ECLI:NL:RBDHA:2025:2779

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
11 februari 2025
Publicatiedatum
25 februari 2025
Zaaknummer
C/09/655119 / FA RK 23-7375
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslissing inzake hoofdverblijfplaats en zorgregeling van minderjarigen in een conflictueuze scheiding

In deze beschikking van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 11 februari 2025, wordt een beslissing genomen over de hoofdverblijfplaats en zorgregeling van twee minderjarige kinderen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], in het kader van een conflictueuze scheiding tussen hun ouders, [de moeder] en [de vader]. De rechtbank heeft eerder een bijzondere curator benoemd om de situatie van de kinderen te onderzoeken en verslag uit te brengen. De ouders verkeren in een ernstige strijd, wat leidt tot een loyaliteitsconflict bij de kinderen. De bijzondere curator heeft geadviseerd om een ondertoezichtstelling uit te spreken, omdat de ouders niet in staat zijn om een evenwichtige en veilige omgeving voor de kinderen te creëren.

Tijdens de zitting is gebleken dat de ouders bereid zijn deel te nemen aan het traject "Duurzaam samenwerken na scheiding". De rechtbank benadrukt het belang van dit traject voor de ouders om hun onderlinge communicatie te verbeteren en de schadelijke dynamiek te doorbreken. De rechtbank stelt vast dat de huidige situatie onhoudbaar is voor de kinderen en dat een wijziging van de hoofdverblijfplaats niet de oplossing zal bieden. De ouders worden aangespoord om verantwoordelijkheid te nemen voor hun gedrag en de impact daarvan op hun kinderen. De rechtbank houdt verdere beslissingen over de hoofdverblijfplaats en zorgregeling aan tot 15 augustus 2025, terwijl de ouders worden aangemoedigd om samen te werken aan een oplossing voor de problemen.

De rechtbank concludeert dat de ouders de verantwoordelijkheid voor de situatie bij zichzelf moeten leggen en dat de kinderen recht hebben op een veilige en zorgeloze ontwikkeling. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en de rechtbank zal de voortgang van het traject monitoren.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige Kamer
Rekestnummer: FA RK 23-7375
Zaaknummer: C/09/655119
Datum beschikking: 11 februari 2025

Informele rechtsingang – hoofdverblijfplaats en zorgregeling (na aanhouding)

Beschikkingin het kader van de op 9 oktober 2023 en 6 december 2023 ingekomen brieven van:

de minderjarige [minderjarige 1] ,

geboren op [geboortedatum 1] 2011 te ’ [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats]
en
de minderjarige
[minderjarige 2] ,
geboren op [geboortedatum 2] 2008 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] .
Als belanghebbenden zijn aangemerkt:

[de moeder] ,

de moeder,
wonende te [woonplaats] ,
advocaat: mr. S. Ben Ahmed, te Rotterdam
en
[de vader],
de vader,
wonende te [woonplaats]

Procedure

Bij beschikking van 8 maart 2024 van deze rechtbank is een beslissing ter zake van de hoofdverblijfplaats en de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken aangehouden en een bijzondere curator benoemd om een onderzoek te verrichten en verslag te doen van haar bevindingen.
De rechtbank heeft wederom kennis genomen van de stukken, waaronder thans ook:
- het verslag van de bijzondere curator d.d. 5 augustus 2024;
- de brief van de vader, ingekomen op 3 augustus 2024;
- de brief van de advocaat van de moeder, d.d. 27 augustus 2024;
- de brief d.d. 3 september 2024 van de bijzondere curator met als bijlage een verslag van het gesprek met [minderjarige 2] en [minderjarige 1] van 13 augustus 2004 waaraan gehecht mails van moeder;
- de brief van de advocaat van de moeder, d.d. 24 december 2024 met als bijlage productie 16;
- de brief van de advocaat van de moeder d.d. 30 december 2024 met als bijlage een overzicht niet houden aan omgangsregeling en niet houden aan ouderschapsnormen;
- de brief van de advocaat van de moeder d.d. 3 januari 2025 met als bijlagen producties 17 tot en met 21.
Op 14 januari 2025 is de zaak weer ter zitting van deze rechtbank behandeld.
Hierbij zijn verschenen:
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader;
- [naam] , namens de Raad voor de Kinderbescherming (de Raad);
- de bijzondere curator mr. J.E.C. Verhoeff.

Beoordeling

De rechtbank handhaaft al hetgeen bij genoemde beschikking van 8 maart 2024 is overwogen en beslist, voor zover in deze beschikking niet anders wordt overwogen of beslist. Zij vaart op de volgende informatie die ter zitting is besproken en nader is toegelicht.
Het verslag en toelichting van de bijzondere curator
De bijzondere curator heeft veel contact gehad met zowel de kinderen als beide ouders. De ouders verkeren enorm in strijd en spanning met elkaar en er is veel verdriet en pijn. Het lukt de ouders niet om een evenwicht voor de kinderen te creëren en vanuit een vrijwillig kader met de hulpverlening stappen vooruit te zetten. Het is het afgelopen jaar bergafwaarts gegaan.
Er zijn zorgen over de ontwikkeling van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] . [minderjarige 2] is zeer afwijzend waar het gaat om de contacten met de moeder. Zij ervaart veel spanning en voelt een grote verantwoordelijkheid ten aanzien van de veiligheid van [minderjarige 1] . Zorgwekkend is ook dat de kinderen niet weten hoe om te gaan met de ziekte van hun moeder. De kinderen kunnen geen kind zijn door alles wat zich voordoet. Zolang het de ouders niet lukt om hun onderlinge communicatie te verbeteren, zullen de kinderen blijven lijden onder de situatie.
Het wijzigen van de hoofdverblijfplaats bij de moeder in die bij de vader zal er slechts toe leiden dat de problematiek zich zal verplaatsen. Dit is geen oplossing. [minderjarige 2] en [minderjarige 1] zijn zodanig klem en verloren geraakt in de huidige situatie dat het bovendien helemaal niet mogelijk is te bepalen welke hoofdverblijfplaats en zorgregeling het meest in hun belang is.
De kinderen verkeren in een diepingrijpend loyaliteitsconflict en krijgen van de ouders over en weer geen emotionele toestemming voor het opbouwen van een ongedwongen band met beiden. Dit levert een enorme ontwikkelingsbedreiging op. De bijzondere curator adviseert daarom een ondertoezichtstelling uit te spreken.
De oplossing voor de volledig vastgelopen situatie moet gezocht worden bij de ouders. Zij dienen eerst te werken aan hun onderlinge problematiek. Daarna kan bekeken worden of een wijziging van de hoofdverblijfplaats (en de zorgregeling) in het belang is van de kinderen.
De moeder
De moeder heeft ter zitting nogmaals naar voren gebracht dat zij erbij blijft dat de hoofdverblijfplaats van de kinderen ongewijzigd bij haar moet blijven. De vader houdt zich niet aan de zorgregeling. De kinderen verblijven tegen de afspraken in (vaker) bij de vader. Hij verschijnt voortdurend op het toneel terwijl de afspraken anders zijn. De vader ondermijnt hiermee het gezag van de moeder. Zij wordt niet (direct) op de hoogte gesteld van ernstige incidenten en belangrijke gebeurtenissen, zoals een aanranding van [minderjarige 1] door een vriend van de vader, andere geweldsincidenten en bezoeken aan de (huis)arts. De vader praat slecht over de moeder in het bijzijn van de kinderen. Er wordt ten onrechte gesteld dat [minderjarige 1] zich maandenlang zou hebben gesneden en zelfmoordgedachten zou hebben om een argument te vinden voor de stelling dat de kinderen beter af zijn bij de vader. De moeder wordt op deze manier volledig buitenspel gezet en niet serieus genomen in haar ouderschap.
Verder mishandelt de moeder de kinderen helemaal niet. Wel ontstaan er discussies omdat de kinderen liegen, niet respectvol zijn en zich niet aan de huisregels houden. De kinderen komen te laat thuis, zijn zelfbepalend, schelden moeder uit en zetten haar onder druk omdat ze bij de vader willen wonen.
Daar komt nog bij dat Veilig Thuis de zaak niet goed heeft aangepakt en conclusies trekt die niet op waarheid zijn gebaseerd. Er is geen vervolghulp geregeld en de weigering van de vader en de kinderen om hulp te aanvaarden is geaccepteerd. De moeder vindt dat onbegrijpelijk.
De kinderen zijn volgens de moeder alleen nog maar bezig met voor elkaar te krijgen dat ze bij de vader kunnen wonen. Ze vertonen provocerend gedrag in de hoop dat de moeder haar geduld verliest en zij dat kunnen gebruiken. De situatie is voor iedereen onhoudbaar.
De moeder kan zich vinden in een ondertoezichtstelling zoals voorgesteld door de bijzondere curator.
Ter zitting heeft de moeder ingestemd met een doorverwijzing naar het traject ”Duurzaam samenwerken na scheiding”.
De vader
De conclusie van de bijzondere curator die kortgezegd inhoudt dat het niet uitmaakt waar de kinderen verblijven, kan niet rekenen op steun van de vader. De kinderen willen zelf niet meer naar de moeder. De vader zal hen dan ook zeker niet de deur wijzen. Hij zal hen ook nooit verbieden contact te hebben met de moeder en is van mening dat een kind beide ouders nodig heeft. Er is sprake van een eenzijdige strijd, waarbij de vader steeds negatief belicht wordt. De vader probeert de kinderen aan te sturen om het gedrag van de moeder te accepteren zodat ze het los kunnen laten maar zij zijn verbitterd geworden. De vader wijst erop dat dat niet zo gek is na alles wat er is gebeurd. De moeder doet niet aan zelfreflectie en het advies van Veilig Thuis om afstand te houden wordt alleen toegepast als het de moeder uitkomt.
De vader verzet zich niet tegen het uitspreken van een ondertoezichtstelling.
Ter zitting heeft de vader ingestemd met doorverwijzing naar het traject ”Duurzaam samenwerken na scheiding”.
De Raad
De Raad doet geen verzoek de kinderen onder toezicht te stellen. Wel schaart de Raad zich achter het advies van de bijzondere curator dat inhoudt dat de ouders zelf aan het werk zullen moeten om de schadelijke dynamiek te doorbreken. De ouders zullen hun gedrag moeten veranderen, ook gezien hun voorbeeldfunctie voor de kinderen. Er lijkt absoluut sprake van een bedreigde ontwikkeling bij beide kinderen. Zij bevinden zich in een loyaliteitsconflict dat niet groter zou kunnen zijn. De ouders zeggen open te staan voor hulp, maar het is nog niet gelukt om de huidige situatie te verbeteren. De ouders laten heel veel liggen maar staan hiermee toe dat zij zelf hun kinderen beschadigen. Door zelf niet te veranderen, houden zij een situatie in stand die neerkomt op een ernstige vorm van kindermishandeling. Ook de kinderen is vaker hulp aangeboden maar dit wordt niet geaccepteerd. De kinderen kunnen hun eigen ervaringen, gevoelens en emoties niet kwijt zonder dat zij in het conflict tussen de ouders wordt gezogen. Daarbij staat hun eigenheid onder zeer hoge druk. Hoewel de Raad de kinderen zou willen helpen, zijn het de ouders die zullen moeten veranderen en daartoe hulp zullen moeten accepteren. Het zijn immers niet de kinderen die een oplossing moeten zien te vinden voor de problemen, zoals nu gebeurt, maar de ouders. Het kiezen voor de één ten koste van de ander – wat de kinderen nu doen – is de enige mogelijkheid die zij hebben voor hun lijfsbehoud. Maar wat hier gebeurt ís geen oplossing. Door één van beide ouders af te wijzen, wijzen de kinderen in belangrijke mate zichzelf af. Hierin zit de kern van de schade van deze ernstige vorm van mishandeling.
De Raad adviseert de ouders het traject ”Duurzaam samenwerken na scheiding”, een pilot van het Kenniscentrum Kind en Scheiding, te gaan volgen. Dit is een traject dat door twee systeemtherapeuten, die zich hebben gespecialiseerd in hoog-conflictueuze scheidingen, wordt begeleid. In dit traject kan een basis worden gelegd voor verandering. De ouders worden dan geholpen om met elkaar te bespreken hoe het verder moet en hoe zij de situatie voor [minderjarige 2] en [minderjarige 1] kunnen verbeteren. Ook kan worden besproken op welke manier de ouders het goede voorbeeld voor de kinderen kunnen geven door bijvoorbeeld het accepteren van hulp en het met elkaar blijven praten. Afhankelijk van de uitkomsten van dit traject kan dan het vervolg gaan richting Ouderschapsbemiddeling of Parallel Solo Ouderschap.
De rechtbank overweegt over al het voorgaande als volgt. De rechtbank heeft, ook ter zitting, kunnen vaststellen dat er van alles is gebeurd tussen de ouders. Dit heeft diepe sporen achtergelaten. De kinderen hebben de gevolgen hiervan moeten ondervinden. Wat de ouders niet opgelost krijgen, leeft als conflict door in de kinderen. Het spreekt voor zich dat een innerlijk conflict voor de ontwikkeling van een kind vele malen ingrijpender is dan een conflict dat tussen de ouders speelt en daar wordt aangepakt en opgelost. Wanneer één van beide ouders concludeert ‘dat het de ouders nu eenmaal niet lukt’, dan is van levensbelang dat de ouders zich realiseren dat daarmee de verantwoordelijkheid voor een oplossing wordt afgeschoven op de kinderen. Het is evident dat de kinderen de strijd van hun ouders helemaal niet kunnen oplossen. Een keuze maken voor de één of de ander is een uiting van die onoplosbaarheid. Die keuze aanzien voor een oplossing is een ernstige miskenning van de situatie waarin de kinderen verkeren en wat zich binnen in hen afspeelt.
Naar het oordeel van de rechtbank zullen de ouders bij zichzelf moeten nagaan wat zij zelf kunnen doen om de situatie te verbeteren, waarbij zij de belangen van de kinderen centraal stellen. Het is in ieders belang dat de dynamiek gezond wordt gemaakt. Uiteindelijk is dat ook beter voor de ouders zelf. Een giftige strijd kost onmenselijk veel energie en levert niets anders op dan verdriet. De ouders zijn volwassen mensen. Ter zitting is in volledige omvang helder geworden hoe zij zich tot elkaar verhouden. Kunnen de ouders zich voorstellen dat de dynamiek zoals die op de zitting was, gelijkstaat aan de binnenwereld van hun twee dochters? Kunnen zij zich voorstellen hoe het voor hen is om daarmee groot te worden in een toch al complexe wereld? Kunnen zij zich voorstellen dat emotionele veiligheid en een gevoel van vrijheid om het leven aan te gaan dan bijna ondenkbaar zijn? Is dit de manier waarop zij hun kinderen naar volwassenheid willen toe leiden?
De kinderen hebben beide ouders nodig. Het afvallen van de één of de ander betekent uiteindelijk voor iedereen verlies. Het is noodzakelijk dat de ouders hun plek als ouder gaan innemen. Dat is vooral een kwestie van verantwoordelijkheid dragen voor de ontstane situatie en voor minimaal de helft bijdragen aan een oplossing – op z’n minst door niet weg te lopen als moeilijke vragen zich voordoen. De rechtbank herhaalt wat zij ook ter zitting indringend met de ouders heeft besproken: geen antwoord formuleren op hoe het verder moet en daarmee onvoldoende verantwoordelijkheid oppakken, betekent een directe verplaatsing van het probleem naar de kinderen. De vader heeft heel duidelijk gemaakt dat hij er voor zijn dochters wil staan en dat ook consequent doet. De rechtbank wijst hem erop dat hierbij hoort dat hij ervoor zorgt dat zij niet verstoken raken van hun moeder. Het is de hoogste tijd dat beide ouders elkaar de hand gaan reiken en een brug gaan bouwen voor hun dochters.
De problematiek wordt naar het oordeel van de rechtbank niet opgelost door de hoofdverblijfplaats van de kinderen nu bij de vader te bepalen en een nieuwe zorgregeling te treffen. Het is in het belang van [minderjarige 2] en [minderjarige 1] dat zij – via de brug die hun ouders gaan bouwen – een manier kunnen vinden om zich te verhouden tot hun beide ouders. Het is uiteindelijk aan [minderjarige 2] en [minderjarige 1] in welke mate zij dat doen. Het gaat erom dat de ouders een basis leggen waarmee zij de kinderen ruimte geven en hun bestaan rechtdoen.
De rechtbank heeft na een indringend gesprek ter zitting kunnen constateren dat de vader en de moeder beiden willen deelnemen aan het geadviseerde het traject ”Duurzaam samenwerken na scheiding”, een pilot van het Kenniscentrum Kind en Scheiding. De rechtbank complimenteert de ouders hartgrondig met deze zeer belangrijke stap: de wil om te veranderen en daarvoor verantwoordelijkheid te willen dragen.
De rechtbank zal de ouders daarom in de gelegenheid stellen deel te nemen aan dit traject, zoals blijkt uit het proces-verbaal van doorverwijzing dat aan deze beschikking is gehecht. Dit proces-verbaal is al per email verzonden naar Kenniscentrum Kind en Scheiding voor deelname aan voornoemd traject en/of training en aanmelding bij de betreffende uitvoerende hulpverleningsinstantie. De rechtbank zal een afschrift van deze beschikking per post zenden aan het Kenniscentrum Kind en Scheiding.
De rechtbank verzoekt de ouders om de rechtbank in aanloop naar de volgende zitting te informeren over het verloop van voornoemd traject. Van de uitvoerende hulpverleningsinstantie verwacht de rechtbank dat – zoals op de zitting met de ouders is besproken – zij de eindrapportage over het verloop van het traject indient op de hierna vermelde wijze. De hulpverleningsinstantie kan de rechtbank tussentijds informeren als daartoe aanleiding is.
De rechtbank zendt per gelijk moment als deze beschikking een brief aan [minderjarige 2] en [minderjarige 1] waarin de kinderrechter de beslissing aan hen uitlegt. De inhoud van deze brief luidt als volgt.
Beste [minderjarige 2] en [minderjarige 1] ,
Wij hebben een gesprek gevoerd in aanloop naar de zitting waar ik jullie ouders heb ontmoet. Meiden, ik leef intens met jullie mee. Het is ontzettend zwaar om in zo’n strijd van ouders te moeten opgroeien. En dat niet alleen. Het is ook beschadigend, energievretend en doodvermoeiend. Voortdurend op je hoede zijn voor wat er nu weer gebeurt, is niet normaal. We leven niet in de wildernis waar je wél voortdurend op je hoede zou moeten zijn om te kunnen overleven. Jullie zijn overlevers in alsmaar voortdurende onrust en dreiging. Dat maakt dat je je kwaliteiten en talenten op een andere manier aanspreekt: je zet ze in om te kunnen overleven. Dat is bepalend voor jullie ontwikkeling en de keuzes die jullie in het leven maken. Ook later als volwassene kan dit een rol blijven spelen, vooral als de situatie blijft zoals die is.
Als je in het nauw opgroeit, ga je de wereld anders bekijken. Voor een evenwichtige en vrije ontwikkeling waarin je van het leven kan genieten en kan ontdekken waar je goed in bent en wat je leuk vindt, is nodig dat je je veilig voelt. Daarom is het zo belangrijk dat kinderen niet te veel shit aan hun hoofd hebben. Een kind dat denkt dat de wereld een gevaarlijke plek is, groeit op tot een puber die misschien niet zo blij is met het leven en wordt later misschien een vrouw die een veilige man of onveilige man niet kan herkennen, of vriendinnen kiest die niet goed voor haar zijn. Dit zijn dingen waar we het over hebben gehad. Ik vind jullie prachtige meiden met veel talent. Het is belangrijk dat er heel goed voor jullie wordt gezorgd. Dat jullie worden gekoesterd, dat jullie momenten van zorgeloosheid gaan ervaren. Dat er ruimte komt om te dromen over alles wat jullie met het leven kunnen en willen gaan doen. Dat is wat ik voor jullie wil. Hoewel ik jullie dit graag persoonlijk zou geven, kan ik dat niet. De kinderbescherming kan het niet. De bijzondere curator niet. Een ondertoezichtstelling niet. Er zijn twee mensen op de wereld die ervoor kunnen zorgen dat de ellende tot een einde komt. Dat er rust komt en ruimte voor jullie toekomst. Die toekomst is morgen, overmorgen en alle dagen daarna.
Jullie ouders hebben op zitting ongelofelijk hard gewerkt. Omdat ik dat van ze heb gevraagd. Geëist misschien wel. Als kind heb je meestal niet dezelfde gevoelens bij twee ouders. Dat hoeft ook helemaal niet. Het wisselt ook gaande een mensenleven. Soms is de één wat dichterbij, soms de ander. Er kunnen ook periodes zijn dat het met één van beiden of allebei helemaal niet gaat. Die periodes kunnen heel lang duren. Soms een leven lang.
Dat is ongelofelijk verdrietig, al voelt het soms meer als boosheid of woede. Er niet voor elkaar kunnen zijn, kost ook energie. Nooit kunnen praten over wat is misgegaan, is als een vriezer waar je iets in stopt en nooit meer naar omkijkt. Je weet dondersgoed dat het er ligt, maar je weet niet wat je moet. Het probleem is dat die vriezer niet van jullie is. Hij is van jullie ouders. En daar zit meteen de oplossing.
Iemand – je moeder of je vader – helemaal nooit meer willen zien, is je goed recht. Die levensroute is er echter één die waanzinnig moeilijke hindernissen kent. Dat komt omdat je een keuze maakt die eigenlijk niet echt bestaat. Kinderen zijn met hun ouders verbonden, ook al zien ze elkaar 100 jaar niet. Ik zal de laatste zijn die zegt dat jullie verplicht contact moeten hebben met jullie moeder. Zo werken de dingen namelijk niet. Iets moeten wat je niet wil, gaat niet. Jullie zijn niets verschuldigd. Het is niet voor niets zo ver gekomen dat jullie niet willen. Als je in een verlaten woestijn staat en de aarde begint te beven en te schudden, dan kies je. Links of rechts, je moet. Dat bedoel ik: het is een keuze, maar toch ook niet. Niets doen is geen optie, als er een aardbeving plaatsvindt en de boel nogal verlaten is.
Nou is de vraag in hoeverre die woestijn echt zo verlaten is. Soms kunnen er hele mooie dingen gebeuren, ook daar waar niemand het nog verwacht. Misschien is er wel water. Zulke woestijnen bestaan. Ik wil dat jullie bezig kunnen zijn met de vraag waar jullie eigen reis verder naartoe gaat. Niet de reis van jullie ouders, niet al hun vijandigheid, zorgen en gedoe. Ik wil dat het om jullie gaat. Daarvoor is nodig dat jullie ouders stoppen met oorlog voeren. Op die manier kan je namelijk eindelijk eens even rustig om je heen kijken waar je nou eigenlijk bent, wat er mooi is en wat je interesse trekt om naartoe te gaan. De schade van de aardbeving die is geweest moet hersteld worden. Jullie ouders gaan daarom proberen een brug te bouwen. Het is daarvoor wel belangrijk dat jullie ouders dezelfde taal spreken en hetzelfde doel voor ogen hebben; anders wordt het natuurlijk niks. Dat hebben we allemaal besproken op de zitting.
Ik heb jullie ouders ontzettend vervelende vragen gesteld. Maar ze kwamen met antwoorden. Hadden jullie dat nog verwacht? Zo zie je maar, het kan. Ze willen heel graag met elkaar gaan praten om de grote onrust stil te krijgen. Ik denk dat ze behoorlijk wat uitdagingen zullen tegenkomen. Maar dat is goed. Want iedere uitdaging die zij goed afronden, is er eentje minder voor jullie op jullie levenspad.
Het uiteindelijke doel hiervan is dat het allemaal niet meer zoveel uitmaakt, dat gedoe met jullie ouders. Dat jullie aan een leven toekomen, van het uitzicht kunnen genieten, plannen kunnen maken en durven dromen over alles wat jullie nog willen gaan doen. En dan zijn zij gewoon jullie ouders, die om jullie geven en allebei trots zijn op de reizen die jullie maken, zonder dat ze iets verwachten.
Ook voor hen zou ik het geweldig fijn vinden als ze op het punt komen dat ze kunnen zeggen: “Zie onze dochters gaan, ze zijn vrij en zorgeloos en dat hebben wij ze gegeven. En als ze hulp nodig hebben, dan zijn wij er.”
Ik vind het belangrijk dat er alles aan is gedaan om de verantwoordelijkheid daar te leggen waar die hoort: bij jullie ouders. Ik geloof erin dat ze het kunnen. Zij willen iets gaan oplossen wat niet bij jullie thuishoort. Ze gaan daar hulp bij krijgen. Ik ben heel blij dat ze dit gaan doen en ik ben zeer benieuwd waar ze gaan uitkomen. Misschien helpt het als jullie ook een klein beetje kunnen geloven in hen. Als ze dit gedaan hebben – laten we het hun eigen reis noemen – dan gaan we het hebben over hoe het verder moet in de afspraken, als een soort reisgids. De zaak blijft dus voorlopig echt nog onder de rechter, want het is belangrijk dat er over jullie gewaakt wordt.
Met hartelijke groeten,
De kinderrechter

Beslissing

De rechtbank:
stelt vast dat partijen, te weten:
[de moeder] ,
wonende te [postcode 1] [woonplaats] , [adres 1]
en
[de vader] ,
wonende te [postcode 2] [woonplaats] , [adres 2]
bij (aangehecht) proces-verbaal van doorverwijzing zijn verwezen naar Kenniscentrum Kind en Scheiding voor deelname aan het traject ”Duurzaam samenwerken na scheiding” en voor aanmelding bij de uitvoerende hulpverleningsinstantie;
beveelt de griffier binnen twee dagen na heden een afschrift van (de kennisgeving van) deze beschikking te zenden naar:
Kenniscentrum Kind en Scheiding, Albertus de Oudelaan 1, 2273 CW Voorburg;
bepaalt dat de uitvoerende hulpverleningsinstantie de rechtbank (tussentijds) rapporteert – met een eindrapportage uiterlijk 1 augustus 2025 – omtrent het verloop van voornoemd traject, met kopie aan beide ouders;
bepaalt dat partijen de rechtbank uiterlijk 8 augustus 2025 informeren omtrent het verloop van voornoemd traject;
verklaart deze beslissing tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
houdt iedere verdere beslissing ten aanzien van de hoofdverblijfplaats en de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken aan tot 15 augustus 2025
pro forma;
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.J. Huizenga, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. T.B. van Amen als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 februari 2025.