ECLI:NL:RBDOR:2010:BN9749
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst met zieke werknemer afgewezen wegens onvoldoende bewijs van disfunctioneren en re-integratieproblemen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Dordrecht op 7 september 2010 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de Coöperatieve Rabobank Merwestroom U.A. en een zieke werknemer. De werkgever, Rabobank, verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op basis van gewichtige redenen, waaronder disfunctioneren van de werknemer en een vertrouwensbreuk. De werknemer, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, heeft het verzoek afgewezen en verzocht om veroordeling van Rabobank in de proceskosten.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs is voor het gestelde disfunctioneren van de werknemer. De beoordelingen van de werknemer in de jaren voorafgaand aan het verzoek waren overwegend positief. Bovendien heeft de werkgever nagelaten om een verbetertraject op te zetten en de werknemer tijdig te wijzen op zijn functioneren. De kantonrechter oordeelde dat het ontbindingsverzoek verband houdt met de ziekte van de werknemer en dat de problemen in de arbeidsrelatie zijn ontstaan tijdens de ziekteperiode.
De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de werkgever niet voldoende heeft aangetoond dat er sprake was van een gewichtige reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De opstelling van Rabobank jegens de zieke werknemer getuigde niet van zorgvuldigheid. Daarom heeft de kantonrechter het verzoek tot ontbinding afgewezen en Rabobank veroordeeld in de proceskosten van de werknemer, die zijn vastgesteld op € 2.500 voor het salaris van de gemachtigde.
Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid en de verplichtingen van de werkgever bij re-integratie van zieke werknemers. De kantonrechter heeft aangegeven dat meningsverschillen over re-integratie niet moeten leiden tot een ontbindingsverzoek, maar opgelost dienen te worden door open gesprekken tussen werkgever en werknemer, eventueel met hulp van een mediator of bedrijfsarts.