ECLI:NL:RBDHA:2025:5732

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 april 2025
Publicatiedatum
7 april 2025
Zaaknummer
NL24.11317
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende inreisverbod

Op 7 april 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker van Marokkaanse nationaliteit, die een zwaar inreisverbod heeft gekregen van de minister van Asiel en Migratie. Dit inreisverbod is opgelegd met een intrekking van een eerder, lichter inreisverbod en is voor de duur van tien jaar. De verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 1 april 2025 behandeld, waarbij de verzoeker werd bijgestaan door een tolk en zijn gemachtigde, mr. M.A.M. Karsten. De minister was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. R.M. Koning. Tijdens de zitting is het verzoek om voorlopige voorziening besproken, samen met een ander beroep dat op dat moment aanhangig was.

In de uitspraak van vandaag is het beroep van de verzoeker ongegrond verklaard en zijn de bestreden besluiten in stand gelaten. Hierdoor is de noodzaak voor een voorlopige voorziening komen te vervallen, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, in aanwezigheid van griffier mr. E.A. Ruiter, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.11317

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , geboren op [geboortedatum 1] , van Marokkaanse nationaliteit,

alias
[alias 1], geboren op [geboortedatum 2] , van Marokkaanse nationaliteit,
alias
[alias 2], geboren op [geboortedatum 3] , van Algerijnse nationaliteit,
V-nummer: [nummer] , verzoeker
(gemachtigde: mr. M.A.M. Karsten),
en

de minister van Asiel en Migratie, de minister

(gemachtigde: mr. R.M. Koning).

Procesverloop

1. Met het besluit van 12 maart 2024 (het bestreden besluit 1) heeft de minister aan verzoeker een zwaar inreisverbod - onder intrekking van het licht inreisverbod - en een besluit tot signalering voor de duur van tien jaar opgelegd.
1.1.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit 1 beroep ingesteld. [1] Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
1.2.
Met het besluit van 17 juli 2024 (het bestreden besluit 2) heeft de minister het bestreden besluit 1 gewijzigd en aangevuld. Het beroep van verzoeker heeft van rechtswege mede betrekking op het bestreden besluit 2. [2]
1.3.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 1 april 2025, samen met het beroep in de zaak NL24.11312, op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker (bijgestaan door een tolk), de gemachtigde van verzoeker en de gemachtigde van de minister. Het onderzoek ter zitting is gesloten.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, in de zaak met nummer NL24.11312, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Het beroep is daarbij ongegrond verklaard en de bestreden besluiten 1 en 2 zijn in stand gelaten. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E.A. Ruiter, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.NL24.11312.
2.Dit volgt uit artikel 6:19, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.