In deze beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 11 februari 2025, wordt een beslissing genomen over de hoofdverblijfplaats en zorgregeling van twee minderjarige kinderen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], in het kader van een conflictueuze scheiding tussen hun ouders, [de moeder] en [de vader]. De rechtbank heeft eerder een bijzondere curator benoemd om de situatie van de kinderen te onderzoeken en verslag uit te brengen. De ouders verkeren in een ernstige strijd, wat leidt tot een loyaliteitsconflict bij de kinderen. De bijzondere curator heeft geadviseerd om een ondertoezichtstelling uit te spreken, omdat de ouders niet in staat zijn om een evenwichtige en veilige omgeving voor de kinderen te creëren.
Tijdens de zitting is gebleken dat de ouders bereid zijn deel te nemen aan het traject "Duurzaam samenwerken na scheiding". De rechtbank benadrukt het belang van dit traject voor de ouders om hun onderlinge communicatie te verbeteren en de schadelijke dynamiek te doorbreken. De rechtbank stelt vast dat de huidige situatie onhoudbaar is voor de kinderen en dat een wijziging van de hoofdverblijfplaats niet de oplossing zal bieden. De ouders worden aangespoord om verantwoordelijkheid te nemen voor hun gedrag en de impact daarvan op hun kinderen. De rechtbank houdt verdere beslissingen over de hoofdverblijfplaats en zorgregeling aan tot 15 augustus 2025, terwijl de ouders worden aangemoedigd om samen te werken aan een oplossing voor de problemen.
De rechtbank concludeert dat de ouders de verantwoordelijkheid voor de situatie bij zichzelf moeten leggen en dat de kinderen recht hebben op een veilige en zorgeloze ontwikkeling. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en de rechtbank zal de voortgang van het traject monitoren.