ECLI:NL:RBGEL:2013:4075

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
22 oktober 2013
Publicatiedatum
23 oktober 2013
Zaaknummer
05/801487-13 (voorheen 06/820724-12)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • A. Gerbranda
  • J. van Apeldoorn
  • M. Troost
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor meermalige mishandeling van meerdere slachtoffers

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 22 oktober 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van meermalige mishandeling van meerdere slachtoffers op 20 augustus 2012 te West-Terschelling. De rechtbank heeft de zaak behandeld in een meervoudige kamer voor jeugdstrafzaken, waarbij de verdachte werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. C.A. Boeve. Tijdens de zitting op 8 oktober 2013 is het bewijs tegen de verdachte besproken, waaronder aangiften van de slachtoffers en een bekennende verklaring van de verdachte zelf. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk geweld heeft gebruikt tegen de slachtoffers, wat heeft geleid tot letsel en pijn.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte schuldig is aan de tenlastegelegde mishandeling, maar heeft besloten geen straf of maatregel op te leggen. Dit besluit is genomen omdat de verdachte al een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel van drie jaar opgelegd had gekregen in een andere strafzaak, wat betekent dat hij een langdurige behandeling zal ondergaan. De rechtbank heeft de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht toegepast, namelijk artikel 9a en artikel 300, en heeft de verdachte strafbaar verklaard, maar geen verdere sanctie opgelegd. De uitspraak is gedaan door de voorzitter, tevens kinderrechter, en twee andere rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Team jeugdstrafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Meervoudige kamer voor jeugdstrafzaken
Parketnummer: [jw.sys.1.verdachte_1_parketnummer]05/801487-13 (voorheen 06/820724-12)
Uitspraak d.d. 22 oktober 2013

VONNIS

in de zaak tegen:

[verdachte],

geboren te [geboortedatum],
wonende te [woonplaats],
thans verblijvende te[adres].
De raadsman: mr. C.A. Boeve, advocaat te Putten.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het achter gesloten deuren gehouden onderzoek op de terechtzitting van 8 oktober 2013.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op één of meer tijdstip(pen) op of omstreeks 20 augustus 2012 te West-Terschelling, gemeente Terschelling (telkens), opzettelijk mishandelend [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] meermalen, althans eenmaal (met kracht) (respectievelijk) op/tegen het gezicht, althans het hoofd heeft geslagen/gestompt, waardoor deze letsel heeft/hebben bekomen en/of pijn heeft/hebben ondervonden;
art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Aanleiding van het onderzoek
Op 20 augustus 2012 omstreeks 00:15 uur kregen de verbalisanten een melding van een mishandeling bij een bar/dancing [naam bar] in West Terschelling. Ter plaatse werd een persoon, naar later bleek verdachte, aangehouden.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het tenlastegelegde. Ter terechtzitting heeft de officier van justitie de bewijsmiddelen opgesomd en toegelicht.
Standpunt van de verdachte / de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de verdachte het ten laste gelegde feit op de bewezenverklaarde wijze heeft begaan en baseert zich hierbij op de redengevende feiten en omstandigheden die zijn ontleend aan de volgende bewijsmiddelen:
- een proces-verbaal van aangifte door[slachtoffer 1] [2] ;
- een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2] [3] ;
- een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 3] [4] ;
- een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 4] [5] ;
- de bekennende verklaring van de verdachte bij de politie [6] en ter terechtzitting [7] .
Gelet op de bekennende verklaring van verdachte wordt met deze opsomming volstaan.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op 20 augustus 2012 te West-Terschelling, gemeente Terschelling (telkens), opzettelijk mishandelend [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] meermalen, althans eenmaal (met kracht) (respectievelijk) op/tegen het gezicht, althans het hoofd heeft geslagen/gestompt, waardoor deze letsel hebben bekomen en pijn hebben ondervonden.
Vrijspraak van het meer of anders ten laste gelegde
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. De verdachte behoort daarvan te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op het misdrijf:

Mishandeling, meermalen gepleegd.

Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen tot een plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (hierna: PIJ-maatregel).
De raadsman heeft geen strafmaatverweer gevoerd.
De rechtbank heeft de volgende omstandigheden in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan mishandeling van meerdere personen. Dit feit rechtvaardigt in beginsel oplegging van een (on)voorwaardelijke sanctie. In dit bijzondere geval zal de rechtbank evenwel geen straf opleggen. Immers, in de strafzaak tegen verdachte met parketnummer 05/720217-13 is bij vonnis van heden een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel voor de duur van drie jaren opgelegd. Dit betekent dat verdachte een langdurige en intensieve behandeling zal moeten ondergaan, reden waarom oplegging van een onvoorwaardelijke dan wel een voorwaardelijke sanctie in de onderhavige strafzaak niet opportuun wordt geacht.
De rechtbank zal, gelet op het voorgaande en gezien de persoon van verdachte zoals een en ander ter terechtzitting is gebleken, verdachte geen straf of maatregel opleggen.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze strafoplegging/beslissing is gegrond op de artikelen 9a en 300 van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing
De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als:

Mishandeling, meermalen gepleegd;

 verklaart verdachte strafbaar;
 bepaalt dat
geen straf of maatregelwordt opgelegd.
Aldus gewezen door mrs. Gerbranda, voorzitter, tevens kinderrechter, Van Apeldoorn en Troost, rechters, in tegenwoordigheid van mr. Buitenhuis, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 22 oktober 2013.

Voetnoten

1.Wanneer hierna verwezen wordt naar dossierpagina’s, betreft dit delen van in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal, als bijlagen opgenomen bij (stam)proces-verbaal, nummer PL02HH 2012088958-4, Regiopolitie Fryslan, team Wad en Land, gesloten en ondertekend op 30 september 2012.
2.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1], p. 5-6.
3.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2], p. 7-8.
4.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 3], p. 9-10.
5.Proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 4], p. 12-13.
6.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, p. 16-17.
7.Proces-verbaal van de terechtzitting van 8 oktober 2013.