ECLI:NL:RBDOR:2007:BA5179
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schending van relatiebeding door voormalig werknemer en de gevolgen daarvan
In deze zaak, die voor de Rechtbank Dordrecht is behandeld, staat de schending van een relatiebeding centraal. De eiser, de besloten vennootschap Van der Gijp Barendregt B.V., heeft de gedaagde, een voormalig werknemer, aangeklaagd wegens het overtreden van een relatiebeding dat was opgenomen in zijn arbeidsovereenkomst. Dit relatiebeding verbood de gedaagde om gedurende 36 maanden na beëindiging van zijn dienstverband zakelijke betrekkingen aan te gaan met (voormalige) relaties van de werkgever. De gedaagde had echter diverse relaties van de eiser benaderd, wat leidde tot de rechtszaak.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de formulering van het relatiebeding enkel betrekking heeft op het aangaan van zakelijke relaties en niet op het benaderen van deze relaties. Hierdoor oordeelde de rechter dat de gedaagde niet in strijd had gehandeld met het relatiebeding, aangezien hij geen zakelijke betrekkingen had aangegaan, maar enkel contacten had gelegd. De eiser had gevorderd dat de gedaagde zou worden veroordeeld om zijn contacten met de relaties van de eiser te staken en om een overzicht te verstrekken van zijn contacten en gesloten overeenkomsten. De rechter wees deze vorderingen af, omdat de eiser niet kon aantonen dat er daadwerkelijk sprake was van overtreding van het relatiebeding.
De rechter heeft ook de vordering van de gedaagde in reconventie afgewezen, omdat de voorwaarde voor deze vordering niet was vervuld. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke formuleringen in relatiebedingen en de noodzaak voor werkgevers om hun rechten goed te onderbouwen in rechtszaken.