ECLI:NL:RBDHA:2025:5103
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag en verzoek om proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door mr. V.L. van Wieringen, een beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, vertegenwoordigd door P. Ozturk, omdat de minister niet tijdig had beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning. Op 11 februari 2025 heeft de minister alsnog een besluit genomen, waarna verzoeker zijn beroep heeft ingetrokken. Verzoeker heeft echter verzocht om vergoeding van de proceskosten, waarop de minister heeft aangegeven deze te willen vergoeden. De rechtbank heeft geoordeeld dat het niet nodig was om partijen uit te nodigen voor een zitting, en heeft de minister veroordeeld in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 453,50. Dit bedrag is vastgesteld op basis van de gemaakte kosten en de wegingsfactor van de zaak, die als lichtgewicht werd beschouwd. De uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf op 19 maart 2025 en is openbaar gemaakt.