ECLI:NL:RBGEL:2014:7577

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
5 december 2014
Publicatiedatum
9 december 2014
Zaaknummer
06/920005-11
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • mr. Driessen
  • mr. Kropman
  • mr. Knoop
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Valsheid in geschrift, mensensmokkel en uitkeringsfraude door werkgever met valse documenten

In deze zaak heeft de rechtbank Gelderland op 5 december 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die als werkgever gedurende een periode van drie jaren en negen maanden valse salarisspecificaties, werkgeversverklaringen en arbeidsovereenkomsten heeft opgemaakt. Deze valse documenten werden door anderen gebruikt om te frauderen met uitkeringen en procedures bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). De verdachte is beschuldigd van valsheid in geschrift, het gebruik van valse geschriften, mensensmokkel en uitkeringsfraude. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen opzettelijk valse documenten heeft opgemaakt en gebruikt, met als doel om deze als echt en onvervalst te laten doorgaan. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de rol van de verdachte binnen het bedrijf en zijn blanco strafblad. De verdachte speelde een cruciale rol in de fraude, waarbij hij gebruik maakte van de kwetsbare positie van de betrokken personen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte en zijn mededaders het vertrouwen in de juistheid van officiële documenten hebben geschaad.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Zutphen
Parketnummer : 06/920005-11
Datum zitting : 21 november 2014
Datum uitspraak : 5 december 2014
TEGENSPRAAK
Vonnis van de meervoudige kamer in de zaak van
de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland
tegen
naam :
[verdachte]
geboren op : [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Afghanistan)
adres : [adres 1]
plaats : [woonplaats]
Raadsman: mr. W.L.M. Fleuren, advocaat te Apeldoorn.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 december
2007 tot en met 31 juli 2011 in de gemeente(n) Apeldoorn en/of Amsterdam en/of
Stadskanaal en/of Diemen en/of Overbetuwe, althans in Nederland, tezamen en in
vereniging met een of meer ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 1], over de maand(en) maart 2011 en/of april 2011 en/of mei
2011 [vindplaats documenten: pagina 674 t/m 676] en/of één of meer andere
salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 2], over de maand(en) juli 2010 en/of februari 2011 en/of
maart 2011 [vindplaats documenten: pagina 734 t/m 736] en/of één of meer
andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 1], over de maand(en) september 2009 en/of mei 2010 en/of
juli 2011 [vindplaats documenten: pagina 076 t/m 078] en/of één of meer andere
salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 2], over de maand(en) juli 2009 en/of juli 2010 en/of
juni 2011 [vindplaats documenten: pagina 179 t/m 181], en/of één of meer
andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 3], over de maand(en) december 2009 en/of februari
2010 en/of juni 2011 [vindplaats documenten: pagina 342 t/m 344] en/of één of
meer andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 4], over de maand(en) mei 2008 en/of juni 2008 en/of juli
2008 en/of augustus 2008 en/of september 2008 en/of oktober 2008 en/of
november 2008 en/of december 2008 en/of januari 2009 [vindplaats documenten:
pagina 473 t/m 481] en/of één of meer andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 5], over de maand(en) december 2007 en/of januari 2008
en/of februari 2008 en/of maart 2008 en/of april 2008 en/of mei 2008
[vindplaats documenten: pagina 872 t/m 879] en/of één of meer andere
salarisspecificatie(s) en/of
- een arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en/of [bedrijf 1]
en [betrokkene 4] [vindplaats document: pagina 482] en/of
- een arbeidsovereenkomst dd 01-01-08 en/of 15-04-08 en/of een ongedateerde
arbeidsovereenkomst, tussen [betrokkene 6] en/of [bedrijf 1] en
[betrokkene 5] [vindplaats documenten: pagina 880 t/m 885] en/of
- een werkgeversverklaring dd 09-12-2008, van [bedrijf 1], ten
name van [betrokkene 4] [vindplaats document: pagina 484] en/of
- een werkgeversverklaring dd 09 april 2008, van [bedrijf 1],
te name van [betrokkene 5] [vindplaats document: pagina 886],
-(elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen- (telkens) valselijk heeft opgemaakt of heeft vervalst (telkens) met
het oogmerk om dat/die geschrift(en) als echt en onvervalst te gebruiken of
door anderen te doen gebruiken, hebbende dat valselijk opmaken en/of dat
vervalsen hierin bestaan dat (telkens)
- op genoemde salarisspecificatie(s)
-een onjuist aantal loonuren en/of loondagen was vermeld en/of
-een onjuist bedrag en/of een onterecht een bedrag aan loon was vermeld
- genoemde salarisspecificatie(s) en/of arbeidsovereenkomst(en) en/of
werkgeversverklaring(en) een (betaalde) arbeidsrelatie suggereren tussen
verdachte en [bedrijf 1], terwijl in werkelijkheid er geen
(betaalde) arbeidsrelatie bestond,
en/of
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 januari
2008 tot en met 30 september 2011 in de gemeente(n) Apeldoorn en/of Amsterdam
en/of Stadskanaal en/of Groningen en/of 's-Hertogenbosch en/of Diemen en/of
Overbetuwe en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer
ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk, gebruik heeft gemaakt of
gebruik heeft doen maken van (de/een) (onder meer) hierna te noemen valse
document(en) - (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van
enig feit te dienen - waaronder:
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 1], over de maand(en) september 2009 en/of mei 2010 en/of
juli 2011 [vindplaats documenten: pagina 076 t/m 078] en/of één of meer andere
salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 2], over de maand(en) juli 2009 en/of juli 2010 en/of
juni 2011 [vindplaats documenten: pagina 179 t/m 181], en/of één of meer
andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 3], over de maand(en) december 2009 en/of februari
2010 en/of juni 2011 [vindplaats documenten: pagina 342 t/m 344] en/of één of
meer andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie(s) afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 4], over de maand(en) mei 2008 en/of juni 2008 en/of juli
2008 en/of augustus 2008 en/of september 2008 en/of oktober 2008 en/of
november 2008 en/of december 2008 en/of januari 2009 [vindplaats documenten:
pagina 473 t/m 481] en/of één of meer andere salarisspecificatie(s) en/of
- ( een) salarisspecificatie afkomstig van [bedrijf 1], gericht
aan [betrokkene 5], over de maand(en) december 2007 en/of januari 2008 en/of
februari 2008 en/of maart 2008 en/of april 2008 en/of mei 2008 [vindplaats
documenten: pagina 872 t/m 879] en/of één of meer andere
salarisspecificatie(s) en/of
- een arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en/of [bedrijf 1]
en [betrokkene 4] [vindplaats document: pagina 482] en/of
- een arbeidsovereenkomst dd 01-01-08 en/of 15-04-08 en/of een ongedateerde
arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en/of [bedrijf 1] en
[betrokkene 5] [vindplaats documenten: pagina 880 t/m 885] en/of
- een werkgeversverklaring dd 09-12-2008, van [bedrijf 1], ten
name van [betrokkene 4] [vindplaats document: pagina 484] en/of
- een werkgeversverklaring dd 09 april 2008, van [bedrijf 1],
te name van [betrokkene 5] [vindplaats document: pagina 886],
als ware die/dat geschrift(en) echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken
(telkens) in het overleggen van dat/die geschrift(en)
- aan het college van de gemeente Stadskanaal en/of
- het UWV werkbedrijf te Stadskanaal en/of
- het UWV te Groningen en/of
- de Immigratie- en Naturalisatiedienst te 's-Hertogenbosch,
en bestaande die valsheid of vervalsing hierin, dat (telkens)
- op genoemde salarisspecificatie(s)
-een onjuist aantal loonuren en/of loondagen was vermeld en/of
-een onjuist bedrag en/of een onterecht een bedrag aan loon was vermeld
- genoemde salarisspecificatie(s) en/of arbeidsovereenkomst(en) en/of
werkgeversverklaring(en) een (betaalde) arbeidsrelatie suggereren tussen
verdachte en [bedrijf 1], terwijl in werkelijkheid er geen
(betaalde) arbeidsrelatie bestond;
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
in of omstreeks de periode van 24 december 2008 tot en met 30 maart 2009, in
de gemeente(n) Apeldoorn en/of Amsterdam en/of 's-Hertogenbosch en/of Diemen
en/of elders in Nederland en/of Afghanistan en/of India, tezamen en in
vereniging met een of meer ander(en), althans alleen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 7], behulpzaam is geweest bij het zich
verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en/of hem/haar daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist of
ernstige redenen had te vermoeden dat die toegang of doorreis wederrechtelijk
was;
SUBSIDIAIR,
[betrokkene 4] in of omstreeks de periode van 24 december 2008 tot en met 30 maart
2009, in de gemeent(n) Apeldoorn en/of Amsterdam en/of 's-Hertogenbosch en/of
Diemen en/of elders in Nederland en/of Afghanistan en/of India, tezamen en in
vereniging met een of meer ander(en), althans alleen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 7], behulpzaam is geweest bij het zich
verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en/of hem/haar daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist of
ernstige redenen had te vermoeden dat die toegang of doorreis wederrechtelijk
was,
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, op
een of meer verschillende tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 mei
2008 tot en met 31 januari 2009, in de gemeent(n) Apeldoorn en/of Amsterdam
en/of 's-Hertogenbosch en/of Diemen en/of elders in Nederland en/of
Afghanistan en/of India, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en),
althans alleen,
opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of
opzettelijk behulpzaam is geweest, door valse salarisspecificatie(s) en/of een
valse arbeidsovereenkomst en/of een valse werkgeversverklaring, althans valse
documenten, ter beschikking te stellen aan [betrokkene 4];
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 197a lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 02 januari
2008 tot en met 03 februari 2009 in de gemeente(n) Apeldoorn en/of Amsterdam
en/of 's-Hertogenbosch en/of Overbetuwe en/of elders in Nederland en/of
Afghanistan, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om tezamen
en in vereniging met een of meer ander(en), althans alleen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 8] en/of [betrokkene 9] en/of
[betrokkene 9] [betrokkene 8], behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen
van toegang tot of doorreis door Nederland, en/of hem/haar daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist of
ernstige redenen had te vermoeden dat die toegang of doorreis wederrechtelijk
was,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
SUBSIDIAIR,
[betrokkene 5] in of omstreeks de periode van 02 januari 2008 tot en met 03
februari 2009 in de gemeente(n) Apeldoorn en/of Amsterdam en/of
's-Hertogenbosch en/of Overbetuwe en/of elders in Nederland en/of
Afghanistan, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en), althans
alleen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 8] en/of [betrokkene 9] en/of
[betrokkene 9] [betrokkene 8], behulpzaam is geweest bij het zich
verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en/of hem/haar daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist of
ernstige redenen had te vermoeden dat die toegang of doorreis wederrechtelijk
was,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, op
een of meer verschillende tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01
december 2007 tot en met 31 mei 2008, in de gemeente(n) Apeldoorn en/of
Amsterdam en/of 's-Hertogenbosch en/of Overbetuwe en/of elders in Nederland
en/of Afghanistan, tezamen en in vereniging met een of meer ander(en),
althans alleen,
opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of
opzettelijk behulpzaam is geweest, door valse salarisspecificatie(s) en/of
(een) valse arbeidsovereenkomst(en) en/of een valse werkgeversverklaring,
althans valse documenten, ter beschikking te stellen aan [betrokkene 5];
art 45 Wetboek van Strafrecht
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 197a lid 1 Wetboek van Strafrecht
4.
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [verdachte], op een of
meer verschillende tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01
februari 2009 tot en met 30 september 2011 in de gemeente(n) Groningen en/of
Stadskanaal en/of Apeldoorn, althans in Nederland, tezamen en in vereniging
met een of meer rechtsperso(o)n(en) en/of een of meer natuurlijk(e)
perso(o)n(en), althans alleen
in strijd met een hen/hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde
verplichting, te weten artikel 17 van de Wet werk en bijstand en/of artikel 25
van de Werkloosheidswet, opzettelijk heeft/hebben nagelaten tijdig de
benodigde gegevens te verstrekken, zulks terwijl dit feit kon strekken tot
bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl zij/hij wist(en), althans
redelijkerwijze moest(en) vermoeden dat die gegevens van belang waren voor de
vaststelling van hun of eens anders recht op een verstrekking of
tegemoetkoming, te weten een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand
en/of de Werkloosheidswet dan wel voor de hoogte of de duur van die
verstrekking of tegemoetkoming, immers heeft/hebben [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2]
en/of [medeverdachte 3] en/of [verdachte] (telkens) opzettelijk niet (alle) door
hem/hen gewerkte uren en/of niet (al) het door hem/hen ontvangen loon
opgegeven aan, althans verzwegen voor, het college en of het UWV,
tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, op
een of meer verschillende tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van van 01
februari 2009 tot en met 30 september 2011 in de gemeente(n) Groningen en/of
Stadskanaal en/op Apeldoorn en/of Amsterdam, althans in Nederland, tezamen en
in vereniging met een of meer rechtsperso(o)n(en) en/of een of meer
natuurlijk(e) perso(o)n(en), althans alleen
(telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft
en/of (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest door valse (een)
salarisspecificatie(s) ter beschikking te stellen aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2]
en/of [medeverdachte 3] en/of [verdachte];
art 48 Wetboek van Strafrecht
art 227b Wetboek van Strafrecht

2.Het onderzoek ter terechtzitting

De zaak is op 21 november 2014 onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. W.L.M. Fleuren, advocaat te Apeldoorn.
De officier van justitie, heeft gerekwireerd.
Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.
3. De beslissing inzake het bewijs [1]
Ten aanzien van het onder 1, 2 primair, 3 primair en 4 tenlastegelegde
Aanleiding van het onderzoek
Naar aanleiding van CIE-informatie van 7 januari 2011 en het daaropvolgend voorbereidend onderzoek is een opsporingsonderzoek gestart, dat zich heeft gericht op het frauderen met loonstroken, werkgeversverklaringen en dergelijke en daarnaast mensensmokkel door middel van het verschaffen van valse loonstroken, werkgeversverklaringen en dergelijke ten behoeve van procedures bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Uit dit onderzoek zijn verschillende verdachten naar voren gekomen, waaronder de verdachte [verdachte].
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de onder 1, 2 primair, 3 primair en 4 tenlastegelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft in het algemeen gesteld dat verdachte niet de leiding had binnen het bedrijf [bedrijf 1] doch slechts wat hand- en spandiensten leverde in de vorm van vertaaldiensten. De raadsman heeft in het bijzonder betoogd dat er met betrekking tot feit 1 in elk geval vrijspraak dient te volgen van de onderdelen van de tenlastelegging die betrekking hebben op [betrokkene 4] en [betrokkene 5] nu weliswaar wettig maar geen overtuigend bewijs voor handen is. Met betrekking tot feit 2 is er geen bewijs voor het feit dat verdachte, aldus de raadsman, een vooropgezet plan heeft gehad om [betrokkene 4] in dienst te nemen om tot gezinsvorming te kunnen komen. Dat geldt mutatis mutandis ook voor het onder feit 3 tenlastegelegde. De raadsman heeft met betrekking tot feit 4 betoogd dat het opzet ontbreekt, ook in de zin van voorwaardelijk opzet.
Beoordeling door de rechtbank
Ten aanzien van feit 1, feit 2 primair, feit 3 primair en feit 4:
tezamen en in vereniging
De rechtbank stelt voorop dat van medeplegen sprake is wanneer twee of meer personen gezamenlijk een strafbaar feit plegen. Er moet sprake zijn van een gezamenlijke uitvoering in die zin dat de verdachten gezamenlijk de delictsbestanddelen van het strafbare feit vervullen, terwijl het niet noodzakelijk is dat alle medeplegers afzonderlijk alle delictsbestanddelen vervullen. Betrokkenheid bij de uitvoeringshandelingen is voldoende. Voor medeplegen is een nauwe en bewuste samenwerking vereist. Dit houdt in dat de medeplegers willens en wetens, dus opzettelijk, samenwerken tot het verrichten van de strafbare feiten. De samenwerking moet daarbij voldoende intensief zijn. De intensieve samenwerking kan onder andere blijken uit voorafgaande en/of stilzwijgende afspraken, taakverdeling, de aanwezigheid ten tijde van het delict, het zich niet distantiëren van het delict en uit handelingen verricht na het delict. De rechtbank stelt aan de hand hiervan het volgende vast.
Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij eigenaar was van [bedrijf 1]. [2] Dit is in overeenstemming met de gegevens van de Kamer van Koophandel. [3] Het bedrijf maakte uitsluitend schoon bij vestigingen van [bedrijf 2]. [4] Verdachte [verdachte] deed ook wel eens werkzaamheden. Hij had dan contact met de boekhouder en met werknemers die bij [bedrijf 2] schoonmaakten. Toekomstige personeelsleden zochten zowel contact met medeverdachte [medeverdachte 4] als met verdachte [verdachte]. Het aannemen van personeel werd ook door hen beiden gedaan. Arbeidsovereenkomsten werden door medeverdachte [medeverdachte 4] en de werknemer ondertekend. [5] Uit onder meer verklaringen van bij [bedrijf 2] werkzame getuigen komt naar voren dat verdachte [verdachte] het aanspreekpunt was voor de schoonmaakwerkzaamheden. [6] Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij wist dat hij mensen in dienst had die naast hun dienstverband een uitkering genoten. Hij heeft van die werknemers formulieren gezien en aan de boekhouder gegeven. [7] De werknemers die bij hem kwamen met formulieren van de IND stuurde hij door naar de boekhouder. Medeverdachte [medeverdachte 4] schatte dat het daarbij ging om tussen de vijf en tien werknemers. Medeverdachte [medeverdachte 4] noemde daarbij onder meer een Afghaan genaamd [betrokkene 10] en afkomstig uit Diemen. [8] Medeverdachte [medeverdachte 5] heeft verklaard dat hij een overeenkomst had met [bedrijf 1] om daar de volledige administratie voor te voeren. Zijn werkzaamheden verrichtte hij in opdracht van medeverdachte [medeverdachte 4] en verdachte [verdachte]. Van verdachte [verdachte] kreeg medeverdachte [medeverdachte 5] het verzoek om MVV-formulieren in te vullen. Medeverdachte [medeverdachte 5] schat het aantal op 10 tot 15 en dat het is geweest in de periode van 2007 tot augustus 2011. [9] Verdachte [verdachte] heeft verklaard dat hij met medeverdachte [medeverdachte 4] meeging om hem te helpen. Daarbij gaf hij, verdachte [verdachte], onder meer contant geld aan verschillende werknemers van [bedrijf 1]. Hij, verdachte [verdachte], werd ook wel aangesproken met ‘baas’. [10] Verdachte [verdachte] heeft voorts verklaard hoe de facturering bij [bedrijf 1] in zijn werk ging. Verdachte [verdachte] herkende aan de hand van hem 65 getoonde foto’s van personen een groot deel als werknemers van zijn broer. [11]
Blijkens de verklaring van de externe boekhouder, medeverdachte [medeverdachte 5], was verdachte feitelijk het aanspreekpunt van de onderneming [bedrijf 1]. [12] De floormanager van [bedrijf 2] IJsselstein, [betrokkene 11], noemde verdachte [verdachte] de eigenaar van de onderneming. [13] De restaurantmanager van [bedrijf 2] IJsselstein, [betrokkene 12] noemde verdachte [verdachte] als contactpersoon. [14] De restaurantmanager van [bedrijf 2] Nieuwegein, [betrokkene 13] noemde verdachte [verdachte] de eigenaar van de onderneming. [15] De medeverdachte [medeverdachte 6], verklaart dat verdachte [verdachte] de salarissen uitbetaalde: “Hij betaalt altijd uit tussen 15:00 en 20:30 uur. Hij belt dan op en zegt waar wij naar toe moeten komen om het salaris uitbetaald te krijgen (…) [verdachte] is de enige persoon die geld uitbetaalt.” [16] De rechtbank maakt uit het voorgaande op dat medeverdachte [medeverdachte 4] en verdachte [verdachte] samen inhoudelijk op de hoogte waren van het reilen en zeilen binnen de onderneming. De rechtbank deelt hierbij een centrale rol toe die verdachte [verdachte] in de onderneming [bedrijf 1] speelde. Aldus kan gesproken worden van het medeplegen van de op de navolgende werknemers betrekking hebbende strafbare feiten.
[betrokkene 14]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties van [bedrijf 1] met betrekking tot de maanden september, oktober en november 2010 en maart, april en mei 2011, gericht aan
[betrokkene 14], [adres 2]. Onder meer is op de salarisspecificatie telkens vermeld dat [betrokkene 14] in die maanden telkens 165,30 of 164,67 uren heeft gewerkt en daarbij telkens een nettoloon van € 1.250,-- heeft betaald gekregen. [17] heeft hierover verklaard dat hij een periode in dienst is geweest bij [bedrijf 1]. In de laatste periode, dit was van maart tot en met mei 2011, was hij op basis van een arbeidscontract ook nog in dienst bij [bedrijf 1], maar was er geen werk meer. [betrokkene 14] kreeg echter wel doorbetaald. [betrokkene 14] moest vervolgens bedragen van € 800 á € 900,-- contant terugbetalen aan [betrokkene 15]. [betrokkene 15] was de broer van [medeverdachte 4]. Over het aantal op de salarisstroken vermelde gewerkte uren heeft [betrokkene 14] verklaard dat dit niet juist is. [18] In het dossier bevindt zich voorts een bij de IND te ’s-Hertogenbosch ontvangen advies voor afgifte van een MVV van 16 december 2010 waarbij onder meer voornoemde loonstroken zijn gevoegd van september, oktober en november 2010. [19]
[betrokkene 16]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties met betrekking tot de maanden juli 2010, februari en maart 2011, gericht aan
[betrokkene 16], [adres 3]. Op de salarisspecificatie van juli 2010 is vermeld dat [betrokkene 16] die maand 4 dagen had gewerkt. Van de salarisspecificaties van februari en maart 2011 bevinden zich telkens 2 verschillende exemplaren in het dossier, waarbij verdachte in de betreffende maand respectievelijk 7 en 21,67 dagen en 12 en 21,67 dagen gewerkt zou hebben. [20] heeft verklaard dat hij werkzaam is geweest bij [bedrijf 1]. Het schoonmaakbedrijf stond op naam van [medeverdachte 4]. [verdachte] zag hij als feitelijk leidinggevende. Op of rond 1 juli 2010 is hij begonnen met zijn werkzaamheden. [betrokkene 16] heeft verklaard dat hij juli 2010 31 dagen heeft gewerkt. In februari 2011 heeft hij niet gewerkt omdat hij toen met vakantie in Iran was. [21] Uit de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] komt naar voren dat [betrokkene 16] in juli 2010 31 dagen, in februari 2011 twee dagen en in maart 2011 30 dagen werkte. [22]
[medeverdachte 1]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties met betrekking tot de maanden september 2009, mei 2010 en juli 2011, gericht aan
[medeverdachte 1], [adres 4]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 3, 4 en 6 loondagen vermeld. [23] heeft verklaard dat hij in september 2009 is begonnen met schoonmaken bij het schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4]. Verdachte [verdachte] was daar de manager. Met verdachte [verdachte] werd afgesproken dat hij een deel van zijn loon zwart kreeg uitbetaald. Daardoor kon hij zijn WWB-uitkering behouden. [medeverdachte 1] had verdachte [verdachte] uitgelegd hoe het werkt met een uitkering als hij daarnaast inkomsten had en dat hij dan gekort zou worden op zijn uitkering. Verdachte [verdachte] begreep dit wel. De salarisspecificaties werden opgemaakt door het schoonmaakbedrijf. [medeverdachte 1] kreeg ze per post toegestuurd. De valselijk opgemaakte salarisspecificaties leverde hij in bij de gemeente Stadskanaal. [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij in september 2009 in elk geval meer dan 3 dagen had gewerkt, in mei 2010 en juli 2011 heeft hij ongeveer 20 a 22 dagen gewerkt. Hij verklaarde voorts dat eigenlijk alle salarisspecificaties valselijk zijn opgemaakt. [24] [25] Uit de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] komt naar voren dat [medeverdachte 1] in september 2009 29 dagen, in mei 2010 31 dagen en in juli 2011 30 dagen werkte. [26] Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij [medeverdachte 1] zwart heeft betaald. [27]
[medeverdachte 2]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties met betrekking tot de maanden juli 2009, juli 2010 en juni 2011, gericht aan
[medeverdachte 2], [adres 5]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 8, 8 en 7 loondagen vermeld. [28] heeft verklaard dat hij vanaf 2009 voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] is gaan werken. [medeverdachte 4] en [verdachte] runnen het bedrijf, aldus [medeverdachte 2]. Met hen regelt hij het verlof of bespreekt hij problemen. [medeverdachte 2] heeft verklaard dat hij in principe elke maand 30 dagen werkte. De loonstroken vanaf februari 2009 tot en met nu toe kloppen niet met het aantal gewerkte uren. Vanaf februari 2009 tot en met augustus 2011 kreeg hij naast het salaris dat hij op zijn rekening kreeg ook nog zwart geld. Hij kreeg dit van verdachte [verdachte] en van medeverdachte [medeverdachte 4]. [29] werkte volgens de aanwezigheidsadministratie van [bedrijf 2] in juli 19 dagen, in juli 2010 23 dagen en in juni 2011 27 dagen. [30] Met ingang van 24 februari 2006 heeft [medeverdachte 2] recht op een WWB-uitkering. Dit is [medeverdachte 2] bij beschikking van 9 maart 2006 door de gemeente Stadskanaal bekendgemaakt. [31] De valselijk opgemaakte loonstroken werden door [medeverdachte 2] bij de gemeente Stadskanaal ingeleverd om zijn uitkering te behouden. [32] Medeverdachte [medeverdachte 4] heeft verklaard dat hij [medeverdachte 2] zwart heeft betaald. [33]
[medeverdachte 3]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties van [bedrijf 1] met betrekking tot de maanden december 2009, februari 2010 en juni 2011, gericht aan
[medeverdachte 3], [adres 6]. Op de salarisspecificaties zijn respectievelijk 7, 8 en 6 loondagen vermeld. [34] heeft verklaard dat hij in de periode van april 2009 tot 23 september 2011 bij het schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] heeft gewerkt. Op de loonstroken stond altijd de helft van het aantal dagen dat hij in werkelijkheid had gewerkt. [medeverdachte 3] had nog nooit een loonstrook ontvangen waar het aantal gewerkte dagen juist was. Wat op zijn loonstrook staat is het bedrag wat [medeverdachte 3] op zijn rekening krijgt. De rest wordt zwart uitbetaald door verdachte [verdachte]. Die afspraak had hij gemaakt met verdachte [verdachte] en de andere baas van [medeverdachte 4] die in zijn beleving [alias] heet. [medeverdachte 3] ontvangt een uitkering van het UWV en een bijstandsuitkering van de gemeente Stadskanaal. Het aantal dagen dat op de loonstrook staat vermeld, wordt aan het UWV en de gemeente Stadskanaal opgegeven. ‘Deze dagen die ik opstuur naar het UWV kloppen dus niet’, aldus verdachte. Zijn baas wist dat hij een uitkering had, maar die had gezegd dat dat zo moest. Met baas bedoelde [medeverdachte 3] verdachte [verdachte] of medeverdachte [medeverdachte 4]. Ze zeiden dat hij geen problemen daarmee kon krijgen. [35] Aan de hand van het door [bedrijf 2] verstrekte urenoverzicht van december 2009, februari 2011 en juni 2011 [36] verklaart [medeverdachte 3] dat hij in december 2009 en februari 2011 19 dagen heeft gewerkt en in juni 2011 30 dagen. [37]
[betrokkene 4]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties met betrekking tot de maanden mei 2008 tot en met januari 2009, gericht aan
[betrokkene 4], [adres 7]. Op de salarisspecificaties zijn telkens nettobedragen van € 1.500,-- genoemd. [38] heeft verklaard dat hij voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] schoonmaakwerkzaamheden verrichtte in de [bedrijf 2] Nieuwegein (twee locaties) en Hoofddorp. Dit was in de periode medio 2008 tot en met 2009. [39] Op grond van getuigenverklaringen van bij [bedrijf 2] werkzame medewerkers [40] en door [bedrijf 2] aangeleverde werknemersadministratie [41] is niet aannemelijk geworden dat [betrokkene 4] daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht.
[betrokkene 4] heeft verklaard dat zijn echtgenote [betrokkene 7] via een IND-procedure naar Nederland is gekomen. Om dat te bewerkstelligen heeft [betrokkene 4] loonstroken en een arbeidsovereenkomst naar de IND gezonden. [42]
In het dossier bevindt zich een verzoek om advies voor afgifte machtiging tot voorlopig verblijf. Dit verzoek is op 24 december 2008 ondertekend door [betrokkene 4] en op 29 december 2008 ontvangen door de IND te ’s-Hertogenbosch. Het verzoek heeft betrekking op zijn echtgenote [betrokkene 7]. [43] De Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse zaken heeft hier op 30 maart 2009 positief op beslist. Zijn vrouw [betrokkene 7] is vervolgens naar Nederland gekomen. [44] In het dossier bevindt zich voorts een arbeidsovereenkomst van 1 mei 2008 tussen [medeverdachte 4] h.o.d.n. [bedrijf 1] en [betrokkene 4] en een werkgeversverklaring van [bedrijf 1] ten name van [betrokkene 4] van 9 december 2008. Het bestaan van deze arbeidsovereenkomst en werkgeversverklaring kan bezwaarlijk anders worden verstaan dan dat zij valselijk is opgemaakt om een succesvolle afwikkeling van de IND-procedure te bewerkstelligen. Van enige door [betrokkene 4] gedane werkzaamheden in dienst van [bedrijf 1] is immers niet gebleken. [45]
[betrokkene 5]
In het dossier bevinden zich salarisspecificaties met betrekking tot de maanden december 2007, januari 2008 tot en met mei 2008, gericht aan
[betrokkene 5], [adres 8]. Op de salarisspecificaties is onder meer vermeld dat [betrokkene 5] nettolonen ontving variërend van € 450,-- tot € 600,--. [46] heeft verklaard dat zij niet voor schoonmaakbedrijf [medeverdachte 4] heeft gewerkt. [betrokkene 5] heeft voorts verklaard dat zij in 2008 had geprobeerd haar man naar Nederland te halen. Hiertoe had zij valselijk opgemaakte loonstroken opgestuurd naar de Immigratie- en Naturalisatiedienst te ’s Hertogenbosch. Zij had telefonisch contact gehad met [betrokkene 15] van [medeverdachte 4] schoonmaak. [betrokkene 15] had gezegd dat het goed was dat zij die loonstroken gebruikte bij IND. [47] [48] In het dossier bevinden zich verschillende verzoeken om advies voor afgifte machtiging tot voorlopig verblijf (MVV) waarvan de eerste op 2 januari 2008 is binnengekomen bij IND, locatie Den Bosch. De verzoeken hebben kennelijk betrekking op [betrokkene 8]/[betrokkene 9]. Op de verzoeken is categorisch en laatstelijk op 3 februari 2009 negatief beslist. [49] In het dossier bevinden zich voorts arbeidsovereenkomsten uit 2007 (verder ongedateerd), van 1 januari 2008 en van 15 april 2008 tussen [medeverdachte 4] h.o.d.n. [bedrijf 1] en [betrokkene 5] en een werkgeversverklaring van [bedrijf 1] ten name van [betrokkene 5] van 9 april 2008. Het bestaan van deze arbeidsovereenkomst en werkgeversverklaring kan bezwaarlijk anders worden verstaan dan dat zij valselijk is opgemaakt om een succesvolle afwikkeling van de IND-procedure te bewerkstelligen. Van enige door [betrokkene 5] gedane werkzaamheden in dienst van [bedrijf 1] is immers niet gebleken.
Conclusie
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 eerste en tweede deel, 2 primair, 3 primair en 4 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat bewezen wordt geacht dat:
1.
hij op tijdstippen in de periode van 01 december 2007 tot en met 31 juli 2011 in de gemeenten Apeldoorn en Amsterdam en Stadskanaal en Diemen en Overbetuwe,
tezamen en in vereniging met een ander, telkens opzettelijk
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 1], over de maanden maart 2011 en april 2011 en mei 2011 en andere
salarisspecificaties en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 2], over de maanden juli 2010 en februari 2011 en maart 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 1], over de maanden september 2009 en mei 2010 en juli 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 2], over de maanden juli 2009 en juli 2010 en juni 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 3], over de maanden december 2009 en februari 2010 en juni 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 4], over de maanden mei 2008 en juni 2008 en juli 2008 en augustus 2008 en september 2008 en oktober 2008 en november 2008 en december 2008 en januari 2009 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 5], over de maanden december 2007 en januari 2008 en februari 2008 en maart 2008 en april 2008 en mei 2008 en
- een arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en [bedrijf 1]
en [betrokkene 4] en
- een arbeidsovereenkomst d.d. 01-01-08 en 15-04-08 en een ongedateerde
arbeidsovereenkomst, tussen [betrokkene 6] en [bedrijf 1] en
[betrokkene 5] en
- een werkgeversverklaring d.d. 09-12-2008, van [bedrijf 1], ten
name van [betrokkene 4] en
- een werkgeversverklaring d.d. 09 april 2008, van [bedrijf 1],
ten name van [betrokkene 5],
-elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen- telkens valselijk heeft opgemaakt telkens met het oogmerk om die geschriften als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, hebbende dat valselijk opmaken hierin bestaan dat telkens
- op genoemde salarisspecificaties
-een onjuist aantal loonuren en loondagen was vermeld en
-een onjuist bedrag aan loon was vermeld
- genoemde salarisspecificaties en arbeidsovereenkomsten en
werkgeversverklaringen een betaalde arbeidsrelatie suggereren tussen verdachte en [bedrijf 1], terwijl in werkelijkheid er geen betaalde arbeidsrelatie bestond,
en
hij in de periode van 21 januari 2008 tot en met 30 september 2011 in de gemeenten Apeldoorn en Amsterdam en Stadskanaal en Groningen en 's-Hertogenbosch en Diemen en
Overbetuwe, tezamen en in vereniging met een ander, telkens opzettelijk, gebruik heeft gemaakt of gebruik heeft doen maken van de hierna te noemen valse documenten - elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen - waaronder:
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 1], over de maanden september 2009 en mei 2010 en juli 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 2], over de maanden juli 2009 en juli 2010 en juni 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [medeverdachte 3], over de maanden december 2009 en februari 2010 en juni 2011 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 4], over de maanden mei 2008 en juni 2008 en juli 2008 en augustus 2008 en september 2008 en oktober 2008 en november 2008 en december 2008 en januari 2009 en
- salarisspecificaties afkomstig van [bedrijf 1],
gericht aan [betrokkene 5], over de maanden december 2007 en januari 2008 en februari 2008 en maart 2008 en april 2008 en mei 2008 en
- een arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en [bedrijf 1]
en [betrokkene 4] en
- een arbeidsovereenkomst d.d. 01-01-08 en 15-04-08 en een ongedateerde
arbeidsovereenkomst tussen [betrokkene 6] en [bedrijf 1] en
[betrokkene 5] en
- een werkgeversverklaring d.d. 09-12-2008, van [bedrijf 1], ten
name van [betrokkene 4] en
- een werkgeversverklaring d.d. 09 april 2008, van [bedrijf 1],
ten name van [betrokkene 5],
als ware die geschriften echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken telkens in het overleggen van die geschriften
- aan het college van de gemeente Stadskanaal en
- het UWV werkbedrijf te Stadskanaal en
- het UWV te Groningen en
- de Immigratie- en Naturalisatiedienst te 's-Hertogenbosch,
en bestaande die valsheid hierin, dat telkens
- op genoemde salarisspecificaties
-een onjuist aantal loonuren en loondagen was vermeld en
-een onjuist bedrag aan loon was vermeld
- genoemde salarisspecificaties en arbeidsovereenkomsten en werkgeversverklaringen een betaalde arbeidsrelatie suggereren tussen verdachte en [bedrijf 1], terwijl in werkelijkheid er geen betaalde arbeidsrelatie bestond;
2.
in de periode van 24 december 2008 tot en met 30 maart 2009, in
de gemeenten 's-Hertogenbosch en Diemen en elders in Nederland, tezamen en in
vereniging met anderen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 7], behulpzaam is geweest bij het zich
verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en haar daartoe
gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist dat die toegang of doorreis wederrechtelijk was;
3.
hij in de periode van 02 januari 2008 tot en met 03 februari 2009 in de gemeenten
‘s-Hertogenbosch en Overbetuwe en elders in Nederland, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen,
opzettelijk een ander, te weten [betrokkene 8]/[betrokkene 9] behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en hem daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, terwijl hij wist dat die toegang of doorreis wederrechtelijk
was, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
[medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3], in de periode van 01 februari 2009 tot en met 30 september 2011 in de gemeenten Groningen en Stadskanaal, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met natuurlijke personen,
in strijd met een hen bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting, te weten artikel 17 van de Wet werk en bijstand en artikel 25 van de Werkloosheidswet, opzettelijk hebben nagelaten tijdig de benodigde gegevens te verstrekken, zulks terwijl dit feit kon strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, terwijl zij wisten dat die gegevens van belang waren voor de vaststelling van hun of eens anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming, te weten een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand en de Werkloosheidswet dan wel voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming, immers hebben [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] telkens opzettelijk niet alle door hen gewerkte uren en niet al het door hen ontvangen loon opgegeven aan, althans verzwegen voor, het college en het UWV,
tot bij het plegen van welke misdrijven hij, verdachte, in de periode van 01 februari 2009 tot en met 30 september 2011 in de gemeenten Groningen en Stadskanaal en Amsterdam, tezamen en
in vereniging met een natuurlijke personen,
telkens opzettelijk middelen heeft verschaft en telkens opzettelijk behulpzaam is geweest door valse salarisspecificaties ter beschikking te stellen aan [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3];
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
Hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De beslissing dat verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan, is gegrond op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Voor zover meer feiten bewezen zijn verklaard, worden de bewijsmiddelen alleen gebruikt voor het feit of de feiten waarop deze betrekking hebben.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1 (eerste deel):
medeplegen van valsheid in geschrift, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 1 (tweede deel):
medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 2 primair:
medeplegen van mensensmokkel
Ten aanzien van feit 3 primair:
medeplegen van poging tot mensensmokkel
Ten aanzien van feit 4:
medeplegen van medeplichtigheid aan het in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting opzettelijk nalaten tijdig de benodigde gegevens verstrekken, terwijl het feit kan strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, en terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de gegevens van belang zijn voor de vaststelling van zijn of een anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming/de hoogte of de duur van een verstrekking of tegemoetkoming, meermalen gepleegd
De feiten zijn strafbaar.

5.De strafbaarheid van verdachte

Niet is gebleken van feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van verdachte geheel uitsluiten. Verdachte is dus strafbaar.

6.De motivering van de sanctie(s)

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het onder 1, 2 primair, 3 primair en 4 subsidiair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot
een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ingeval één of meerdere feiten bewezen kunnen worden verklaard, te komen tot het opleggen van een taakstraf.
Beoordeling door de rechtbank
Bij de beslissing over de straf heeft de meervoudige kamer rekening gehouden met:
- de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan;
- de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte, waarbij onder meer is gelet op het uittreksel uit het algemeen documentatieregister betreffende verdachte, gedateerd 6 november 2014;
De rechtbank overweegt in het bijzonder het navolgende.
Verdachte heeft als werkgever gedurende een periode van drie jaren en negen maanden salarisspecificaties, werkgeversverklaringen en arbeidsovereenkomsten valselijk opgemaakt. De valse geschriften werden door anderen gebruikt om te kunnen frauderen met uitkeringen en IND-procedures. Verdachte heeft zich hiermee met anderen schuldig gemaakt aan valsheid in geschrifte en het gebruik van die geschriften, mensensmokkel en uitkeringsfraude. Verdachte speelde hierin een cruciale rol. Immers, zonder deze geschriften konden deze personen niet frauderen. Verdachte en zijn mededaders hebben daarbij gebruik gemaakt van de zwakke positie van deze groep personen die zich al dan niet bewust leenden voor het frauderen met salarisspecificaties. Door dit handelen hebben ze weten te profiteren van een groep deels kwetsbare mensen. Dergelijk handelen schaadt het vertrouwen dat het maatschappelijk verkeer in de juistheid van bepaalde geschriften moet kunnen stellen. Verdachte en zijn mededaders hebben daar totaal geen oog voor gehad. In het voordeel van de verdachte pleit dat hij een blanco strafblad heeft. Voorts betreffen het oudere feiten en is er geen enkele verklaring waarom de zaak niet eerder ter terechtzitting is behandeld. Dit maakt dat de rechtbank een aanzienlijke lagere gevangenisstraf dan geëist passend en geboden vindt. Verdachte was binnen [bedrijf 1] meer prominent aanwezig dan medeverdachte [medeverdachte 4]. Verdachte werd door zowel werknemers als opdrachtgevers gezien als de baas van het bedrijf. Zijn rol ziet de rechtbank dan ook groter dan de rol van medeverdachte [medeverdachte 4]. De rechtbank is van oordeel dat dit verschil in de strafmaat tot uiting moet komen. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen oordeelt de rechtbank dat voor de afdoening van de onderhavige zaak een gevangenisstraf van achttien maanden passend en geboden is. De rechtbank zal evenwel als stok achter de deur hiervan zes maanden gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst strafbare feiten te plegen.

7.De toegepaste wettelijke bepalingen

De beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 27, 45, 47, 48, 57, 197a, 225 en 227b van het Wetboek van Strafrecht.

8.De beslissing

De rechtbank:
- verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder punt 3, heeft begaan;
- verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de volgende strafbare feiten:
Ten aanzien van feit 1 (eerste deel):
medeplegen van valsheid in geschrift
Ten aanzien van feit 1 (tweede deel):
medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vals geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd
Ten aanzien van feit 2 primair:
medeplegen van mensensmokkel
Ten aanzien van feit 3 primair:
medeplegen van poging tot mensensmokkel
Ten aanzien van feit 4:
medeplegen van medeplichtigheid aan het in strijd met een hem bij of krachtens wettelijk voorschrift opgelegde verplichting opzettelijk nalaten tijdig de benodigde gegevens verstrekken, terwijl het feit kan strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander, en terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de gegevens van belang zijn voor de vaststelling van zijn of een anders recht op een verstrekking of tegemoetkoming/de hoogte of de duur van een verstrekking of tegemoetkoming
- verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
- veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot
een gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf
6 (zes) maanden niet ten uitvoerzullen worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
- bepaalt dat de tenuitvoerlegging kan worden gelast indien de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd van 2 (twee) jaren heeft schuldig gemaakt aan een strafbaar feit.
Aldus gewezen door:
mr. Driessen (voorzitter), mr. Kropman en mr. Knoop, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. Koster, griffier
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 5 december 2014.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisanten van de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst, opgemaakte proces-verbaal met nummer 6640/2010/77-23, onderzoek Cairo, gesloten op 30 januari 2012 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal verhoor medeverdachte [medeverdachte 4], p. 00935
3.Uittreksel uit het KvK, p. 02002
4.Proces-verbaal medeverdachte [medeverdachte 4], p. 00935 en p. 00936
5.Proces-verbaal medeverdachte [medeverdachte 4], p. 00935
6.Zie bijvoorbeeld p. 01174 en 01191
7.Idem, p. 00945
8.Idem, p. 00953
9.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 01115
10.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00990
11.Idem, p. 00992
12.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 01112-01120
13.Proces-verbaal verhoor getuige, p. 01183
14.Proces-verbaal verhoor getuige, p. 02067
15.Proces-verbaal verhoor getuige, p. 01192
16.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 1860-1861
17.P. 00576-00578 en 00674 - 00675
18.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00695
19.Brief van [betrokkene 19], p. 00582 e.v.
20.P. 00734 - 00736
21.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00793
22.P. 748
23.P. 00076 - 00078
24.Verhoor verdachte, p. 00119 – 00132
25.Beschikking op aanvraag WWB-uitkering, p. 00058
26.P. 00105
27.Proces-verbaal verdachte, p. 00936-00959
28.P. 00179 - 00181
29.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00244 – 00250, 00259
30.P. 00229
31.P. 00162
32.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00262
33.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00936-00959
34.P. 00342 - 00344
35.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00416
36.P. 00363 - 00373
37.P. 00413 - 00414
38.P. 00473 - 00481
39.Proces-verbaal verhoor verdachte, p. 00547
40.Proces-verbaal bevindingen, p. 00816-00817
41.P. 01806-01842
42.Proces-verbaal verdachte [betrokkene 4], p. 00561
43.P. 00453-00467
44.P. 00469-00470
45.P. 00482 en p. 00484
46.P. 00872 - 00879
47.P. 00906-00909
48.P. 00821-00842
49.P. 00843-00871