Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 maart 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, verweerder
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
€ 57.390,-. Omdat eiser niet heeft meegewerkt aan het onderzoek voor het vestigen van de krediethypotheek, had hij volgens verweerder over de periode van 1 december 2019 tot en met 30 juni 2020 geen recht op een bijstandsuitkering. Om die reden heeft verweerder met het primaire besluit het teveel aan ontvangen bijstand ter hoogte van € 7.344,34 over deze periode teruggevorderd.
Beoordeling door de rechtbank
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit van 31 oktober 2022;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 50,- aan eiser moet vergoeden;
- veroordeelt verweerder tot betaling van € 1.814,- aan proceskosten aan eiser.