Uitspraak
Beschikking op het op 23 juli 2021 ingekomen verzoekschrift van:
[verzoeker] en [verzoekster] ,
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage,
Procedure
’s-Gravenhage;
’s-Gravenhage;
Feiten
(…)IT IS HEREBY ORDERED, ADJUDGED AND DECREED AS FOLLOWS:1. Petitioner [verzoekster] , whose maiden name is [verzoekster] , has judgment in that Petitioner [verzoekster] is declared to be a genetic and legal parent of any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016.2. Petitioner [verzoeker] has judgment in that Petitioner [verzoeker] is declared to be a genetic and legal parent of any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016.3. Respondent [draagmoeder] is declarednotto be a legal parent of any child delivered by her after March 16, 2015, and before January 16, 2016.4. Respondent [naam 2] is declarednotto be a legal parent of any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016.(…)6. Legal and physical custody of any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016 shall be with Petitioners [verzoekster] and [verzoeker] .7. Financial responsibility for any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016 rests solely with Petitioners [verzoekster] and [verzoeker] .(…).
Beoordeling
17 januari 2023 zich heeft gerefereerd aan de verzochte verklaringen voor recht en een vervolgens te geven last tot inschrijving van de geboorteakte (waarop de draagmoeder en de man staan geregistreerd) en de voor recht verklaarde buitenlandse uitspraak. De ambtenaar heeft wel bezwaar gemaakt – kort gezegd – tegen de toewijzing van die verzoeken die de ambtenaar dicteren hoe hij zijn akte zou moeten opmaken.
“legal and physical custody of any child delivered by Respondent [draagmoeder] after March 16, 2015, and before January 16, 2016 shall be with Petitioners [verzoekster] and [verzoeker] ”,een en ander in overeenstemming met de wetgeving van Californië, VS. De rechtbank kwalificeert deze Amerikaanse beslissing als een ‘ontkenning van het moederschap’ van de draagmoeder, een ontkenning van het vaderschap van de partner van de draagmoeder en een vaststelling van het ouderschap van verzoekers met gezagsrechten. Hoewel de Nederlandse wet niet de ontkenning van het moederschap kent van de moeder uit wie het kind geboren is (de ‘geboortemoeder’), kent de wet wel de mogelijkheid om de familierechtelijke betrekking met de geboortemoeder te beëindigen, namelijk langs de weg van adoptie. Het enkele feit dat een beslissing van een buitenlandse rechter niet overeenstemt met bepalingen uit het Nederlands recht, is onvoldoende om aan te nemen dat sprake is van onverenigbaarheid met de openbare orde.
Beslissing
’s-Gravenhage;
mr. M.T.E. Krijger-van Huut als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 28 mei 2025.