RECHTBANK DORDRECHT
MEERVOUDIGE STRAFKAMER
Tegenspraak
Parketnummer: 11/005622-03
Zittingsdatum : 26 februari 2004
Uitspraak : 11 maart 2004
De rechtbank Dordrecht heeft op grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting vonnis gewezen in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats],
thans verblijvende Huis van Bewaring te Roermond.
De rechtbank heeft de processtukken gezien en kennis genomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen de verdediging naar voren heeft gebracht.
Voorts heeft de rechtbank kennis genomen van de vorderingen van de benadeelde partijen.
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen als volgt in de dagvaarding is omschreven.
1.
A.
hij op of omstreeks 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een GSM en/of een geldbedrag (ongeveer 20 Euro uit portemonnee) en/of bankpas, in elk geval van enig goed,geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
B.
hij op of omstreeks 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een GSM en/of een geldbedrag (ongeveer 20 Euro uit portemonnee) en/of bankpas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- genoemde [slachtoffer 1] heeft/hebben gedwongen te stoppen door haar vast te pakken en/of
- meermalen, althans eenmaal, tegen die [slachtoffer 1] heeft/hebben gezegd: "Stoppen, stoppen! Geef je geld. Als je meewerkt, gebeurt er niets!" en/of "Als je niet meewerkt, steken we je neer!" en/of
- zijn/hun hand(en) op/over de mond van die [slachtoffer 1]heeft/hebben geplaatst en/of
- de handen van die [slachtoffer 1] (op haar rug) heeft/ hebben vastgebonden met de sjaal van die [slachtoffer 1];
2.
hij op of omstreeks 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag (ongeveer 340 Euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, namelijk met een pinpas, waarvan hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) niet de rechtmatige eigena(a)r(en)/gebruiker(s) was/waren;
3.
A.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 16 november 2003 te Dordrecht meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 2 ]en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7] heeft gedwongen tot de afgifte van een of meer GSM-toestel(len) en/of portemonnee(s) (met inhoud) en/of (pin)pas(sen) en/of fiets(en) en/of een DVD, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2 ]en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)
B.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 16 november 2003 te Dordrecht meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meer GSM-toestel(len) en/of portemonnee(s) (met inhoud) en/of (pin)pas(sen) en/of fiets(en) en/of een DVD, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2 ]en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal (telkens) werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen genoemde [slachtoffer 2 ]en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld (telkens) hierin bestond(en) dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- genoemde personen heeft/hebben gedwongen te stoppen door de fietsen van genoemde personen vast te pakken en/of
- genoemde personen heeft/hebben vastgepakt en/of de bosjes in heeft/hebben geduwd en/of
- genoemde personen een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp en/of een mes heeft/hebben getoond en/of voorgehouden en/of genoemde wapens op/tegen het hoofd en/of lichaam van genoemde personen heeft/hebben geplaatst en/of
- genoemde personen tegen het hoofd en/of lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of
- de kleding van genoemde personen heeft/hebben doorzocht en/of
- de handen en/of voeten van genoemde personen heeft/hebben vastgebonden met een of meer kledingstukken van genoemde personen en/of
- tegen genoemde personen heeft/hebben gezegd/geroepen: "Je moet meewerken, anders schiet ik je dood met deze 9 mm!" en/of "Niet naar boven kijken, anders schiet ik je kapot!" en/of "Geef je pincode van je bankpas, anders maak ik je dood!" en/of "Jullie moeten een kwartier zo blijven liggen, anders schieten we jullie kapot!" en/of "Ik snijd je strot af!";
4.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 16 november 2003 te Dordrecht meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een of meer geldbedrag(en), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2 ]en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 7], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel,
namelijk met een of meer pinpas(sen), waarvan hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) niet de rechtmatige eigena(a)r(en)/gebruiker(s) was/waren;
5.
A.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 21 november 2003 te Dordrecht meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een discman en/of een of meer mobiele telefoon(s) en/of een ring en/of een portemonnee (met inhoud) en/of een fiets, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal (telkens) werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
B.
hij op een of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 21 november 2003 te Dordrecht meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]heeft gedwongen tot de afgifte van een discman en/of een of meer mobiele telefoon(s) en/of een ring en/of een portemonnee (met inhoud) en/of een fiets, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- genoemde [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] heeft/hebben laten stoppen door voor de fiets(en) te springen/gaan staan en/of
- die [slachtoffer 9] in het gezicht heeft/hebben geslagen en/of gestompt, waardoor die [slachtoffer 9] van zijn fiets viel en/of
- die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]de bosjes in heeft/hebben gesleurd en/of geduwd en/of
- de kleding van die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]heeft/hebben doorzocht (terwijl die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] op de grond lagen) en/of
- die [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9]een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp en/of een mes, althans een op een mes gelijkend voorwerp, en/of een wapenstok heeft/hebben getoond en/of voorgehouden en/of
- tegen die [slachtoffer 9] heeft/hebben gezegd: "Als ik/wij toch een bankpas bij je vind(en), schiet(en) ik/wij een kogel door je kop!" en/of
- de handen en/of voeten en/of mond van die [slachtoffer 8] met tape heeft/hebben vastgeplakt en/of afgeplakt;
6.
A.
hij op of omstreeks 21 november 2003 te Dordrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen geld en/of een of meer goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 10], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 10], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen
B.
hij op of omstreeks 21 november 2003 te Dordrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 10] te dwingen tot de afgifte van geld en/of een of meer goed(eren), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 10], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
met dat oogmerk
- vanuit de bosjes op die [slachtoffer 10] is/zijn afgerend en/of
- die [slachtoffer 10] en/of de kleding van die [slachtoffer 10] heeft/hebben vastgegrepen, althans een greep in de richting van die [slachtoffer 10] heeft/hebben gemaakt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
7. ter berechting gevoegd 010034/04
A.
hij op of omstreeks 21 november 2003 te Rotterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen een fiets en/of(een) ander(e) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 11], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen
B.
hij op of omstreeks 21 november 2003 te Rotterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 11] te dwingen tot de afgifte van een fiets en/of (een) ander(e) goed(eren), in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 11], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
met dat oogmerk
- een pistool, althans een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp heeft/hebben gericht (gehouden) en/of getoond op/aan die [slachtoffer 11] en/of
- (daarbij) tegen die [slachtoffer 11] heeft/hebben gezegd: "Stop, ik heb een pistool. Ga de bosjes in!", althans woorden van gelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- een (ijzeren) staaf, althans een hard en/of zwaar voorwerp, aan die [slachtoffer 11] heeft/hebben getoond en/of
- die [slachtoffer 11] van diens fiets heeft/hebben getrokken en/of
- die [slachtoffer 11] heeft/hebben vastgepakt en/of die [slachtoffer 11] de bosschages heeft/hebben getrokken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2.1 De geldigheid van de dagvaarding
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke eisen voldoet en dus geldig is.
2.2 De bevoegdheid van de rechtbank
Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
2.3 De ontvankelijkheid van de officier van justitie
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen feiten en/of omstandigheden gebleken, die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
2.4 De schorsing van de vervolging
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen gronden voor schorsing van de vervolging gebleken.
3. Het onderzoek ter terechtzitting
3.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft -het ten laste gelegde bewezen achtend- gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren.
3.2 De verdediging
De verdediging heeft naast bewijsverweren ook een strafmaatverweer gevoerd.
3.3 De vordering van de benadeelde partijen
Als benadeelde partijen hebben zich schriftelijk in het geding gevoegd:
[slachtoffer 1], gemachtigde Buro Slachtofferhulp Dordrecht. Na mondelinge wijziging ter terechtzitting vordert zij bij wijze van voorschot thans een immateriële schadevergoeding van in totaal € 3000,-- welke verdachte aan haar dient te betalen terzake van het onder 1. tenlastegelegde.
[slachtoffer 2], gemachtigde Buro Slachtofferhulp Dordrecht. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 3185,-- aan materiële en immateriële schadevergoeding terzake van het onder 3. en 4. tenlastegelegde.
[slachtoffer 3], gemachtigde Buro Slachtofferhulp Dordrecht. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 3189,45,-- aan materiële en immateriële schadevergoeding terzake van het onder 3. tenlastegelegde.
[slachtoffer 4], gemachtigde Buro Slachtofferhulp Dordrecht. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 3442,77 aan materiële en immateriële schadevergoeding terzake van het onder 3. en 4. tenlastegelegde.
[slachtoffer 5]. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 3000,-- aan immateriële schade terzake van het onder 3. tenlastegelegde.
[slachtoffer 7]. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem te betalen een bedrag van € 103,30 aan materiële schade terzake van het onder 3. tenlastegelegde.
[slachtoffer 9]. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem te betalen een bedrag van € 169,-- aan materiële schade terzake van het onder 5. tenlastegelegde.
[slachtoffer 8]. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 3000,-- aan immateriële schade terzake van het onder 5. tenlastegelegde.
[slachtoffer 11]. Hij vordert dat verdachte wordt veroordeeld aan hem bij wijze van voorschot te betalen een bedrag van € 1124,80 aan materiële en immateriële schade terzake van het onder 7. tenlastegelegde.
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vorderingen van alle bovengenoemde benadeelde partijen.
4.1 De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
1.
A.
op 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een GSM toebehorende aan die [slachtoffer 1],
B.
op 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag (ongeveer 20 Euro uit portemonnee) en een bankpas toebehorende aan [slachtoffer 1], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader
- genoemde [slachtoffer 1] hebben gedwongen te stoppen door haar vast te pakken en
- tegen die [slachtoffer 1] hebben gezegd: "Stoppen, stoppen! Geef je geld. Als je meewerkt, gebeurt er niets!" en "Als je niet meewerkt, steken we je neer!" en
- zijn hand over de mond van die [slachtoffer 1] heeft geplaatst en
- de handen van die [slachtoffer 1] (op haar rug) hebben vastgebonden met de sjaal van die [slachtoffer 1];
2.
op 13 november 2003 te Dordrecht tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag (ongeveer 340 Euro) toebehorende aan [slachtoffer 1], waarbij verdachte en zijn mededader het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, namelijk met een pinpas, waarvan hij, verdachte, en zijn mededader niet de rechtmatige eigenaren/gebruikers waren;
3.
A.
op 16 november 2003 te Dordrecht meermalen telkens tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]en [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] heeft gedwongen tot de afgifte van GSM-toestellen en portemonnees (met inhoud) en pinpassen toebehorende aan [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]en [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6],
B.
op 16 november 2003 te Dordrecht meermalen telkens tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen GSM-toestellen en portemonnees (met inhoud) en pinpassen en fietsen en een DVD, toebehorende aan [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] en [slachtoffer 7], welke diefstal telkens werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen genoemde [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] en [slachtoffer 7], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en zijn mededaders
- genoemde personen hebben gedwongen te stoppen door de fietsen van genoemde personen vast te pakken en
- genoemde personen hebben vastgepakt en de bosjes in hebben geduwd en
- genoemde personen een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en een mes hebben getoond en voorgehouden en genoemde wapens tegen het hoofd en/of lichaam van genoemde personen hebben geplaatst en
- genoemde personen tegen het hoofd en/of lichaam hebben geslagen en/of gestompt en
- de kleding van genoemde personen hebben doorzocht en
- de handen en/of voeten van genoemde personen hebben vastgebonden met een of meer kledingstukken van genoemde personen en
- tegen genoemde personen hebben gezegd/geroepen: "Je moet meewerken, anders schiet ik je dood met deze 9 mm!" en "Niet naar boven kijken, anders schiet ik je kapot!" en "Geef je pincode van je bankpas, anders maak ik je dood!" en "Jullie moeten een kwartier zo blijven liggen, anders schieten we jullie kapot!" en "Ik snijd je strot af!";
4.
op 16 november 2003 te Dordrecht meermalen, telkens tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen geldbedragen,toebehorende aan [slachtoffer 2] en [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] en [slachtoffer 6] en [slachtoffer 7], waarbij verdachte en zijn mededaders de weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, namelijk met pinpassen, waarvan hij, verdachte, en zijn mededaders niet de rechtmatige eigenaren/gebruikers waren;
5.
A.
op 21 november 2003 te Dordrecht meermalen telkens tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een discman en mobiele telefoons en een ring en een portemonnee (met inhoud) en een fiets, toebehorende aan [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9], welke diefstal telkens werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en/of zijn mededaders
- genoemde [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9] hebben laten stoppen door voor de fietsen te springen/gaan staan en
- die [slachtoffer 9] in het gezicht heeft geslagen, waardoor die [slachtoffer 9] van zijn fiets viel en
- die [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9] de bosjes in hebben gesleurd en/of geduwd en
- de kleding van die [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9] hebben doorzocht (terwijl die [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9] op de grond lagen) en
- die [slachtoffer 8] en[slachtoffer 9] een op een vuurwapen gelijkend voorwerp en een mes en een wapenstok hebben getoond en voorgehouden en
- tegen die [slachtoffer 9] heeft gezegd: "Als ik toch een bankpas bij je vind, schiet ik een kogel door je kop!" en
- de handen en voeten en mond van die [slachtoffer 8] met tape hebben vastgeplakt en afgeplakt;
6.
A.
op 21 november 2003 te Dordrecht ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen geld en/of goederen, toebehorende aan [slachtoffer 10], en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 10], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met dat oogmerk
- vanuit de bosjes op die [slachtoffer 10] is afgerend en een greep in de richting van die [slachtoffer 10] heeft gemaakt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
7.
A.
op 21 november 2003 te Rotterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen goederen, toebehorende aan [slachtoffer 11] en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 11], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan zijn mededaders hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, met zijn mededaders,
met dat oogmerk
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp hebben gericht (gehouden) en/of getoond op/aan die [slachtoffer 11] en
- (daarbij) tegen die [slachtoffer 11] hebben gezegd: "Stop, ik heb een pistool. Ga de bosjes in!" en
- een (ijzeren) staaf aan die [slachtoffer 11] hebben getoond en
- die [slachtoffer 11] hebben vastgepakt en die [slachtoffer 11] de bosschages in hebben getrokken.
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De rechtbank zal verdachte hiervan vrijspreken.
Voor zover in de bewezen verklaarde tenlastelegging taal- of schrijffouten voorkomen, heeft de rechtbank deze verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
4.2 De bewijsmiddelen
De rechtbank grondt haar overtuiging dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
De rechtbank bezigt ieder bewijsmiddel, ook in onderdelen, telkens slechts voor het bewijs van het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
De bewijsmiddelen zullen in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis met de bewijsmiddelen vereist in een aan dit vonnis gehechte bijlage worden opgenomen.
5. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
De bewezen geachte feiten zijn volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
Het bewezenverklaarde levert op:
De voortgezette handeling van:
AFPERSING, GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN,
DIEFSTAL, VOORAFGEGAAN, VERGEZELD EN GEVOLGD VAN GEWELD EN BEDREIGING MET GEWELD TEGEN PERSONEN, GEPLEEGD MET HET OOGMERK OM DIE DIEFSTAL VOOR TE BEREIDEN EN GEMAKKELIJK TE MAKEN EN OM, BIJ BETRAPPING OP HETERDAAD, AAN ZICHZELF OF ANDERE DEELNEMERS AAN HET MISDRIJF HETZIJ DE VLUCHT MOGELIJK TE MAKEN, HETZIJ HET BEZIT VAN HET GESTOLENE TE VERZEKEREN, TERWIJL HET FEIT WORDT GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN;
DIEFSTAL DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN, WAARBIJ DE SCHULDIGE ZICH HET WEG TE NEMEN GOED ONDER ZIJN BEREIK HEEFT GEBRACHT DOOR MIDDEL VAN VALSE SLEUTELS;
3. A. en B.
De voortgezette handeling van:
AFPERSING, GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN, MEERMALEN GEPLEEGD,
DIEFSTAL, VOORAFGEGAAN, VERGEZELD EN GEVOLGD VAN GEWELD EN BEDREIGING MET GEWELD TEGEN PERSONEN, GEPLEEGD MET HET OOGMERK OM DIE DIEFSTAL VOOR TE BEREIDEN EN GEMAKKELIJK TE MAKEN EN OM, BIJ BETRAPPING OP HETERDAAD, AAN ZICHZELF OF ANDERE DEELNEMERS AAN HET MISDRIJF HETZIJ DE VLUCHT MOGELIJK TE MAKEN, HETZIJ HET BEZIT VAN HET GESTOLENE TE VERZEKEREN, TERWIJL HET FEIT WORDT GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN, MEERMALEN GEPLEEGD;
4.
DIEFSTAL DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN, WAARBIJ DE SCHULDIGE ZICH HET WEG TE NEMEN GOED ONDER ZIJN BEREIK HEEFT GEBRACHT DOOR MIDDEL VAN VALSE SLEUTELS, MEERMALEN GEPLEEGD;
5.
A.
DIEFSTAL, VOORAFGEGAAN, VERGEZELD EN GEVOLGD VAN GEWELD EN BEDREIGING MET GEWELD TEGEN PERSONEN, GEPLEEGD MET HET OOGMERK OM DIE DIEFSTAL VOOR TE BEREIDEN EN GEMAKKELIJK TE MAKEN EN OM, BIJ BETRAPPING OP HETERDAAD, AAN ZICHZELF OF ANDERE DEELNEMERS AAN HET MISDRIJF HETZIJ DE VLUCHT MOGELIJK TE MAKEN, HETZIJ HET BEZIT VAN HET GESTOLENE TE VERZEKEREN, TERWIJL HET FEIT WORDT GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN, MEERMALEN GEPLEEGD,
6.
A.
POGING TOT DIEFSTAL, VOORAFGEGAAN, VERGEZELD OF GEVOLGD VAN GEWELD EN BEDREIGING MET GEWELD TEGEN PERSONEN, GEPLEEGD MET HET OOGMERK OM DIE DIEFSTAL VOOR TE BEREIDEN OF GEMAKKELIJK TE MAKEN OF OM, BIJ BETRAPPING OP HETERDAAD, AAN ZICHZELF OF ANDERE DEELNEMERS AAN HET MISDRIJF HETZIJ DE VLUCHT MOGELIJK TE MAKEN, HETZIJ HET BEZIT VAN HET GESTOLENE TE VERZEKEREN, TERWIJL HET FEIT WORDT GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN;
7.
A.
POGING TOT DIEFSTAL, VOORAFGEGAAN, VERGEZELD OF GEVOLGD VAN GEWELD EN BEDREIGING MET GEWELD TEGEN PERSONEN, GEPLEEGD MET HET OOGMERK OM DIE DIEFSTAL VOOR TE BEREIDEN OF GEMAKKELIJK TE MAKEN OF OM, BIJ BETRAPPING OP HETERDAAD, AAN ZICHZELF OF ANDERE DEELNEMERS AAN HET MISDRIJF HETZIJ DE VLUCHT MOGELIJK TE MAKEN, HETZIJ HET BEZIT VAN HET GESTOLENE TE VERZEKEREN, TERWIJL HET FEIT WORDT GEPLEEGD DOOR TWEE OF MEER VERENIGDE PERSONEN;
6. De strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
7. De redenen, die de straf hebben bepaald of tot de maatregel hebben geleid
7.1 Strafmotivering
De rechtbank heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij is in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich samen met zijn mededader(s) schuldig gemaakt aan negen berovingen en een twee pogingen daartoe. Op 13 november 2003 heeft hij samen met zijn mededader op een donkere openbare weg een jonge vrouw beroofd van haar mobiele telefoon en pinpas. Daarbij werden ernstige bedreigingen en handtastelijkheden niet geschuwd. Daardoor werd zij gedwongen om ook haar pincode te noemen. Verdachte en zijn mededader hebben vervolgens met die pinpas geld gepind. Het slachtoffer werd uiteindelijk met haar sjaal vastgebonden.
Een aantal dagen later, en wel op 16 november 2003, heeft verdachte samen met zijn mededaders achtereenvolgens 6 jongens 's-nachts met grof geweld beroofd. Steeds werden groepjes van twee fietsers tot afstappen gedwongen en vervolgens, al dan niet onder bedreiging van een wapen, de bosjes ingesleurd. Zij werden daarbij ontdaan van hun bezittingen en vervolgens op ruwe wijze vastgebonden met hun eigen kledingstukken. Deze jonge slachtoffers hebben daarbij grote angsten moeten doorstaan, niet in de minste plaats omdat zij zagen dat het aantal slachtoffers steeds groter werd. De slachtoffers werden gedwongen hun pincodes te noemen en vervolgens hebben verdachte en zijn mededaders de pinpassen gebruikt om geld op te nemen.
Op 21 november 2003 ging verdachte samen met zijn mededaders opnieuw op roverspad. Zij hebben toen twee slachtoffers op hardhandige wijze beroofd en vastgebonden en afgeplakt met plakband. Vervolgens hebben zij nog twee keer iemand gepoogd te beroven.
Kenmerkend voor al deze berovingen is dat daarbij door verdachte en zijn mededaders excessief geweld en bedreigingen zijn gebruikt. Verschillende slachtoffers werden bedreigd met een alarmpistool, een mes en een wapenstok. Vervolgens werden de slachtoffers steeds vastgebonden en in die hulpeloze toestand achtergelaten.
Deze feiten vormen een grote inbreuk op de persoonlijke integriteit van de slachtoffers en hebben er voor gezorgd dat zij nog lange tijd moeten leven met angstgevoelens. Dergelijke feiten veroorzaken ook grote gevoelens van angst en onrust in de samenleving.
Een zware bestraffing is dan zonder meer op zijn plaats.
Voor wat betreft de persoon van verdachte heeft de rechtbank gelet op diens persoonlijke omstandigheden, zoals ter zitting gebleken, het voorlichtingsrapport van de Reclassering Nederland, arrondissement Dordrecht, dat over verdachte is uitgebracht en het uittreksel uit het Algemeen Documentatieregister van verdachte. Uit dit uittreksel blijkt dat verdachte niet eerder door de strafrechter is veroordeeld. Uit het voorlichtingsrapport van de reclassering blijkt dat er telefonisch vooroverleg is geweest met de forensische kliniek 'Groot Batelaar' te Lunteren. Zij hebben, op grond van de (beknopte) informatie gegeven door de reclassering, te kennen gegegeven verdachte als mogelijk geschikte kandidaat te beschouwen.
Al het bovenstaande leidt tot oplegging van een vrijheidsbenemende straf van na te melden duur. De hoogte van die straf zal zodanig zijn dat een voorwaardelijke vrijheidsbenemende straf niet mogelijk is.
Het is echter van belang dat verdachte verplicht zal worden begeleid door de reclassering. Daarom zal ook een voorwaardelijke geldboete worden opgelegd zodat aan deze straf de bijzondere voorwaarde met betrekking tot het verplichte reclasseringscontact kan worden verbonden.
7.2 De vordering van de benadeelde partijen
De rechtbank is - op grond van het onderzoek ter terechtzitting - van oordeel, dat de niet als onrechtmatig of ongegrond beoordeelde vorderingen van de benadeelde partijen, zoals aangegeven onder 3.3, in het geheel voor toewijzing vatbaar zijn, als bij de beslissing vermeld.
Naast toewijzing van deze civiele vorderingen zal de rechtbank als extra waarborg tevens telkens de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht opleggen.
Een en ander met dien verstande dat voldoening aan de maatregel de toegewezen civiele vordering doet vervallen en (omgekeerd) de vergoeding van de schade tot het toegewezen bedrag door verdachte of zijn mededaders, de opgelegde maatregel doet vervallen.
8. De toepasselijke wettelijke voorschriften
De opgelegde straf of maatregel is gegrond op de volgende wettelijke voorschriften:
14a, 14b, 14c, 14d, 23, 24, 24c, 36f, 45, 56, 57, 310, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht.
- verklaart bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals vermeld onder 4.1 van dit vonnis;
- verklaart niet bewezen wat aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de onder 5. vermelde strafbare feiten oplevert;
- verklaart de verdachte hiervoor strafbaar;
- veroordeelt de verdachte wegens deze feiten tot:
- een GEVANGENISSTRAF voor de duur van VIER JAAR;
bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de hem opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
- een GELDBOETE van € 5000,-- (vijfduizend euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door 100 dagen hechtenis;
met bevel, deze straf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond, dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op 2 jaren bepaalde proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt of dat de veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarde niet naleeft;
Bijzondere voorwaarde.
De veroordeelde moet zich gedurende de proeftijd gedragen naar de aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens Stichting Reclassering Nederland, werkeenheid Dordrecht, zolang deze instelling dit noodzakelijk vindt, ook als dat inhoudt een opname gedurende de proeftijd in de forensische kliniek 'Groot Batelaar' te Lunteren of een soortgelijke instelling;
verstrekt aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht om aan de veroordeelde hulp en steun te verlenen bij de naleving van de bijzondere voorwaarde;
veroordeelt de verdachte bij wijze van voorschot tegen kwijting te betalen aan:
- [slachtoffer 1], als voorschot de som van € 3000,-- (drieduizend euro);
- [slachtoffer 2], als voorschot de som van € 3185,-- (drieduizend en honderd vijfentachtig euro);
- [slachtoffer 3], als voorschot de som van € 3189,45 (drieduizend en honderd negenentachtig euro en vijfenveertig cent);
- [slachtoffer 4], als voorschot de som van € 3442,77 (drieduizend vierhonderd en tweeënveertig euro en zevenenzeventig cent);
- [slachtoffer 5], als voorschot de som van € 3000,-- (drieduizend euro);
- [slachtoffer 7], de som van € 103,30 (honderd en drie euro en dertig cent);
- [slachtoffer 9], de som van € 169,-- (honderd en negenenzestig euro);
- [slachtoffer 8], de som van € 3000,-- (drieduizend euro);
- [slachtoffer 11], als voorschot de som van € 1124,80 (duizend honderd vierentwintig euro en tachtig cent);
telkens met veroordeling van verdachte in de kosten door de respectieve benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak - daaronder begrepen de eventuele incassokosten - nog te maken, tot deze uitspraak begroot op nihil, met bepaling dat de verdachte, bij betaling van voormelde bedragen door een ander of anderen, ten opzichte van de benadeelde partijen voornoemd zal zijn bevrijd tot de hoogte van de betaalde bedragen;
legt op de verplichting tot betaling aan de staat van een bedrag van:
-€ 3000,-- (drieduizend euro) ten behoeve van [slachtoffer 1], bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 60 dagen;
-€ 3185,-- (drieduizend en honderd vijfentachtig euro) ten behoeve van [slachtoffer 2], bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 63 dagen;
-€ 3189,45 (drieduizend en honderd negenentachtig euro en vijfenveertig cent) ten behoeve van [slachtoffer 3] bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 63 dagen;
-€ 3442,77 (drieduizend vierhonderd en tweeënveertig euro en zevenenzeventig cent) ten behoeve van [slachtoffer 4]bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 68 dagen;
- € 3000,-- (drieduizend euro) ten behoeve van [slachtoffer 5], bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 60 dagen;
- € 103,30 (honderd en drie euro en dertig cent) ten behoeve van [slachtoffer 7] bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 2 dagen;
- € 169,-- (honderd en negenenzestig euro) ten behoeve van [slachtoffer 9] bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 3 dagen;
- € 3000,-- (drieduizend euro) ten behoeve van [slachtoffer 8], bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis van 60 dagen;
-€ 1124,80 (duizend honderd vierentwintig euro en tachtig cent) ten behoeve van [slachtoffer 11], bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 22 dagen;
telkens met de bepaling dat voldoening aan de maatregel de (tot hetzelfde bedrag) toegewezen civiele vordering doet vervallen en (omgekeerd) de vergoeding van de geleden schade tot het toegewezen bedrag door de veroordeelde en/of zijn mededaders de opgelegde maatregel doet vervallen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. H.A.C. Smid, voorzitter,
mr. F.W. van Lottum en mr. M. Breeman, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. P.M. van der Weijden, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 11 maart 2004.