers over wanneer zij, na hun tijdelijke vertrek in verband met het gestelde politiebezoek, zijn teruggekeerd naar huis. Volgens eiser zijn zij pas enkele dagen na het politiebezoek weer naar huis gegaan [4] , terwijl eiseres heeft verklaard dat dit de avond erna was. [5]
5. Uit de verklaringen van eisers blijkt dat zij na het politiebezoek nog twee keer zijn teruggekeerd naar hun woning. Verweerder heeft ter zitting opgemerkt dat het te volgen is dat eisers voor korte tijd zijn teruggekeerd in een poging hun kat op te halen. Dit verklaart echter niet waarom zij daarna een tweede keer en, zoals eiser heeft verklaard, voor een periode van ongeveer tien dagen thuis zijn geweest [6] , terwijl zij stellen te vrezen voor de autoriteiten. Ter zitting hebben eisers betwist dat zij hebben verklaard bij hun tweede terugkeer tien dagen te zijn gebleven. Dat was maximaal een etmaal. De rechtbank overweegt dat eisers de verklaring van eiser tijdens het nader gehoor dat zij ongeveer tien dagen thuis waren, niet in de correcties en aanvullingen, in de zienswijze of in de gronden van beroep hebben gecorrigeerd, terwijl uit het verslag van het nader gehoor duidelijk naar voren komt dat eisers volgens eiser nog tien dagen thuis zijn gebleven. [7] Verweerder heeft kunnen overwegen dat hiermee sprake is van ongerijmd gedrag nadat eisers begonnen te vrezen. Niet valt in te zien dat eisers stellen te vrezen voor de autoriteiten wegens het politiebezoek, maar toch tweemaal en ook voor een aanzienlijke periode weer naar huis zijn gegaan.
6. Ook hebben eisers niet aannemelijk gemaakt dat hun protestdeelname de reden was van het gestelde politiebezoek. Weliswaar volgt uit algemene informatie dat een deelname aan politieke protesten in Belarus veelal leidt tot problemen met de autoriteiten, maar dat maakt niet dat dit altijd het geval is. In hun individuele geval hebben eisers dit niet aannemelijk gemaakt, mede gelet op de onderlinge tegenstrijdigheden en de ongerijmde gang van zaken zoals eerder overwogen. Daarnaast is het ongerijmd dat zij in 2020 zijn opgepakt wegens de deelname aan politiek protesten, en dat de politie in dat verband in november 2022 pas bij hen langs zou zijn gekomen. Ook eisers beroep op de uitspraak van deze rechtbank, zittingsplaats Roermond, treft geen doel. In deze uitspraak is onder meer geoordeeld dat nu in die zaak geloofwaardig wordt geacht dat de vreemdeling is blootgesteld aan een met artikel 3 van het EVRM [8] strijdige behandeling, het aan verweerder is om aannemelijk te maken dat de vreemdeling in de toekomst daar niet mee te maken zal krijgen. In de onderhavige zaak heeft verweerder dan wel geloofwaardig geacht dat eisers zijn opgepakt en mishandeld door de Belarussische autoriteiten, maar verweerder heeft ook voldoende gemotiveerd uiteengezet waarom er desondanks van uit wordt gegaan dat eisers in de toekomst geen problemen zullen ondervinden met de Belarussische autoriteiten.
7. Verweerder heeft eisers verder mogen tegenwerpen dat zij geen informatie hebben proberen te vergaren omtrent de huidige stand van zaken in Belarus. Dat zij contact hebben gezocht met hun advocaat hebben eisers niet onderbouwd. Eisers zijn inmiddels ruim twee jaar in Nederland en hebben eenmalig contact gehad met Belarussische hackers. Dit is onvoldoende om te stellen dat zij zich actief hebben ingezet om uit te zoeken hoe het er voorstaat in Belarus. Verder blijkt uit de screenshots van de database van het Belarussische ministerie van Binnenlandse Zaken dat de geloofwaardig geachte arrestatie van eiser wordt bevestigd. Hieruit volgt echter niet dat de Belarussische autoriteiten, vier jaar na deze arrestatie, eiser nog en nogmaals actief willen vervolgen.
8. Dat eisers naderhand ook met hun eigen paspoort legaal en zonder problemen zijn uitgereisd, biedt tot slot ook geen aanknopingspunt voor de conclusie dat eisers in de negatieve aandacht van de autoriteiten stonden of hiervoor te vrezen zouden hebben. Eiser heeft zelfs verklaard dat ze bij hun uitreis zijn gecontroleerd en dat zijn paspoort is gescand. De verklaring ter zitting dat er bij vertrek uit Belarus een onderscheid wordt gemaakt tussen prominente activisten en minder actieve demonstranten, zoals eisers, en dat zij bij terugkeer wel problemen zullen ervaren, is slechts een vermoeden van eisers.
9. Verweerder heeft de aanvraag terecht afgewezen als ongegrond. Het beroep is ongegrond.
10. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan op 20 februari 2025 door mr. M.J. Schouw, rechter, in aanwezigheid van mr. J. de Winter, griffier, en openbaar gemaakt door middel van
geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.

Voetnoten

1.Uitspraak van 26 juli 2022, ECLI:NL:RBLIM:2022:5742.
2.Zie pagina 16 en 21 van het rapport nader gehoor van eiser op 6 augustus 2024.
3.Zie pagina 14 van het rapport nader gehoor van eiseres op 6 augustus 2024.
4.Pagina 21 en 26 van het rapport nader gehoor van eiser op 6 augustus 2024.
5.Pagina 15 en 17 van het rapport nader gehoor van eiseres op 6 augustus 2024.
6.Zie pagina 22 van het rapport nader gehoor van eiser op 6 augustus 2024.
7.Zie pagina 21 en 22 van het rapport nader gehoor van eiser op 6 augustus 2024.
8.Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.