Uitspraak
[verdachte]
1.De inhoud van de tenlastelegging
2.Het onderzoek ter terechtzitting
[betrokkene 14], [adres 2]. Onder meer is op de salarisspecificatie telkens vermeld dat [betrokkene 14] in die maanden telkens 165,30 of 164,67 uren heeft gewerkt en daarbij telkens een nettoloon van € 1.250,-- heeft betaald gekregen. [17] heeft hierover verklaard dat hij een periode in dienst is geweest bij [bedrijf 1]. In de laatste periode, dit was van maart tot en met mei 2011, was hij op basis van een arbeidscontract ook nog in dienst bij [bedrijf 1], maar was er geen werk meer. [betrokkene 14] kreeg echter wel doorbetaald. [betrokkene 14] moest vervolgens bedragen van € 800 á € 900,-- contant terugbetalen aan [betrokkene 15]. [betrokkene 15] was de broer van [medeverdachte 4]. Over het aantal op de salarisstroken vermelde gewerkte uren heeft [betrokkene 14] verklaard dat dit niet juist is. [18] In het dossier bevindt zich voorts een bij de IND te ’s-Hertogenbosch ontvangen advies voor afgifte van een MVV van 16 december 2010 waarbij onder meer voornoemde loonstroken zijn gevoegd van september, oktober en november 2010. [19]
[betrokkene 16], [adres 3]. Op de salarisspecificatie van juli 2010 is vermeld dat [betrokkene 16] die maand 4 dagen had gewerkt. Van de salarisspecificaties van februari en maart 2011 bevinden zich telkens 2 verschillende exemplaren in het dossier, waarbij verdachte in de betreffende maand respectievelijk 7 en 21,67 dagen en 12 en 21,67 dagen gewerkt zou hebben. [20] heeft verklaard dat hij werkzaam is geweest bij [bedrijf 1]. Het schoonmaakbedrijf stond op naam van [medeverdachte 4]. [verdachte] zag hij als feitelijk leidinggevende. Op of rond 1 juli 2010 is hij begonnen met zijn werkzaamheden. [betrokkene 16] heeft verklaard dat hij juli 2010 31 dagen heeft gewerkt. In februari 2011 heeft hij niet gewerkt omdat hij toen met vakantie in Iran was. [21] Uit de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] komt naar voren dat [betrokkene 16] in juli 2010 31 dagen, in februari 2011 twee dagen en in maart 2011 30 dagen werkte. [22]
[medeverdachte 1], [adres 4]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 3, 4 en 6 loondagen vermeld. [23] heeft verklaard dat hij in september 2009 is begonnen met schoonmaken bij het schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4]. Verdachte [verdachte] was daar de manager. Met verdachte [verdachte] werd afgesproken dat hij een deel van zijn loon zwart kreeg uitbetaald. Daardoor kon hij zijn WWB-uitkering behouden. [medeverdachte 1] had verdachte [verdachte] uitgelegd hoe het werkt met een uitkering als hij daarnaast inkomsten had en dat hij dan gekort zou worden op zijn uitkering. Verdachte [verdachte] begreep dit wel. De salarisspecificaties werden opgemaakt door het schoonmaakbedrijf. [medeverdachte 1] kreeg ze per post toegestuurd. De valselijk opgemaakte salarisspecificaties leverde hij in bij de gemeente Stadskanaal. [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij in september 2009 in elk geval meer dan 3 dagen had gewerkt, in mei 2010 en juli 2011 heeft hij ongeveer 20 a 22 dagen gewerkt. Hij verklaarde voorts dat eigenlijk alle salarisspecificaties valselijk zijn opgemaakt. [24] [25] Uit de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] komt naar voren dat [medeverdachte 1] in september 2009 29 dagen, in mei 2010 31 dagen en in juli 2011 30 dagen werkte. [26] Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij [medeverdachte 1] zwart heeft betaald. [27]
[medeverdachte 2], [adres 5]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 8, 8 en 7 loondagen vermeld. [28] heeft verklaard dat hij vanaf 2009 voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] is gaan werken. [medeverdachte 4] en [verdachte] runnen het bedrijf, aldus [medeverdachte 2]. Met hen regelt hij het verlof of bespreekt hij problemen. [medeverdachte 2] heeft verklaard dat hij in principe elke maand 30 dagen werkte. De loonstroken vanaf februari 2009 tot en met nu toe kloppen niet met het aantal gewerkte uren. Vanaf februari 2009 tot en met augustus 2011 kreeg hij naast het salaris dat hij op zijn rekening kreeg ook nog zwart geld. Hij kreeg dit van verdachte [verdachte] en van medeverdachte [medeverdachte 4]. [29] werkte volgens de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] in juli 19 dagen, in juli 2010 23 dagen en in juni 2011 27 dagen. [30] Met ingang van 24 februari 2006 heeft [medeverdachte 2] recht op een WWB-uitkering. Dit is [medeverdachte 2] bij beschikking van 9 maart 2006 door de gemeente Stadskanaal bekendgemaakt. [31] De valselijk opgemaakte loonstroken werden door [medeverdachte 2] bij de gemeente Stadskanaal ingeleverd om zijn uitkering te behouden. [32] Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij [medeverdachte 2] zwart heeft betaald. [33]
[medeverdachte 3], [adres 6]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 7, 8 en 6 loondagen vermeld. [34] heeft verklaard dat hij in de periode van april 2009 tot 23 september 2011 bij het schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] heeft gewerkt. Op de loonstroken stond altijd de helft van het aantal dagen dat hij in werkelijkheid had gewerkt. [medeverdachte 3] had nog nooit een loonstrook ontvangen waar het aantal gewerkte dagen juist was. Wat op zijn loonstrook staat is het bedrag wat [medeverdachte 3] op zijn rekening krijgt. De rest wordt zwart uitbetaald door verdachte [verdachte]. Die afspraak had hij gemaakt met verdachte [verdachte] en de andere baas van [medeverdachte 4] die in zijn beleving [alias] heet. [medeverdachte 3] ontvangt een uitkering van het UWV en een bijstandsuitkering van de gemeente Stadskanaal. Het aantal dagen dat op de loonstrook staat vermeld, wordt aan het UWV en de gemeente Stadskanaal opgegeven. ‘Deze dagen die ik opstuur naar het UWV kloppen dus niet’, aldus verdachte. Zijn baas wist dat hij een uitkering had, maar die had gezegd dat dat zo moest. Met baas bedoelde [medeverdachte 3] verdachte [verdachte] of medeverdachte [medeverdachte 4]. Ze zeiden dat hij geen problemen daarmee kon krijgen. [35] Aan de hand van het door [bedrijf 2] verstrekte urenoverzicht van december 2009, februari 2011 en juni 2011 [36] verklaart [medeverdachte 3] dat hij in december 2009 en februari 2011 19 dagen heeft gewerkt en in juni 2011 30 dagen. [37]
[betrokkene 4], [adres 7]. Op de salarisspecificaties zijn telkens nettobedragen van € 1.500,-- genoemd. [38] heeft verklaard dat hij voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] schoonmaakwerkzaamheden verrichtte in de [bedrijf 2] Nieuwegein (twee locaties) en Hoofddorp. Dit was in de periode medio 2008 tot en met 2009. [39] Op grond van getuigenverklaringen van bij [bedrijf 2] werkzame medewerkers [40] en door [bedrijf 2] aangeleverde werknemersadministratie [41] is niet aannemelijk geworden dat [betrokkene 4] daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht.
[betrokkene 5], [adres 8]. Op de salarisspecificaties is onder meer vermeld dat [betrokkene 5] nettolonen ontving variërend van € 450,-- tot € 600,--. [46] heeft verklaard dat zij niet voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] heeft gewerkt. [betrokkene 5] heeft voorts verklaard dat zij in 2008 had geprobeerd haar man naar Nederland te halen. Hiertoe had zij valselijk opgemaakte loonstroken opgestuurd naar de Immigratie- en Naturalisatiedienst te ’s Hertogenbosch. Zij had telefonisch contact gehad met [betrokkene 15] van [medeverdachte 4] schoonmaak. [betrokkene 15] had gezegd dat het goed was dat zij die loonstroken gebruikte bij IND. [47] [48] In het dossier bevinden zich verschillende verzoeken om advies voor afgifte machtiging tot voorlopig verblijf (MVV) waarvan de eerste op 2 januari 2008 is binnengekomen bij IND, locatie Den Bosch. De verzoeken hebben kennelijk betrekking op [betrokkene 8]/[betrokkene 9]. Op de verzoeken is categorisch en laatstelijk op 3 februari 2009 negatief beslist. [49] In het dossier bevinden zich voorts arbeidsovereenkomsten uit 2007 (verder ongedateerd), van 1 januari 2008 en van 15 april 2008 tussen [medeverdachte 4] h.o.d.n. [bedrijf 1] en [betrokkene 5] en een werkgeversverklaring van [bedrijf 1] ten name van [betrokkene 5] van 9 april 2008. Het bestaan van deze arbeidsovereenkomst en werkgeversverklaring kan bezwaarlijk anders worden verstaan dan dat zij valselijk is opgemaakt om een succesvolle afwikkeling van de IND-procedure te bewerkstelligen. Van enige door [betrokkene 5] gedane werkzaamheden in dienst van [bedrijf 1] is immers niet gebleken.
4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De motivering van de sanctie(s)
7.De toegepaste wettelijke bepalingen
8.De beslissing
een gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
6 (zes) maanden niet ten uitvoerzullen worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;