In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 april 2025 uitspraak gedaan in een kort geding tussen F.M.T. Beheer B.V., h.o.d.n. VPS Nederland (hierna: VPS) en drie gedaagden, waarvan er twee niet verschenen zijn. VPS vorderde de ontruiming van een ruimte die zij in bruikleen had gegeven aan gedaagde sub 1, een vennootschap, en haar vennoten. De zaak draait om de vraag of VPS de bruikleenovereenkomst rechtsgeldig heeft opgezegd en of de gedaagden de ruimte tijdig hebben opgeleverd. VPS had de overeenkomst opgezegd omdat het schoolgebouw, waar de ruimte zich bevindt, gebruikt zal worden voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen. De rechtbank oordeelde dat VPS de overeenkomst rechtsgeldig had opgezegd en dat de gedaagden in gebreke zijn gebleven met de oplevering van de ruimte. De voorzieningenrechter heeft de vordering van VPS toegewezen en de gedaagden veroordeeld om de ruimte binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen en de proceskosten te vergoeden.