ECLI:NL:RBGEL:2013:2166
Rechtbank Gelderland
- Raadkamer
- D.H.M. Slinkman
- I. de Waal-van Wessem
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot inbewaringstelling van een minderjarige verdachte
Op 15 juli 2013 heeft de rechter-commissaris van de Rechtbank Gelderland in Arnhem de vordering tot inbewaringstelling van een minderjarige verdachte afgewezen. De vordering was ingediend door de officier van justitie op dezelfde datum. De rechter-commissaris oordeelde dat er onvoldoende dringende noodzakelijkheid was voor de verlenging van de inverzekeringstelling, zoals vereist door artikel 67a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering. De verdachte, geboren in 1996, was op dat moment in het politiebureau te Arnhem en had eerder een bekennende verklaring afgelegd tijdens zijn verhoor op 12 juli 2013.
De rechter-commissaris benadrukte dat, vooral in het geval van minderjarige verdachten, de vrijheidsbeneming zo kort mogelijk dient te zijn, in overeenstemming met artikel 5 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). De beslissing om de vordering af te wijzen was gebaseerd op het feit dat er geen nieuwe onderzoeksresultaten waren die een verlenging van de inverzekeringstelling rechtvaardigden. De verdachte was op 14 juli 2013 voor het laatst gehoord, en er was geen dringende noodzaak aangetoond voor een verlenging van de inverzekeringstelling.
Uiteindelijk gelastte de rechter-commissaris de onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte, waarmee hij de vordering tot inbewaringstelling afwees. Deze beslissing werd genomen in het belang van de minderjarige en in overeenstemming met de geldende wet- en regelgeving.