ECLI:NL:RBDHA:2025:4808
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek om proceskostenveroordeling na intrekking beroep tegen niet tijdig nemen van besluit door bestuursorgaan
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2025, in de zaak SGR 24/9907, beoordeelt de rechtbank het verzoek van verzoekster om een veroordeling van verweerder in de proceskosten. Verzoekster had op 3 juni 2024 bezwaar gemaakt tegen een besluit van 2 mei 2024 en verweerder in gebreke gesteld wegens het niet tijdig nemen van een beslissing. Na het indienen van beroep, heeft verweerder op 25 februari 2025 alsnog een beslissing genomen, waarna verzoekster haar beroep heeft ingetrokken en verzocht om een proceskostenveroordeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder geheel tegemoet is gekomen aan verzoekster door alsnog een beslissing te nemen. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling toe en kent verzoekster een vergoeding van € 453,50 toe, gebaseerd op de waarde van de proceshandelingen. Tevens is verweerder verplicht het griffierecht van € 51,- te vergoeden aan verzoekster. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.