Uitspraak
Kinderalimentatie en omgang
Beschikking op het op 8 maart 2024 ingekomen verzoek van:
[de moeder] ,
[de vader] ,
Procedure
- het verzoekschrift van de moeder;
- het e-mailbericht van 18 maart 2024 van de vader, met bijlage;
- het e-mailbericht van 19 maart 2024 van de vader, met bijlage;
- het verweerschrift van de vader, ingekomen op 30 april 2024;
- het F9-formulier van 5 juni 2024 van de vader;
- het F9-formulier van 13 juni 2024 van de vader;
- het F9-formulier van 13 juni 2024 van de moeder;
- het F9-formulier van 13 januari 2025 van de vader, met aanvullend verzoek en bijlagen;
- het verweerschrift met zelfstandig verzoek van de moeder, ingekomen op 17 januari 2025;
- het F9-formulier van 22 januari 2025 van de moeder, met bijlagen.
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat en vergezeld door de tolk V. Molnar;
- [naam 1] namens de Raad voor de Kinderbescherming (de Raad).
Feiten
- Partijen hebben een affectieve relatie met elkaar gehad.
- Zij zijn de ouders van de nu nog minderjarige [minderjarige] , geboren op [geboortedatum] 2017 te [geboorteplaats] .
- De vader heeft [minderjarige] in Hongarije erkend.
- De moeder oefent van rechtswege het eenhoofdig gezag over [minderjarige] uit.
- [minderjarige] woont bij de moeder.
- Volgens uittreksels uit de Basisregistratie Personen hebben de vader, de moeder en [minderjarige] de Hongaarse nationaliteit.
- Bij beschikking van deze rechtbank van 16 april 2024, verbeterd bij beschikking van 5 juli 2024, heeft de rechtbank, voor zover hier relevant:
- het verzoek van de vader tot gezamenlijk gezag afgewezen;
- bepaald dat [minderjarige] eenmaal per veertien dagen omgang met de vader zal hebben van vrijdagmiddag uit school tot zondagmiddag 17.00 uur, waarbij de vader [minderjarige] uit school ophaalt en naar de moeder terugbrengt;
- een vakantieregeling met betrekking tot [minderjarige] vastgesteld;
- bepaald dat de moeder de vader maandelijks schriftelijk of per e-mail moet informeren over het wel en wee van [minderjarige] ;
- bepaald dat de vader in onderhavige procedure uiterlijk op 16 april 2024 een verweerschrift mag indienen tegen het verzoek van de moeder tot vaststelling van een door de vader aan de moeder te betalen kinderalimentatie voor [minderjarige] .
Verzoek en verweer
- subsidiair vaststelling van een bedrag van € 25,- per maand, en meer subsidiair een bedrag van hooguit € 100,- per maand;
- de moeder te bevelen om de in de beschikking van deze rechtbank van 16 april 2024, verbeterd bij beschikking van 5 juli 2024, genoemde omgangsregeling na te komen, onder verbeurte van een dwangsom van € 500,- per dag met een maximum van € 500.000,-;
Beoordeling
- is omgang tussen [minderjarige] en de vader in haar belang te achten en zo ja, welke omgangsregeling is het meeste in het belang van [minderjarige] en hoe kan omgang worden bewerkstelligd gelet op het feit dat het traject omgangsbegeleiding niet positief is afgerond?
- is verdere hulpverlening voor de ouders en/of [minderjarige] noodzakelijk?
€ 391,-
Beslissing
(de moeder),
(de vader),
15 augustus 2025 pro forma.