Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
VONNIS
[verdachte],
[adres 1] te Apeldoorn.
nadat deze zich -deels- had omgedraaid een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op die
heeft gericht en/of gericht heeft gehouden en
strekking en
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Het bewezenverklaarde levert op het misdrijf: poging tot afpersing.
[benadeelde]heeft zich met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van € 2.000,- te vermeerderen met de wettelijke rente gevoegd in het strafproces ten aanzien van het ten laste gelegde.
Beslissing
poging tot afpersing;
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden;
- beveelt, dat de tijd, door veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- verklaart verbeurdde in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten: een rugtas, bivakmuts, handschoen(en), (onderdelen van) een pistool en elektriciteitsdraad;
- gelast de
- veroordeelt verdachte ten aanzien van het primair bewezen verklaarde tot betaling van
verplichtingop
om aan de Staat, ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde], een bedrag te betalen van € 1.000,- vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 november 2013, met bevel dat bij gebreke van betaling en verhaal 20 dagen hechtenis zal kunnen worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;