Uitspraak
VONNIS
7 februari 2011 met [slachtoffer]. In dat gesprek verklaarde zij over haar opname in september 2009 in de [ziekenhuis] en de gedurende die opname en daarna plaatsgevonden hebbende seksuele contacten met een aldaar werkzame verpleegkundige, [verdachte]. Aanleiding voor haar gesprek met de politie was een brief die haar ex-vriend [naam] naar het ziekenhuis had gestuurd en waarin hij zich beklaagde over het functioneren van [verdachte]. Tijdens het gesprek overhandigde zij aan de beide rechercheurs een aantal documenten (in totaal 32 pagina’s, bestaande uit een verslag over haar contacten met [verdachte], de brief van [naam], overgeschreven sms-jes
- volgens aangeefster van [verdachte] afkomstig - over de periode van 22 oktober 2009 tot en met 13 september 2010 en 13 december 2010 tot en met 10 januari 2011, een tweetal mailberichten van [verdachte] d.d. 27 december 2010 en 27 januari 2011, alsmede mailberichten tussen aangeefster (en haar vader) met het hoofd personeelszaken van het ziekenhuis en mail berichten tussen aangeefster en de psychiater [psychiater]) en bedacht zij zich dat zij nog wat sms-jes op haar oude telefoon had staan die tevens als bewijsmateriaal konden dienen.
Beslissing
niet bewezendat verdachte het
ten laste gelegdeheeft begaan en
spreekt verdachte daarvan vrij;
wijst af de vordering tot schadevergoedingingediend door de
benadeelde partij[slachtoffer].
6 augustus 2013.