ECLI:NL:RBDHA:2025:5628

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 april 2025
Publicatiedatum
4 april 2025
Zaaknummer
NL25.7956
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • H. Hanssen - Telman
  • J. Dijkstra
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In deze zaak heeft verzoeker, een asielzoeker, een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag op 17 februari 2025 afgewezen, waarbij het besluit als kennelijk ongegrond werd aangemerkt. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 27 maart 2025, waar verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, terwijl de minister werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was.

De voorzieningenrechter heeft op 4 april 2025 uitspraak gedaan. Aangezien de rechtbank op dezelfde dag uitspraak heeft gedaan op het beroep, was een voorlopige voorziening niet meer nodig. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J. Dijkstra, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL25.7956

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , V-nummer: [nummer] , verzoeker

(gemachtigde: mr. J. Sinnema),
en

de minister van Asiel en Migratie, de minister

(gemachtigde: mr. J.R. Sotthewes – de Jonge).

Procesverloop

1. Verzoeker heeft een aanvraag ingediend tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. De minister heeft met het bestreden besluit van 17 februari 2025 deze aanvraag in de verlengde procedure afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
1.1.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met het beroep [1] behandeld op de zitting van 27 maart 2025. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. De minister heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Ook een tolk is verschenen.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2.1.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. J. Dijkstra, griffier, en openbaar gemaakt door geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.NL25.7955.