Uitspraak
[verdachte]
1.De inhoud van de tenlastelegging
31 mei 2002 te Nijmegen, (telkens) door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het
2.Het onderzoek ter terechtzitting
17 oktober 1986 tot en met 31 mei 2002. Aan de orde is de vraag of de tenlastegelegde feiten - gepleegd in de periode van 17 oktober 1986 tot 31 mei 2002 - inmiddels zijn verjaard.
1 september 1994) tot 1 april 2013 (wet van 15 november 2012 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht in verband met de aanpassing van de regeling van vervolgingsverjaring, Stb. 2012, 572, in werking getreden op 1 april 2013), is de verjaringstermijn voor misdrijven waarop gevangenisstraf van meer dan tien jaren is gesteld twintig jaren en voor misdrijven waarop gevangenisstraf van meer dan drie jaren is gesteld twaalf jaren. Vanaf 1 april 2013 bedraagt ingevolge voornoemd artikel de verjaringstermijn voor misdrijven waarop gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld twintig jaren, terwijl het recht tot strafvordering niet verjaart voor de misdrijven waarop gevangenisstraf van twaalf jaren of meer is gesteld.
aan de afspraak moest houden. Anders zou haar moeder alleen komen te staan en ze had de vallende ziekte. [slachtoffer] liet het toe omdat ze wist dat ze hulp nodig had. [8]
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De motivering van de sanctie(s)
1 oktober 2013;
6 maart 2014.
- bestaande uit [slachtoffer], haar moeder en twee zusjes - in huis komen wonen toen hij een relatie met haar moeder kreeg. Het misbruik heeft over een lange periode plaatsgevonden en is in de pubertijd van [slachtoffer] begonnen en heeft zelfs voortgeduurd toen zij al uit huis was en hij haar met haar administratie hielp. Bij het misbruik heeft verdachte bewust een situatie laten ontstaan waarbij sprake was van dwang voortvloeiend uit de verhouding (stiefvader-stiefdochter) en ook de woorden die verdachte tegen [slachtoffer] heeft geuit.
7.De toegepaste wettelijke bepalingen
8.De beslissing
- Veroordeelt de veroordeelde tegen kwijting aan [slachtoffer], te betalen € 5.000,- (vijfduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 31 mei 2002 tot aan de dag der algehele voldoening.
- Veroordeelt de veroordeelde tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden vooralsnog begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
- Verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering.