Uitspraak
Beschikking op de op 23 september 2024 ingekomen verzoekschriften van:
[de vader] ,
[de moeder] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift met zelfstandige verzoeken, met bijlagen;
- het bericht van 11 november 2024 van de vader, met bijlagen.
- het verzoekschrift;
- het verweerschrift, met bijlagen;
- het bericht van 11 november 2024 van de vader, met bijlagen.
- de vader bijgestaan door zijn advocaat;
- de moeder bijgestaan door haar advocaat;
- [naam] namens de Raad voor de Kinderbescherming (de Raad).
Feiten
- De vader en de moeder hebben een affectieve relatie met elkaar gehad tot medio 2023.
- Zij zijn de ouders van de minderjarige [de minderjarige] ( [de minderjarige] ), geboren op [geboortedatum] 2023 in [geboorteplaats] .
- De vader heeft [de minderjarige] erkend.
- De ouders oefenen gezamenlijk het gezag uit over [de minderjarige] .
- [de minderjarige] woont bij de moeder.
- De moeder heeft uit een eerdere relatie vier nu nog minderjarige kinderen, in de leeftijd van acht tot vijftien jaar.
Verzoek en verweer
- [de minderjarige] verblijft om de week vanaf vrijdag 18.00 tot zondagmiddag 17.00 uur bij de vader;
- vakanties en feestdagen worden bij helfte verdeeld.
- week 1 tot en met 4 na de beschikking: de vader ziet [de minderjarige] elke zondag tussen 13.00 uur en 17.00 uur, onbegeleid, op een locatie bij de moeder in de buurt;
- week 5 tot en met 8 na de beschikking: de vader ziet [de minderjarige] elke zondag tussen 9.00 uur en 18.00 uur, onbegeleid, op een door de vader aan te geven locatie;
- vanaf week 9 na de beschikking: de vader ziet [de minderjarige] om de week van zaterdagochtend 10.00 uur tot zondagavond 18.00 uur;
- de vakanties en feestdagen worden tussen de ouders bij helfte verdeeld, conform het voorstel van de vader.
- de verzoeken van de vader af te wijzen;
- naar de rechtbank begrijpt: een gezag- en omgangsonderzoek door de Raad te gelasten;
- te bepalen dat de vader met ingang van 1 augustus 2023 een kinderalimentatie van
Beoordeling
voorlopigezorgregeling vaststellen, die wordt begeleid door Stichting Jeugdformaat en zal bepalen dat [de minderjarige] met ingang van heden minimaal eenmaal per week voor de duur van twee uur begeleid contact met de vader zal hebben. De rechtbank laat de verdere opbouw van het contact en de manier waarop dit wordt uitgevoerd over aan de expertise van de omgangsbegeleiders van Stichting Jeugdformaat. Daarmee krijgt Stichting Jeugdformaat dus het voortouw en de regie als het om (de opbouw van) het contact tussen de vader en [de minderjarige] gaat. De rechtbank geeft uitdrukkelijk mee dat moet worden toegewerkt naar een frequente en onbegeleide zorgregeling tussen de vader en [de minderjarige] . Bij Stichting Jeugdformaat kan het contact tussen de vader en [de minderjarige] in een veilige omgeving worden opgebouwd, zodat het vertrouwen van met name de moeder in de vader in het belang van [de minderjarige] kan groeien.
Beslissing
voorlopig:
- minimaal één keer per week voor de duur van twee uur, onder begeleiding van Stichting Jeugdformaat, bij de vader zal zijn;
- waarbij de verdere uitbreiding qua frequentie, duur en aard wordt bepaald door en uitgevoerd conform de aanwijzingen van de omgangsbegeleiders van Stichting Jeugdformaat, waarbij moet worden toegewerkt naar een frequente en onbegeleide zorgregeling tussen de vader en [de minderjarige] ;
- Kenniscentrum Kind en Scheiding, Albertus de Oudelaan 1 , 2273 CW Voorburg;
- de Raad voor de Kinderbescherming;
in de procedure C/09/678448 en FA RK 25-220uiterlijk op
in de procedure C/09/678448 en FA RK 25-220zal beslissen over het verdere verloop van die procedure;
de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken en het raadsonderzoekaan
tot 1 augustus 2025 pro forma.