ECLI:NL:RBGEL:2014:2038
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-verschoonbare termijnoverschrijding bij indienen beroepschrift in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft eiser, wonende te Doornspijk, beroep ingesteld tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, dat op 17 oktober 2013 is genomen. De rechtbank Gelderland heeft de zaak behandeld op 7 maart 2014, waarbij eiser in persoon aanwezig was, terwijl de verweerder zich niet heeft laten vertegenwoordigen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van het beroepschrift, die volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zes weken bedraagt, op 28 november 2013 verstreken was. Eiser heeft het beroepschrift gedateerd op 29 november 2013 ingediend, wat betekent dat hij de termijn heeft overschreden.
Eiser heeft als reden voor de termijnoverschrijding aangevoerd dat hij eerst de uitslag van een MRI-scan van zijn knie wilde afwachten voordat hij het beroepschrift indiende. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat deze reden niet voldoende is om de termijnoverschrijding te verontschuldigen. De termijn voor het indienen van het beroep was duidelijk vermeld in het besluit, en eiser had de mogelijkheid om beroep in te stellen op andere gronden, zelfs in afwachting van verdere medische informatie. Door te wachten heeft eiser het risico genomen dat hij de termijn zou overschrijden, wat voor zijn rekening komt.
De rechtbank heeft daarom het beroep niet-ontvankelijk verklaard en geen termen gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.J. Penning, rechter, in tegenwoordigheid van H.J. Papilaja - Muskita, griffier. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden binnen zes weken na verzending hoger beroep open bij de Centrale Raad van Beroep.