Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 19 juni 2013
- de akte uitlating zijdens Wijlhuizen
- de antwoordakte van de zijde van Fiamm.
2.De verdere beoordeling van het geschil
in conventie
(€ 47.735,90 minus € 34.322,26) € 13.413,64. De wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119a BW zal daarover worden toegewezen met ingang van veertien dagen na betekening van dit vonnis.
€ 70,00 is als volgt tot stand gekomen:
- € 25,00 maal 553 voor het ophalen van de accu’s, derhalve € 13.825,00;
€ 20,00) € 9.260,00 (de rechtbank ging in haar tussenvonnis van 19 juni 2013 in rechtsoverweging 2.18 ten onrechte uit van € 25,00, hetgeen is aan te merken als een kennelijke verschrijving);
- kosten administratieve procedure: € 25,00 maal 553 derhalve € 13.825,00.
€ 34.322,26 in mindering dient te worden gebracht op het door Wijlhuizen in reconventie gevorderde bedrag.
De schade als gevolg van de garantieaanvragen € 36.910,00, de inkoopprijs (€ 96.996,64 minus het niet betaalde deel van € 34.322,26) derhalve € 62.674,38 minus het van het afvalverwerkingsbedrijf ontvangen bedrag ter hoogte van € 17.597,25, derhalve in totaal
€ 81.987,13.