In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 februari 2025 een beschikking gegeven in een verzoek om vervangende toestemming voor de wijziging van de geslachtsnaam van drie minderjarige kinderen en voor een vakantie naar [plaats]. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. L.F. Niemandsverdriet-Wensink, heeft verzocht om toestemming om de geslachtsnaam van de kinderen te wijzigen in [achternaam] en om met hen op vakantie te gaan van 22 tot en met 27 februari 2025. De vader, die niet op de zitting verscheen, heeft zijn toestemming voor beide verzoeken geweigerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de kinderen zich niet meer verbonden voelen met de achternaam van de vader en dat zij graag de achternaam van de moeder willen dragen. De rechtbank heeft ook geconstateerd dat de vader weinig betrokkenheid toont en dat de kinderen al geruime tijd geen contact meer met hem hebben. De rechtbank heeft de wens van de kinderen om hun achternaam te wijzigen als authentiek en bestendig beoordeeld en heeft besloten om de moeder de verzochte vervangende toestemming te verlenen. Daarnaast heeft de rechtbank toestemming verleend voor de vakantie, aangezien de vader geen bezwaar heeft gemaakt tegen de rechtbank die vervangende toestemming verleent. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.