Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 27 maart 2025, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar asielaanvraag beoordeeld. Eiseres, een Somalische vrouw, diende op 7 februari 2023 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning asiel. De rechtbank behandelt de zaak in enkelvoudige kamer en constateert dat eiseres op 19 maart 2025 is gehoord, waarbij ook een tolk aanwezig was. Eiseres heeft verklaard dat zij problemen heeft ondervonden van Al-Shabaab, die haar hebben ontvoerd en mishandeld. De minister van Asiel en Migratie heeft de aanvraag echter afgewezen, omdat de verklaringen van eiseres als ongeloofwaardig worden beschouwd. De rechtbank concludeert dat de minister zich niet ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat er tegenstrijdigheden in de verklaringen van eiseres zijn. De rechtbank oordeelt dat de minister voldoende rekening heeft gehouden met de persoonlijke omstandigheden van eiseres, zoals haar analfabetisme en psychische gesteldheid, maar dat deze niet voldoende onderbouwd zijn. De rechtbank wijst het beroep van eiseres af, omdat zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij niet kan terugkeren naar Somalië en dat zij geen bescherming kan krijgen van haar grootfamilie of clan. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er wordt geen proceskostenvergoeding toegekend.