RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Parketnummers:
05/821884-13, 05/801488-13, 05/800029-14, 05/183038-13, 06/850850-12 (TUL) en 05/211498-12 (TUL)
Uitspraak d.d.: 18 maart 2014
tegenspraak
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1970,
wonende aan de [adres 1],
thans verblijvende in de [verblijfplaats].
raadsman: mr. D.P. Poppe advocaat te Epe
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 4 maart 2014.
De vordering na voorwaardelijke veroordeling
Bij de stukken bevindt zich een vordering na voorwaardelijke veroordeling (parketnummer 06/850850-12) betreffende de voorwaardelijke veroordeling door de politierechter te Zutphen op 5 december 2012.
Tevens bevindt zich bij de stukken een vordering na voorwaardelijke veroordeling (parketnummer 05/211498-12) betreffende de voorwaardelijke veroordeling door de politierechter te Zutphen op 2 december 2013.
Ten aanzien van parketnummer 05/821884-13
Aan verdachte is onder parketnummer 05/821884-13 ten laste gelegd dat:
1. hij op of omstreeks 23 augustus 2013 in de gemeente Putten met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fles (rosé) wijn, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan supermarkt [benadeelde] ([adres 2]) en/of [slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
2. hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 24 augustus 2013 tot en met 25 augustus 2013 in de gemeente Putten ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen personenauto (BMW cabrio met kenteken [kenteken 1]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, voornoemde auto uit de garage behorende bij de woning gelegen aan de[adres 3] heeft gereden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 2 niet tot een veroordeling leidt:
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 24 augustus 2013 tot en met 25 augustus 2013 in de gemeente Putten opzettelijk en wederrechtelijk
- een personenauto (BMW cabrio met kenteken [kenteken 1]) en/of
- een (auto)bus (kenteken [kenteken 2])
- een garage (behorende bij een woning gelegen aan de[adres 3]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
3. hij op of omstreeks 02 september 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend zijn echtgenoot, althans een persoon, te weten [slachtoffer 3], zijn ex-vrouw, (met kracht) meermalen, althans eenmaal, met een (rubberen) staaf, althans een langwerpig voorwerp, op/tegen de (rechterboven)arm heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
4. hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 12 augustus 2013 tot en met 22 augustus 2013 in de gemeente Putten (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de [adres 4] heeft weggenomen
- een sleutelbos met daaraan huissleutels en/of autosleutel en/of
- een adapter,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] (zijn ex-vrouw), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming (door een geopend raam op de 1e verdieping de woning binnengegaan);
5. hij op of omstreeks 22 augustus 2013 in de gemeente Putten met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (personen)auto ([merk]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel (gestolen autosleutel).
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 2, primair, en onder feit 5 van dit parketnummer ten laste gelegde heeft begaan, zodat verdachte hiervan dient te worden vrijgesproken.
Hiertoe overweegt de rechtbank als volgt.
Ten aanzien van feit 2 primair
Aan verdachte is een poging tot diefstal van een auto ten laste gelegd. Verdachte heeft bij de politie verklaard de betreffende auto, zonder op dat moment daartoe toestemming te hebben gekregen, daadwerkelijk uit de garage te hebben gereden om vervolgens op bezoek te gaan bij een vriendin. Gelet op deze verklaring en op andere bewijsmiddelen in het dossier zou een voltooide diefstal bewezen kunnen worden verklaard. Dit is evenwel niet ten laste gelegd. Het voorgaande staat aan een bewezenverklaring van de ten laste gelegde poging tot diefstal in de weg. Derhalve dient verdachte van dit feit te worden vrijgesproken.
Ten aanzien van feit 5
Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij op of omstreeks 22 augustus 2013 een auto van [slachtoffer 3] heeft weggenomen. Uit het dossier kan niet blijken dat verdachte op die bewuste datum van deze [slachtoffer 3] een auto heeft weggenomen. Het wegnemen van een auto op 12 augustus 2013 kan niet onder deze tenlastelegging worden geschaard. Derhalve dient verdachte van dit feit te worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder feit 1, feit 2 subsidiair, feit 3 en feit 4 van dit parketnummer ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
1. hij op 23 augustus 2013 in de gemeente Putten met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fles (rosé) wijn, geheel toebehorende aan supermarkt [benadeelde] ([adres 2]);
2. hij op één tijdstip in de periode van 24 augustus 2013 tot en met 25 augustus 2013 in de gemeente Putten opzettelijk en wederrechtelijk
- een personenauto (BMW cabrio met kenteken [kenteken 1]) en
- een (auto)bus (kenteken [kenteken 2])
- een garage (behorende bij een woning gelegen aan de[adres 3]), geheel toebehorende aan [slachtoffer 2], heeft beschadigd;
3. hij op of omstreeks 2 september 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend een persoon, te weten [slachtoffer 3], zijn ex-vrouw, (met kracht) eenmaal, met een (rubberen) staaf op de (rechterboven)arm heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden;
4. hij op 12 augustus 2013 in de gemeente Putten met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning gelegen aan de [adres 4] heeft weggenomen
- een sleutelbos met daaraan huissleutels en autosleutel geheel toebehorende aan [slachtoffer 3] (zijn ex-vrouw), waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft door middel van inklimming (door een geopend raam op de 1e verdieping de woning binnengegaan).
Ten aanzien van parketnummer 05/801488-13
Aan verdachte is onder parketnummer 05/801488-13 ten laste gelegd dat:
1. hij op of omstreeks 04 oktober 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend zijn ex-echtgenote en/of levensgezel, althans een persoon, te weten [slachtoffer 3],
- aan/bij de haren heeft vastgepakt/vastgegrepen en/of (vervolgens) aan de haren heeft getrokken en/of
- meermalen, althans eenmaal, op/tegen het hoofd heeft geslagen en/of gestompt, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
2. hij op of omstreeks 04 oktober 2013 in de gemeente Ermelo [slachtoffer 3] (zijn ex-echtgenote en/of levensgezel) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 3] telefonisch middels sms-bericht(en) dreigend de woorden toegevoegd :"Ik maak jou kapot voor dat ik ga, vuil stuk vreten. Voor ik sterf ga jij eerst. 1000% ik niet jij niet.", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
3. hij op of omstreeks 19 juli 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend zijn ex-echtgenote en/of levensgezel, althans een persoon, te weten [slachtoffer 3],
- meermalen, althans eenmaal, aan/bij de haren heeft vastgepakt en/of vastgegrepen en/of (vervolgens) aan de haren heeft getrokken en/of aan de haren door de kamer heeft gesleept/getrokken en/of
- meermalen, althans eenmaal, op/tegen het lichaam heeft geduwd en/of die [slachtoffer 3] naar de grond heeft gewerkt/gegooid, waardoor die [slachtoffer 3] op/tegen de muur en/of op de grond is gevallen,
- zijn voet op de hals/keel heeft gezet en/of (vervolgens) de hals/keel dichtgedrukt,
waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden.
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder parketnummer 05/801488-13 ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
1. hij op 04 oktober 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend zijn ex-echtgenote te weten [slachtoffer 3],
- aan/bij de haren heeft vastgepakt/vastgegrepen en (vervolgens) aan de haren heeft getrokken en
- meermalen, tegen het hoofd heeft geslagen en/of gestompt, waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden.
2. hij op 04 oktober 2013 in de gemeente Ermelo [slachtoffer 3] (zijn ex-echtgenote) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk voornoemde [slachtoffer 3] telefonisch middels sms-bericht dreigend de woorden toegevoegd :"Ik maak jou kapot voor dat ik ga, vuil stuk vreten. Voor ik sterf, ga jij eerst. 1000% ik niet jij niet.".
3. hij op 19 juli 2013 in de gemeente Putten opzettelijk mishandelend zijn ex-echtgenote te weten [slachtoffer 3],
- meermalen, aan/bij de haren heeft vastgepakt en/of vastgegrepen en (vervolgens) aan de haren heeft getrokken en/of aan de haren door de kamer heeft gesleept/getrokken en
- meermalen, tegen het lichaam heeft geduwd en die [slachtoffer 3] naar de grond heeft gewerkt/gegooid, waardoor die [slachtoffer 3] tegen de muur en op de grond is gevallen,
- zijn voet op de hals/keel heeft gezet en (vervolgens) de hals/keel dichtgedrukt,
waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden.
Ten aanzien van parketnummer 05/800029-14
Aan verdachte is onder parketnummer 05/800029-14 ten laste gelegd dat:
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 07 januari 2014 tot en met 08 januari 2014 in de gemeente(n) Ermelo en/of Putten meermalen, althans eenmaal, [slachtoffer 3], zijn ex-vrouw (indirect) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk [naam 1] (zijn moeder) en/of [naam 2] (zijn vader) en/of [naam 3], hoofdagent van Team Harderwijk dreigend de woorden toegevoegd :"Ik ga mijn ex-vrouw vermoorden" en/of "Ik ga mijn ex-vrouw dood maken" en/of "Ik maak haar dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, waarvan [slachtoffer 3] op de hoogte is geraakt en/of weet heeft gekregen.
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder parketnummer 05/800029-14 ten laste gelegde heeft begaan, te weten dat:
hij op 07 januari 2014 in de gemeente Ermelo meermalen, [slachtoffer 3], zijn ex-vrouw (indirect) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk [naam 1] (zijn moeder) en [naam 2] (zijn vader) en [naam 3], hoofdagent van Team Harderwijk dreigend de woorden toegevoegd :"Ik ga mijn ex-vrouw vermoorden" en/of "Ik ga mijn ex-vrouw dood maken" en/of "Ik maak haar dood", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, waarvan [slachtoffer 3] op de hoogte is geraakt.
Ten aanzien van parketnummer 05/183038-13
Aan verdachte is onder parketnummer 05/183038-13 ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 01 april 2013 tot en met 4 juni 2013 te Putten opzettelijk heeft geteeld en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad (in een pand aan de [adres 5]) een hoeveelheid van (in totaal) ongeveer 98, althans een groot aantal hennepplanten en/of delen daarvan, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een materiaal bevattende hennep, zijnde hennep een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Uit het dossier kan worden afgeleid dat verdachte op 4 juni 2013 door een wijkagent is geconfronteerd met een anonieme melding betreffende een hennepkwekerij bij verdachte. Hierop heeft verdachte aangegeven dat er een kwekerij in zijn schuur aanwezig was. Naar aanleiding van deze verklaring is de politie ter plaatse gegaan en heeft verdachte de schuur geopend, waarbij een hennepkwekerij is aangetroffen.
De rechtbank overweegt dat uit het dossier niet kan worden afgeleid dat verdachte voorafgaand aan de confrontatie met de MMA-melding door de wijkagent de cautie is gegeven. Naar het oordeel van de rechtbank had in dit geval bij het confronteren met de MMA-melding, net als in een verhoorsituatie, tegen de verdachte moeten worden gezegd dat hij niet verplicht was tot antwoorden. Nu niet blijkt dat zulks is gedaan, is sprake van een vormverzuim in het voorbereidend onderzoek. Dit verzuim dient te leiden tot uitsluiting van de bewijsmiddelen verkregen naar aanleiding van de zonder cautie door verdachte gegeven reactie. De rechtbank merkt het tonen door verdachte van de kwekerij aan als het directe gevolg van die onrechtmatig verkregen reactie, zodat deze resultaten van het bewijs moeten worden uitgesloten. Overigens resteert onvoldoende wettig en overtuigend bewijs om tot een bewezenverklaring te komen, zodat verdachte van dit feit dient te worden vrijgesproken.
Algemene overwegingen
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. De verdachte behoort daarvan te worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.
De bewijsmiddelen zullen worden uitgewerkt in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis vereist en zullen dan in een aan dit vonnis te hechten bijlage worden opgenomen.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezenverklaarde levert op de misdrijven:
Ten aanzien van parketnummer: 05/821884-13
Feit 1:
diefstal
Feit 2 (subsidiair):
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort beschadigen
Feit 3:
mishandeling
Feit 4:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming
Ten aanzien van parketnummer: 05/801488-13 Feiten 1 en 3, telkens: mishandeling
Feit 2:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
Ten aanzien van parketnummer: 05/800029-14
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, waarvan 116 dagen voorwaardelijk, waarbij de bijzondere voorwaarden dienen te worden opgelegd zoals voorgesteld door de reclassering. De beide vorderingen tot tenuitvoerlegging dienen te worden afgewezen, aldus de officier van justitie.
De raadsman van verdachte heeft gesteld dat de rechtbank verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf oplegt gelijk aan de duur van het voorarrest. Daarnaast dient een voorwaardelijke gevangenisstraf te worden opgelegd met daarbij de bijzondere voorwaarden zoals voorgesteld door de reclassering. De beide vorderingen tot tenuitvoerlegging dienen te worden afgewezen, aldus de raadsman van verdachte.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Meer in het bijzonder overweegt de rechtbank als volgt.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan acht strafbare feiten, waarvan het grootste deel gepleegd in huiselijke sfeer. Met deze feiten heeft verdachte veel overlast veroorzaakt voor zijn omgeving. In het bijzonder acht de rechtbank kwalijk dat meerdere feiten zijn gepleegd in het bijzijn van verdachtes minderjarige dochter.
Uit de uitgebrachte rapportages blijkt dat verdachte problemen kent op diverse leefgebieden. Zo is hij afhankelijk van alcohol en cocaïne en misbruikt hij benzodiazepinen en amfetaminen. Voorts is sprake van een persoonlijkheidsstoornis NAO met antisociale en borderline trekken. Deze omstandigheden hebben mede tot de strafbare feiten geleid. De conclusie van de rapporterende psycholoog dat verdachte verminderd toerekeningsvatbaar moet worden geacht, neemt de rechtbank over.
De rechtbank acht van belang dat verdachte voor deze problemen wordt behandeld. Daarbij heeft de rechtbank tevens oog voor de diverse suïcidepogingen door verdachte, waaronder een poging waarmee (wederom) zijn dochter werd geconfronteerd. Eerdere ambulante behandelingen hebben tot onvoldoende resultaat geleid. Ook in de huidige [verblijfplaats] heeft verdachte zich onttrokken, waarbij hij wederom heeft gedreigd met suïcide. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank een langdurige klinische behandeling, zoals de thans voorgestelde plaatsing in de [kliniek], aangewezen.
De rechtbank is van oordeel dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf als hierna te noemen passend en geboden is. Ter voorkoming van nadere recidive en als stok achter de deur zal de rechtbank verdachte tevens een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen met daaraan verbonden de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering voorgesteld. De rechtbank acht een proeftijd van drie jaren geïndiceerd, zodat verdachte na afloop van de klinische behandeling, welke anderhalf jaar kan duren, een geruime periode door de reclassering kan worden ondersteund.
Met het oog op de voortgang van de reeds in gang gezette behandeling van verdachte en gelet op het als hoog ingeschatte recidiverisico dat verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, alsmede in aanmerking genomen dat gezien de op te leggen straf het geschorste bevel voorlopige hechtenis dient te worden opgeheven, zal de rechtbank de bijzondere voorwaarden verbonden aan de op te leggen voorwaardelijke straf en de opdracht tot het houden van toezicht dadelijk uitvoerbaar verklaren.
Gelet op de ernst (en de hoeveelheid) van de bewezenverklaarde en de hardnekkige problematiek die bij verdachte speelt acht de rechtbank uitsluitend een gevangenisstraf van aanzienlijke duur passend. Deze zal hoger zijn dan de officier van justitie heeft geëist. Daarvan zal de rechtbank het grootste deel in voorwaardelijke vorm opleggen, als stok achter de deur voor de aan verdachte opgelegde behandelingsverplichting.
Gelet op het plan van aanpak met betrekking tot de behandeling van verdachte acht de rechtbank thans de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straffen niet aangewezen. De vorderingen tot tenuitvoerlegging zullen worden afgewezen.
Het bevel tot voorlopige hechtenis wordt opgeheven met ingang van het tijdstip waarop de duur van deze hechtenis gelijk wordt aan die van de straf. De rechtbank heeft zich hierbij gericht op de geplande opname van verdachte in de [kliniek] op 3 april 2014.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze strafoplegging/beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 14e, 27, 57, 63, 285, 300, 310, 311 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.
Beslissing
spreekt verdachte vrij van het ten laste gelegde onder de feiten 2, primair, en 5 onder parketnummer 05/821884-13 en het feit onder parketnummer 05/183038-13;
verklaart bewezen dat verdachte het overige tenlastegelegde heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als:
Ten aanzien van parketnummer: 05/821884-13
Feit 1:
diefstal
Feit 2 (subsidiair):
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel aan een ander toebehoort beschadigen
Feit 3:
mishandeling
Feit 4:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van inklimming