ECLI:NL:RBDHA:2025:844

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 januari 2025
Publicatiedatum
27 januari 2025
Zaaknummer
NL24.48347
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag en verzoek voorlopige voorziening van Senegalese eiseres

In deze zaak heeft eiseres, een Senegalese vrouw, op 17 november 2024 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag op 27 november 2024 afgewezen als kennelijk ongegrond, en heeft daarnaast een terugkeerbesluit en een inreisverbod van twee jaar opgelegd. Eiseres heeft op 4 december 2024 beroep ingesteld tegen deze afwijzing. De rechtbank heeft de zaak op 14 januari 2025 behandeld, waarbij eiseres werd bijgestaan door een vervangende gemachtigde en een tolk. Eiseres heeft aangevoerd dat zij is uitgehuwelijkt aan haar neef en dat zij door hem is bedreigd en mishandeld, wat heeft geleid tot drie miskramen. Ze is gevlucht naar Nederland en heeft asiel aangevraagd.

De rechtbank heeft de argumenten van eiseres beoordeeld en geconcludeerd dat de nationaliteit en herkomst geloofwaardig zijn, maar dat de identiteit niet is vastgesteld. De rechtbank oordeelt dat de problemen met de echtgenoot niet zijn beoordeeld door verweerder, omdat niet is aangetoond dat Senegal niet veilig is voor eiseres. De rechtbank heeft de afwijzing van de asielaanvraag als kennelijk ongegrond bevestigd, omdat eiseres haar identiteitsdocumenten heeft vernietigd of weggemaakt. Eiseres heeft ook aangevoerd dat zij niet goed voorbereid was op het gehoor en dat de tolk niet de juiste taal sprak, maar de rechtbank heeft deze argumenten niet gevolgd. Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen connexiteit was met de afwijzing van de asielaanvraag.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.48347 (beroep) en NL24.48348 (voorlopige voorziening)

uitspraak van de enkelvoudige kamer en voorzieningenrechter in de zaak tussen

[eiseres] , V-nummer: [v-nummer] , eiseres/verzoekster (hierna: eiseres)

(gemachtigde: mr. E. Stap),
en

de Minister van Asiel en Migratie, verweerder

(gemachtigde: mr. E. van der Weijden).

Inleiding

1. Eiseres heeft op 17 november 2024 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. Verweerder heeft met het bestreden besluit van 27 november 2024 deze aanvraag in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond. Ook heeft verweerder aan eiseres een terugkeerbesluit en een inreisverbod van 2 jaar opgelegd.
1.1.
Eiseres heeft op 4 december 2024 beroep ingesteld.
1.2.
Verweerder heeft op 3 januari 2025 op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft het beroep op 14 januari 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiseres, mr. J.W.F. Menick als vervanger van mr. Stap, J.M. van der Boom als tolk en de gemachtigde van verweerder.

Beoordeling door de rechtbank

Waar gaat de zaak over?
Het asielrelaas
2. Eiseres legt aan haar asielaanvraag het volgende ten grondslag. Eiseres heeft de Senegalese nationaliteit en is geboren op [geboortedatum] 1996. Zij is uitgehuwelijkt aan haar neef. Eiseres is door haar man bedreigd en mishandeld. Ten gevolge daarvan heeft eiseres drie miskramen gehad. Eiseres is vervolgens gevlucht en heeft in Nederland asiel aangevraagd.
Het bestreden besluit
3. Het asielrelaas van eiseres bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen: 1) identiteit, nationaliteit en herkomst, en 2) problemen met betrekking tot haar echtgenoot.
3.1.
Verweerder stelt zich hierover op het standpunt dat de nationaliteit en herkomst van eiseres geloofwaardig zijn, maar de identiteit niet. Daarnaast heeft verweerder de problemen met betrekking tot haar echtgenoot niet beoordeeld en in het midden gelaten, omdat niet is gebleken dat Senegal voor eiseres niet veilig is. Verder heeft verweerder de asielaanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond omdat eiseres afkomstig is uit een veilig land van herkomst en haar Senegalese paspoort heeft weggemaakt of vernietigd. [1]
Wat is het standpunt van eiseres?
4. Eiseres is het niet eens met het bestreden besluit en voert daartoe het volgende aan. Zij is niet voorbereid op haar gehoor en bovendien is het gehoor afgenomen in een taal die zij niet verstaat. Eiseres spreekt alleen Soninke en het gehoor is afgenomen in het Wolof. Verder voert eiseres aan dat de Senegalese autoriteiten haar niet wilden helpen omdat er sprake zou zijn van een geschil binnen de familie. Ten aanzien van de grensdetentie voert eiseres aan dat die onrechtmatig is. Tot slot voert eiseres aan dat verweerder Senegal niet als veilig land van herkomst mocht aanmerken, omdat verweerder voor bepaalde groepen in Senegal een uitzondering maakt.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
5. Voor zover eiseres gronden heeft willen aanvoeren over de rechtmatigheid van de grensdetentie, betrekt de rechtbank deze niet bij haar beoordeling, omdat in deze zaak de rechtmatigheid van de afwijzing van de asielaanvraag voorligt en niet de rechtmatigheid van de grensdetentie.
6. Verder oordeelt de rechtbank dat verweerder zich terecht op het standpunt mocht stellen dat de door eiseres gestelde problemen geen rechtsgrond voor verlening opleveren omdat niet is gebleken dat eiseres geen bescherming kan krijgen van de Senegalese autoriteiten. Eiseres heeft namelijk meerdere keren en bijzonder stellig verklaard dat zij (nog) niet om bescherming heeft gevraagd. [2] Eiseres heeft in haar zienswijze en gronden van beroep weliswaar gesteld dat zij wel degelijk bescherming heeft geprobeerd te vragen, maar dat de autoriteiten haar niet wilden helpen, maar de rechtbank volgt eiseres hierin niet, nu zij geen goede verklaring geeft voor deze tegenstrijdige verklaringen.
7. Daarnaast leidt het betoog van eiseres dat er gebruik is gemaakt van een verkeerde tolk evenmin tot vernietiging van het bestreden besluit, nu eiseres niet duidelijk heeft gemaakt op welke onderdelen zij anders zou hebben verklaard wanneer er gebruik zou zijn gemaakt van een andere tolk.
8. Eiseres betoogt, gelet op de uitspraak van meervoudige kamer van deze rechtbank van 8 januari 2025, [3] terecht dat verweerder Senegal ten onrechte als een veilig derde land heeft aangemerkt. Dit betekent echter niet dat verweerder haar aanvraag niet als kennelijk ongegrond mocht afwijzen. Verweerder heeft terecht geoordeeld dat de aanvraag van eiseres kennelijk ongegrond is omdat eiseres waarschijnlijk, te kwader trouw, een identiteits- of reisdocument dat ertoe kon bijdragen dat haar identiteit of nationaliteit werd vastgesteld, heeft vernietigd of zich daarvan heeft ontdaan. Eiseres heeft immers meerdere malen en bijzonder stellig verklaard niet over een paspoort te beschikken, [4] terwijl verweerder de beschikking heeft gekregen over een foto van het paspoort van eiseres waarmee zij naar Nederland is gereisd. De beroepsgrond over de ‘kennelijkheid’ leidt daarom niet tot vernietiging van het bestreden besluit.

Conclusie en gevolgen

9. Het beroep is ongegrond. Nu er op het beroep is beslist, zal het verzoek om de voorlopige voorziening worden afgewezen vanwege gebrek aan connexiteit.
10. Voor een proceskostenvergoeding bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. van Dokkum, (voorzieningen)rechter, in aanwezigheid van mr. J.R. Froma, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Informatie over hoger beroep
Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen 1 week na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen. Tegen de uitspraak op het verzoek om de voorlopige voorziening staat geen rechtsmiddel open.

Voetnoten

1.Artikel 30b, eerste lid, aanhef en onder b en d.
2.Rapport gehoor veilig land van herkomst, 20 november 2024, bladzijden 13 en 14.
4.Rapport gehoor veilig land van herkomst, 20 november 2024, bladzijden 5, 6 en 15.