Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 3 juli 2013
- de akte van de gemeente, tevens houdende akte vermeerdering van eis
Rechtbank Gelderland
In deze civiele procedure, aangespannen door de gemeente Alkmaar tegen Liander N.V., heeft de rechtbank Gelderland op 9 oktober 2013 uitspraak gedaan. De zaak betreft een bezwaar van Liander tegen de vermeerdering van eis door de gemeente, die extra kosten vorderde als gevolg van een foutieve tekening van de gasleiding door Liander. De gemeente vorderde een bedrag van € 990,60 voor stagnatieschade, veroorzaakt door de verkeerde ligging van de gasleiding. Liander betwistte deze vermeerdering van eis en stelde dat dit in strijd was met de goede procesorde. De rechtbank oordeelde dat de vermeerdering van eis niet onredelijk was en dat Liander zich voldoende had kunnen verweren tegen de vermeerderde vordering.
Daarnaast kwam de rechtbank tot de conclusie dat er geen aanleiding was om terug te komen op een eerdere bindende eindbeslissing. Liander had bezwaar gemaakt tegen de beslissing dat de gemeente de precieze ligging van de leiding niet hoefde vast te stellen, maar de rechtbank vond dat deze beslissing berustte op een juiste uitleg van de relevante richtlijn. De rechtbank oordeelde dat de gemeente niet had aangetoond dat de schadeposten die zij vorderde, verband hielden met de fout van Liander. Uiteindelijk werd de vordering van de gemeente tot € 990,60 toegewezen, terwijl de overige vorderingen werden afgewezen. De gemeente werd veroordeeld in de proceskosten van Liander.
De rechtbank benadrukte dat de gemeente in de kosten van de procedure werd veroordeeld, omdat zij in overwegend ongelijk was gesteld. Dit vonnis is openbaar uitgesproken en is een belangrijke uitspraak in het kader van civiele procedures en de beoordeling van vermeerdering van eis.