ECLI:NL:RBDHA:2025:7265
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen bouwstop wegens niet NEN-gecertificeerde funderingspalen en de eisen van proefbelasting
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen een bouwstop die hem is opgelegd vanwege het gebruik van niet NEN-gecertificeerde funderingspalen (HPS-palen). De bouwstop werd opgelegd op 23 september 2022, na een controle door een toezichthouder. Eiser had eerder een omgevingsvergunning verkregen voor de bouw van een woning, maar de constructieve berekening was nog niet goedgekeurd op het moment dat de bouwwerkzaamheden begonnen. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen de bouwstop, maar het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk handhaafde het besluit. De rechtbank heeft het beroep op 25 maart 2025 behandeld, waarbij zowel eiser als de gemachtigde van het college aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat het college terecht een proefbelasting heeft geëist om de toereikendheid van de HPS-palen aan te tonen, aangezien deze niet NEN-gecertificeerd zijn. Eiser betoogde dat de HPS-palen over andere certificaten beschikten, maar de rechtbank volgt het college in het standpunt dat deze certificaten niet gelijkwaardig zijn aan NEN-certificering. Daarnaast heeft eiser het gelijkheidsbeginsel ingeroepen, maar de rechtbank concludeert dat er geen sprake is van gelijke gevallen, aangezien de andere projecten in andere gemeenten plaatsvonden met mogelijk ander beleid.
Tot slot oordeelt de rechtbank dat het college niet verplicht was om eiser te waarschuwen voor de verplichting van een proefbelasting, aangezien het aan de eigenaar van een bouwwerk is om op de hoogte te zijn van de wettelijke eisen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor het bestreden besluit in stand blijft en eiser geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.