ECLI:NL:RBDHA:2025:9884

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
30 mei 2025
Publicatiedatum
5 juni 2025
Zaaknummer
NL25.4427
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na eerdere uitspraak

In deze zaak heeft verzoeker, een asielzoeker, op 22 augustus 2023 een asielaanvraag ingediend. De minister van Asiel en Migratie, als verweerder, heeft deze aanvraag op 24 januari 2025 in de algemene procedure buiten behandeling gesteld. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft de zaak beoordeeld zonder zitting. In een eerdere uitspraak, onder zaaknummer NL25.4426, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker. Gezien deze eerdere uitspraak was een voorlopige voorziening niet meer nodig, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan op 30 mei 2025 door mr. A.C.J. van Dooijeweert, in aanwezigheid van griffier mr. Ż.A. Meinert, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open, zoals bepaald in artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL25.4427

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker], verzoeker

V-nummer: [V-nummer],
(gemachtigde: mr. E.S. van Aken),
en

de minister van Asiel en Migratie, verweerder.

Procesverloop

Verzoeker heeft op 22 augustus 2023 een asielaanvraag ingediend. Verweerder heeft met het bestreden besluit van 24 januari 2025 deze aanvraag in de algemene procedure buiten behandeling gesteld.
Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet uitspraak zonder zitting. [1]

Beoordeling door de voorzieningenrechter

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL25.4426, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan op 30 mei 2025 door mr. A.C.J. van Dooijeweert, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk.