Ruygrok heeft in de verstekprocedure gevorderd dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I voor recht zal verklaren dat de gemeente onrechtmatig heeft gehandeld jegens haar;
II de gemeente primair zal veroordelen tot betaling van € 166.428,- aan gederfde huurinkomsten, te vermeerderen met de over dit bedrag verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum van levering van de panden op 30 september 2011 dan wel subsidiair vanaf de datum van het instellen van de bestuursrechtelijke vordering tot nadeelcompensatie op 13 januari 2012 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van dagvaarding dan wel meer subsidiair op een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen datum dan wel
de gemeente subsidiair zal veroordelen tot betaling van € 110.952,- aan gederfde huurinkomsten, te vermeerderen met de over dit bedrag verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum van verkoop van de panden op 7 juni2011 dan wel subsidiair vanaf de datum van het instellen van de bestuursrechtelijke vordering tot nadeelcompensatie op 13 januari 2012 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van dagvaarding dan wel meer subsidiair op een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen datum;
III de gemeente primair zal veroordelen tot betaling van de als gevolg van dit onrechtmatig handelen door haar (Ruygrok) geleden schade ten bedrage van primair € 260.000,-, te vermeerderen met de over dit bedrag verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum van verkoop van de panden op 7 juni 2011 dan wel subsidiair vanaf de datum van levering van de panden op 30 september 2011 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van het instellen van de bestuursrechtelijke vordering tot nadeelcompensatie op 13 januari 2012 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van dagvaarding dan wel meer subsidiair op een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen datum tot aan de dag der algehele voldoening dan wel;
IV de gemeente subsidiair zal veroordelen tot betaling van de als gevolg van dit onrechtmatig handelen door haar geleden schade ten bedrage van € 205.000,-, overeenkomstig het rapport van [naam 6] van 24 juli 2013 te vermeerderen met de over dit bedrag verschuldigde wettelijke rente vanaf de datum van verkoop van de panden op 7 juni 2011 dan wel subsidiair vanaf de datum van levering van de panden op 30 september 2011 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van het instellen van de bestuursrechtelijke vordering tot nadeelcompensatie op 13 januari 2012 dan wel meer subsidiair vanaf de datum van dagvaarding dan wel meer subsidiair op een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen datum tot aan de dag der algehele voldoening;
V de gemeente primair zal veroordelen tot betaling van de buitengerechtelijke kosten ten bedrage van primair € 20.943,22 exclusief btw dan wel subsidiair € 2.500,- exclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan die der algehele voldoening.
VI de gemeente zal veroordelen in de kosten van het geding, waaronder begrepen de nakosten.