Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
regio Haaglanden,
1.Het verloop van de procedure
- de pleegouders;
- [naam 3] namens de Raad.
2.De feiten
3.Het verzoek
–samengevat en zakelijk weergegeven
–als volgt gemotiveerd. [de minderjarige] heeft een belast verleden. Zowel de vader als de moeder zijn bekend met een verslavingsgeschiedenis en dit heeft geleid tot fysieke en emotionele onveiligheid voor [de minderjarige] . Er was sprake van affectieve en emotionele verwaarlozing en dat is tot op heden niet verbeterd. De ernstige ontwikkelingsbedreiging is momenteel gelegen in de onveilige relatie tussen [de minderjarige] en de moeder. Het afgelopen jaar heeft zich een aantal incidenten voorgedaan die tot een verdere verwijdering tussen de moeder en [de minderjarige] hebben geleid. [de minderjarige] en de moeder hebben op dit moment geen contact en [de minderjarige] wil niet afhankelijk zijn van de toestemming van zijn moeder. Er is tussen de ouders al jaren geen communicatie en samenwerking ten behoeve van [de minderjarige] . Dit zal naar verwachting ook niet veranderen. Het contact over [de minderjarige] verloopt via de pleegzorgwerker. Volgens de Raad is de verwachting dat de ouders niet binnen een aanvaardbare termijn de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding voor [de minderjarige] kunnen dragen. De ouders hebben al voor een lange periode geen actieve opvoedrol en bij de afsluiting van de ondertoezichtstelling was al duidelijk dat het toekomstperspectief van [de minderjarige] niet meer bij de ouders ligt. [de minderjarige] verblijft al geruime tijd in het huidige pleeggezin en krijgt hier de zorg, stabiliteit en (emotionele) veiligheid die hij nodig heeft. Een gezagsbeëindiging zal [de minderjarige] rust geven over zijn huidige situatie en zijn toekomstperspectief.
4.De standpunten
5.De beoordeling
6.De beslissing
[de vader], geboren op [geboortedatum 2] 1990 in [geboorteplaats 1] en;
[de moeder]geboren op [geboortedatum 3] 1985 in [geboorteplaats 2] ,
[de minderjarige], geboren op [geboortedatum 1] 2008 in [geboorteplaats 1]
[naam 1], geboren op [geboortedatum 4] 1984 in [geboorteplaats 3] en;
[naam 2], geboren op [geboortedatum 5] 1980 in ’ [geboorteplaats 3] ;
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.