Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
- Identiteit, nationaliteit en herkomst,
- Terugkeer naar Marokko is niet mogelijk omdat hij daar niks heeft.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 18 februari 2025 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag op 15 maart 2025 afgewezen, omdat deze als kennelijk ongegrond werd beschouwd. Eiser heeft in 2018 eerder asiel aangevraagd, maar deze aanvraag werd buiten behandeling gesteld omdat hij met onbekende bestemming was vertrokken. In zijn nieuwe aanvraag stelt eiser de Marokkaanse nationaliteit te hebben en dat hij in 1976 is geboren. Hij heeft geen documenten overgelegd ter onderbouwing van zijn identiteit, wat de minister ongeloofwaardig acht. De rechtbank heeft op 2 mei 2025 de zaak behandeld en is van mening dat het aan eiser is om zijn identiteit aannemelijk te maken. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat hij niet in staat is om de benodigde documenten te verkrijgen, ondanks dat hij in bewaring zit. De rechtbank volgt de minister in zijn oordeel dat eiser geen gegronde vrees voor vervolging heeft en dat hij niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning op humanitaire gronden. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Eiser krijgt geen proceskostenvergoeding.