ECLI:NL:RBDOR:2006:AV8806

Rechtbank Dordrecht

Datum uitspraak
30 maart 2006
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
171131 CV EXPL 05-7839
Instantie
Rechtbank Dordrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van abonnementskosten en bewijs van overeenkomst

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Dordrecht op 30 maart 2006, heeft de besloten vennootschap Lis B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde, die zij beschuldigt van het niet betalen van abonnementskosten. De eiseres, Lis B.V., vertegenwoordigd door haar advocaat mr. G.F.M.G. Heutink, vorderde een bedrag van € 569,41, bestaande uit een hoofdsom van € 334,90, buitengerechtelijke kosten van € 125,-- en wettelijke rente tot en met 4 oktober 2005. De gedaagde, vertegenwoordigd door W.E. van Bentem, heeft de vordering betwist en gesteld dat hij geen proefabonnement heeft afgesloten.

De procedure begon met een dagvaarding op 22 november 2005, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De kern van het geschil draait om de vraag of er een overeenkomst tot stand is gekomen tussen Lis B.V. en de gedaagde. Lis B.V. stelde dat de gedaagde zich op 7 april 2004 had aangemeld voor een proefabonnement via de website www.livechat4u.com, maar de gedaagde ontkende dit en voerde aan dat hij nooit een dergelijke overeenkomst had gesloten.

De kantonrechter heeft de vordering van Lis B.V. afgewezen, omdat uit de overgelegde stukken niet bleek dat de gedaagde daadwerkelijk een overeenkomst had gesloten. De rechter oordeelde dat Lis B.V. onvoldoende bewijs had geleverd om haar stellingen te onderbouwen. De gedaagde had geen e-mail verzonden met zijn gegevens en er was geen bewijs dat het IP-adres van de gedaagde aan Lis B.V. kon worden gekoppeld. De rechter concludeerde dat er geen bewijs was voor de gestelde overeenkomst en dat de vordering dus niet kon worden toegewezen. Lis B.V. werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die op € 200,-- werden vastgesteld.

Uitspraak

RECHTBANK DORDRECHT
Sector kanton
Locatie Dordrecht
kenmerk: 171132 CV EXPL 05-7839
vonnis van de kantonrechter te Dordrecht van 30 maart 2006
in de zaak van:
de besloten vennootschap Lis B.V.,
gevestigd te Emmen,
eiseres,
gemachtigde mr. G.F.M.G. Heutink, advocaat te Apeldoorn,
tegen:
[…]
wonende te […]
gedaagde,
gemachtigde W.E. van Bentem, rechtskundig adviseur te Garrelsweer.
Partijen worden hierna aangeduid als Lis en [gedaagde].
Verloop van de procedure
De kantonrechter wijst vonnis op de volgende processtukken:
1. de dagvaarding van 22 november 2005;
2. de conclusie van antwoord;
3. de conclusie van repliek;
4. de conclusie van dupliek;
5. de overgelegde producties.
Omschrijving van het geschil
De vaststaande feiten
1. Als gesteld door de ene partij en niet of onvoldoende weersproken door de andere partij, staat tussen partijen het volgende vast.
2. Lis exploiteert meerdere erotische websites, die de mogelijkheid bieden tot het afsluiten van diverse abonnementen.
3. Op de zogenaamde homepage van een site is onder meer de mogelijkheid vermeld om een proefabonnement af te sluiten, welk proefabonnement zonder schriftelijke opzegging wordt omgezet in een Gold membership.
4. Een bezoeker van de website die zich aanmeld, krijgt per gewone post een inlogcode toegezonden, waarmee een wachtwoord kan worden aangevraagd, dat dan per e-mail wordt toegezonden.
De vordering
5. Lis heeft gevorderd [gedaagde] bij vonnis, voorzover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen tot betaling van € 569,41, bestaande uit de hoofdsom van € 334,90, buitengerechtelijke kosten van € 125,-- en wettelijke rente ad € 109,51 tot en met 4 oktober 2005, met rente en kosten. Zij legt hieraan, kort samengevat en voorzover thans van belang, het volgende ten grondslag.
6. [gedaagde] heeft zich via een van de websites van Lis aangemeld voor een gratis proefabonnement. Hij heeft hierbij per e-mail zijn gegevens verstrekt. Op deze e-mail is automatisch het IP-adres van [gedaagde] geregistreerd. Per gewone post heeft [gedaagde] de inlogcode toegezonden gekregen, waarmee hij een wachtwoord heeft aangevraagd, hetgeen hem per e-mail is verstrekt. Vervolgens is daarmee de proefperiode gaan lopen. Omdat [gedaagde] niet binnen de proefperiode heeft opgezegd, is het abonnement omgezet in een verlengd membership, waarvoor [gedaagde] het abonnementsgeld ad € 334,90 verschuldigd is.
Het verweer
7. [gedaagde] heeft geconcludeerd de vordering af te wijzen. Hij heeft daartoe het volgende, kort samengevat en voorzover thans van belang, aangevoerd.
8. [gedaagde] heeft geen website van Lis bezocht, zich niet aangemeld voor een proefabonnement en evenmin een proefabonnement of een ander abonnement bij Lis afgesloten. [gedaagde] heeft geen e-mail verzonden aan Lis met zijn gegevens. [gedaagde] betwist dat het door Lis genoemde IP-adres van hem is. Een brief van Lis met inlogcode heeft [gedaagde] niet ontvangen. Lis laat na bescheiden ter onderbouwing van haar stellingen over te leggen, zodat de vordering onvoldoende is onderbouwd. Verder betwist [gedaagde] zowel de verschuldigdheid als de hoogte van de gevorderde rente en de buitengerechtelijke kosten.
Beoordeling van het geschil
9. [gedaagde] heeft uitdrukkelijk betwist een proefabonnement te hebben gesloten. Lis heeft hierop gesteld dat [gedaagde] op 7 april 2004 de site www.livechat4u.com heeft bezocht, dat hij zich toen heeft aangemeld en dat hij de site op 9 april 2004 heeft bezocht om een wachtwoord aan te vragen. Uit de producties die Lis bij conclusie van repliek in het geding heeft gebracht ter onderbouwing hiervan blijkt dit echter niet. Deze stukken zijn immers algemeen van aard en tonen niet aan dat [gedaagde] een website van Lis heeft bezocht en haar aanbod heeft aanvaard, danwel daarop gerichte actie heeft ondernomen. Ondanks de uitnodiging daartoe van [gedaagde] in deze procedure heeft Lis niet de e-mail overgelegd die [gedaagde] aan Lis zou hebben verzonden, waarin hij zijn gegevens zou hebben verstrekt. Evenmin heeft Lis stukken in het geding gebracht waaruit zou blijken dat (en op welke wijze) het IP-adres is te traceren tot [gedaagde] en evenmin de e-mail die Lis aan [gedaagde] gezonden zou hebben met daarin het wachtwoord.
10. Uit de overgelegde stukken is dan ook niet gebleken dat tussen Lis en [gedaagde] een overeenkomst tot stand is gekomen. Behoudens een algemeen bewijsaanbod heeft Lis geen concreet bewijs aangeboden ter onderbouwing van haar stellingen. Dit brengt met zich dat de vordering onvoldoende is onderbouwd en derhalve zal worden afgewezen, met veroordeling van Lis in de kosten van het geding.
Beslissing
De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt Lis in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [gedaagde] bepaald op € 200,-- aan salaris gemachtigde;
verklaart dit vonnis voor wat betreft de veroordeling van de proceskosten uitvoerbaar bij voorraad;
Dit vonnis is gewezen door mr. B.C. Vink, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 30 maart 2006, in aanwezigheid van de griffier.