Uitspraak
Rechtbank GELDERLAND
Afschrift aan: mr. Arslan
verzonden d.d.
1.[eiser A],
[eiser B],
3. [eiser C],wonende te [plaats],
1.Procesverloop
- de dagvaarding in het kort geding d.d. 1 december 2013,
- de brieven van 13 en 17 december 2013 de zijde van [gedaagde BV], met bijlagen,
- de brieven van 17 en 18 december 2013 van de zijde van [eisers], met bijlagen,
- de mondelinge behandeling ter terechtzitting van 18 december 2013, waarvan door de griffier aantekening is gehouden.
2.Vordering en verweer
I. [gedaagde BV] zal veroordelen om de overeenkomst van partijen na te komen en de drie Mitsubishi Outlanders uiterlijk 31 december 2013 te leveren, op straffe van een dwangsom,
II. in het geval [gedaagde BV] niet voldoet aan het onder I gevorderde, [gedaagde BV] zal veroordelen om uiterlijk 5 januari 2014 aan ieder van eisers een voorschot op de schadevergoeding te betalen van € 6.495,00,
III. [gedaagde BV] zal veroordelen om binnen 48 uur na de vonnisdatum te verstrekken aan:
- [eiser A] de verkoopfactuur van de Mitsubishi Outlander groot € 52.696,00 inclusief BTW en de inkoopfactuur voor de Toyota Prius kenteken [kenteken] groot € 36.379,00 (marge)
- [eiser B]: de verkoopfactuur van de Mitsubishi Outlander groot € 52.528,00 inclusief BTW,
- [eiser C]: de verkoopfactuur van de Mitsubishi Outlander groot € 52.696,00 inclusief BTW,
welke facturen gedateerd moeten zijn in 2013, een en ander op straffe van een dwangsom,
althans V een beslissing te nemen die de kantonrechter juist voorkomt,
VI, [gedaagde BV] zal veroordelen in de proceskosten, vermeerderd met de wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis worden voldaan.
3.Beoordeling
[eisers] heeft in de dagvaarding gesteld dat het een consumentenkoop betreft en heeft daarnaast ter zitting aangevoerd dat de betalingen van de auto’s uit het privévermogen worden gedaan en dat de auto’s na levering, via de op te richten eenmanszaken van [eisers] zullen worden ingebracht in een onderneming. Deze handelwijze is [eisers] geadviseerd door een accountant in verband met fiscale voordelen.
[gedaagde BV] voert daartegen aan dat [eisers] vennoten zijn van een vennootschap onder firma en dat zij met de koop van de auto’s fiscale voordelen beogen die slechts in zakelijke omstandigheden realiseerbaar zijn, zodat zij bij de koop gehandeld moeten hebben in de uitoefening van hun beroep of bedrijf. Dit verweer kan niet worden gevolgd.
kan vooralsnog in dit verweer worden gevolgd. De koopovereenkomst van partijen is gericht op door de [gedaagde BV] bestelde auto’s. Deze gaan op enig moment aan [gedaagde BV] geleverd worden. De vordering van [eisers] betreft feitelijk een eenzijdige wijziging van de overeenkomst in die zin dat thans levering van andere auto’s, mogelijk met andere kleur of bekleding, in de overeenkomst begrepen zou moeten worden. Voor een dergelijke eenzijdige wijziging van de overeenkomst bestaat geen grond. Voor zover [eisers] bedoelt te stellen dat [gedaagde BV] in het kader van schadebeperking moet overgaan tot levering van andere auto’s, gaat de stelling voorbij aan de eigen keuzevrijheid van [gedaagde BV] om al dan niet het risico te aanvaarden dat in een bodemprocedure – na eventuele verwerping van zijn verweren omtrent overmacht en exoneratie – zal worden geoordeeld dat [gedaagde BV] schadeplichtig is.
3.7. De vorderingen onder III en IV betreffen de door [eisers] gewenste betaling en facturering van de auto’s in 2013. [gedaagde BV] verweert zich daartegen en stelt onder meer dat een dergelijke facturering in strijd is met de fiscale regels en bovendien voor haar zal leiden tot een verplichting de BTW over de auto’s, in totaal circa € 27.000,-, al in 2013 af te dragen, terwijl zij feitelijk geen betaling van [eisers] ontvangt. Een dergelijke voorfinanciering is niet in de overeenkomst van partijen begrepen, terwijl daar ook overigens geen grond voor bestaat, aldus [gedaagde BV].